Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Navolgers geworden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Navolgers geworden

14 minuten leestijd Arcering uitzetten

EEN PASTORALE BRIEF

(4)

, , En gy zyt onze navolgers geworden en des Heeren, het Woord aangenomen hebbende in vele verdrukking, met blijdschap des Heiligen Geestes." 1 Thess. 1 : 6.

Navolgers

Ook in vers 6 noemt Paulus een bhjk van de verkiezing van „de door God geliefde broeders" in Thessalonica. Die verkiezing komt niet alleen uit in het feit dat Paulus' prediking zo krachtig is gezegend, maar ook in het ontstaan van een gemeente van Christus. En dan een gemeente die door het geloof leeft. „Zo is dan de somma, dat het getuigenis der verkiezing Gods verschenen is, niet alleen in Paulus' dienst, daarmee dat de kracht van de Heilige Geest daarbij is geweest, maar ook in het geloof der Thessalonicensen" (Calvijn).

Dat levend geloof blijkt in de navolging van Paulus en van de Heere. Voor „navolgen" kent het Nieuwe Testament twee woorden. Het eerste, niet in onze tekst gebruikt, houdt in dat de leerling in volledige geoorzaamheid en onderwerping zijn leereester volgt. Het wordt alleen gebruikt oor het volgen van Jezus. Of, zoals het in e Openbaring van Johannes staat, „...die et Lam volgen, waar Het ook heengaat" 14 : 4). Jezus heeft gezag, zoveel gezag dat ij wordt gevolgd. Dit volgen houdt in dat r een breuk valt met het verleden. Het heeft ergaande konsekwenties. De twaalf discielen verlaten hun visgerei. Een tollenaar egt zijn pen neer en verlaat zijn tolhuis. ezus waarlijk navolgen betekent een geheel ieuw leven. Dat volgen is vereist, wil men aarlijk delen in het heil dat Christus brengt. alfslachtigheid is hier onmogehjk. Daarm zijn er maar zo weinigen die Christus an harte volgen. Als de schare voor de keus ordt gesteld, verlaten ze Jezus massaal. lechts de twaalven bhjven. Tot wie zullen e anders heengaan? Er bhjft voor hen geen ndere keus meer over. Bij Jezus zijn de oorden van het eeuwige leven. En de ware olgelingen hebben geloofd en bekend dat zus is de Christus, de Zoon van de levene God. De meelopers weten hier niet van. rgeren zich ook aan het Woord dat Jezus reekt. Ze deinzen terug voor de konsewenties. En hebben er zichzelf niet voor er. Noodzakelijk voor het echte volgen is t men getrokken wordt door de Vader. Niemand kan tot Christus komen en bij Christus bhjven en Hem waarlijk navolgen, tenzij dat de Vader Dié Christus gezonden heeft hem of haar daartoe trekke. Bij het navolgen van Christus hoort dat men deelt in het lijden dat over Christus komt. Een dienstknecht, een navolger is immers niet meer dan zijn heer. Zal niet ontlopen wat de Meester op Zijn weg tegenkomt. Waar het Lam heengaat, daar komen ook zij die dat Lam hebben leren navolgen. Hij is gehaat door de wereld. De wereld zal ook Christus' volgelingen haten.

Dat is het ene woord, dat in het Nieuwe Testament voor „navolgen" wordt gebruikt. In onze tekst echter wordt nog een ander woord gebruikt. Wij kennen dat woord nog in „mimiek", gebarenspel. Iemand bootst met gebaren en daden zonder woorden een ander na. Dit woord voor „navolgen" betekent dan ook: adoen wat de ander doet. Dus, niet alleen navolgen omdat de meester gezag heeft gekregen over de volgeling. En delen in wat de meester overkomt en ontvangen wat de meester geeft. Nee, het is ook zo dat het voorbeeld van de meester, zijn doen en laten bepalend worden voor het doen en laten van de volgeling. Het is nadoen wat de meester, de leraar doet. Dat is de betekenis van het woord „navolgen" dat hier gebruikt wordt. Zo vermaant de schrijver van de Hebreeënbrief zijn lezers dat ze het geloof van hun voorgangers zullen navolgen door te letten op de uitkomst van hun wandel (13 : 7). En in Thessalonica waren er mensen die vanuit een overspannen verwachting van de wederkomst van Christus hun dagelijkse arbeid hadden gestaakt. Dat mag niet, schrijft Paulus dan, want zo'n voorbeeld heb ik julhe niet gegeven. „Want gijzelven weet, hoe men ons hoort na te volgen; want wij hebben ons niet ongeregeld onder u gedragen" (2 Thess. 3 : 7). En in 1 Cor. 4 : 16 en 11 : 1 bedoelt hij met navolgen dat ze hem moeten volgen in de leer die hij hen heeft verkondigd. Om dat laatste prijst hij nu hier de Thessalonicensen. Gij zijt onze navolgers geworden. Het Evangelie dat Paulus heeft verkondigd heeft hun hele bestaan omgezet. Ze zijn tot God bekeerd van de afgoden. En dat bhjkt nu ook in hun levenswandel. Leer en leven komen overeen als bij Paulus zelf. Onze navolgers. Dat zijn ze. Daartoe hoeven ze niet meer te worden opgeroepen. We kunnen de dank van Paulus

verstaan. Onze navolgers geworden. Het Evangelie draagt rijke vrucht. Zijn arbeid is niet ijdel gebleken.

Ze zijn ook navolgers van de Heere. Misschien komt u de volgorde enigszins vreemd voor. Onze navolgers èn van de Heere. U zoudt dat liever omdraaien. In elk geval wil Paulus zich niet naar voren schuiven. Hij bedoelt: in mij bent u de Heere nagevolgd. Hij ziet zichzelf volledig een dienstknecht van de Heere. In wat hij zegt en doet, is hij zelf een navolger van de Heere. Van de Heere, ja. Dat betekent: van Hem Die het alleen voor het zeggen heeft. Er is maar één Heere, die je kunt navolgen, nadat alle andere heren in het leven hebben afgedaan.

Wel, in die navolging van de Heere in leer en leven ligt nu tevens zo'n duidelijk bewijs van hun verkiezing. En daar hebben ook wij ons leven naast te leggen. We kunnen wel theoretiseren over de verkiezing. Maar laten we liever ons zelf spiegelen aan dit woord. Wie is er Heere over ons leven? Wie volgen wij na? Wie oefent er gezag uit over ons? Wiens navolgers zijn we? Het antwoord op die vraag beslist over onze eeuwige toekomst. Navolgen, dat houdt tevens in: nawandelen. En dat volgen, dat wandelen brengt ergens heen. Wie Mij volgt, zegt Jezus, zal in de duisternis niet wandelen, maar het licht des levens hebben. Maar wie Hem niet leerde volgen, ook dagelijks, die leeft en sterft straks in de eeuwige duisternis. Wat zijn wij van nature geneigd mensen na te volgen. Of achter onszelf aan te draven. Ten diepste is satan onze heer en meester. Maar wat is hij een harde meester. Hij sleept ons ten verderve. Zalig echter wie het Lam leerde volgen, waar Het ook heengaat. Wanneer Hij het voor het zeggen heeft gekregen. Als we Zijn navolgers werden gemaakt door wedergeboorte en bekering van hart en leven. Nooit willen we dan meer een andere Heere, een andere Meester. Wat is Zijn juk zacht en wat is Zijn last licht. En, o neen, Zijn geboden zijn niet zwaar. Heden wordt u opnieuw opgeroepen tot de navolging van Hem. Hoe dat gaat? Leest u maar.

Het Woord aangenomen

„...het Woord aangenomen hebbende..." Dit is een uitdrukking die in het Nieuwe Testament veelvuldig voorkomt. Wat wil het zeggen? Göd komt met Zijn Woord tot ons. Dat Woord wordt aangehoord. Het bereikt ons oor. Onder de inwerking van Gods Geest wordt dat Woord ontvangen. We leggen het niet langer naast ons neer. We kunnen er niet meer onderuit. De Geest draagt het Woord ons hart en leven binnen. Het krijgt gezag over ons totale leven. We leren ons uitleveren aan het spreken van God in Zijn Woord. Op het Woord van God komt een antwoord van ons. Als het aan ons lag, zou dat een afwijzend ant-woord zijn. Wij zijn van onszelf anti het Woord Gods. Maar door de overmacht van Gods Geest leren we het verliezen. Het Woord wordt aangenomen. Het Woord in Zijn veroordeling van ons ganse bestaan. In Zijn bedreiging en beschuldiging. Gij zijt die man, die vrouw. Maar ook in Zijn aanbieding van het heil in Christus. Hij alleen blijft over die daar tot ons treedt in de mantel van Zijn Woord. Het Woord aangenomen hebbende. Dat is een kenmerk van de verkorene. Hij heeft het Woord aangenomen. In het Woord is hij God te voet gevallen. In de billijking van zijn vonnis over ons leven. In de verwondering over de vrijspraak in de belofte aangeboden.

Weten wij daar al van in ons leven? Er worden woorden genoeg over ons uitgesproken en tegen ons aangesproken. Maar heeft het Woord al overmacht gekregen in ons leven? Omdat het God Zelf was die daarin tegen ons sprak? Daar gaat het om. Als het Nieuwe Testament het heeft over het aannemen van het Woord, klinkt daar altijd grote blijdschap en verwondering in door. Geen wonder, want het wordt aangenomen door mensen die in Adam „neen" hebben gezegd tegen het Woord Gods. En ziet, ze hebben nu het Woord aangenomen. Dat kan niet anders of daar is God Zelf aan het werk. Zo ziet Paulus het ook hier. We herinneren ons hoe hij God heeft gedankt over de gemeente. Ze hebben het Woord aangenomen. En dat is alleen maar Gods werk. Hij schiep Zijn Woord door Zijn Geest. Hij herschept ook de mens door het Woord. Hij baant de weg voor Zichzelf in een zondaarshart. O, wat een wonder. Zij die leugenaars zijn van de geboorte af aan. Die de leugenaar tot hun vader hebben. Ze worden kinderen van de waarheid, uit de waarheid geboren. Voor het aannemen van het Woord komt de dank de mens of een gemeente niet toe. Als het aan een mens of aan een gemeente lag, dan werd het Woord alleen maar afgewezen. Maar God zorgt ervoor, toen en nu, dat Zijn Woord wordt aangenomen. Hij schept de bedding waardoor de stroom van het Woord Zijn Goddelijke en souvereine gang gaat. Dan is er hier een en daar een die tegen de vlakte gaat voor de overmacht van het Woord. Een jongen of een meisje, een man of een vrouw. Ze kunnen zichzelf niet langer meer op de been houden. Ze gaan onderuit. Ze komen in de verbrijzeling en de verbrokenheid van hart en geest voor God in de schuld. Het Woord klaagt ze aan en daagt ze voor Gods gericht. Maar het Woord richt ze op Gods tijd ook weer op. Maakt ze levend door Hem die in het Woord leeft. Het Woord aangenomen hebbende. U ook al, lezer? Er bleef geen andere keus meer over. Zalig die het Woord horen en het aanvaarden.

in vele verdrukking

„...in vele verdrukking..." Verdrukking is ook een woord dat op veel plaatsen in het Nieuwe Testament voorkomt. Het houdt in: enauwdheid, engte, vervolging, tegenspoed, kwelling. Vooral de apostelen staan er voortdurend aan bloot. Hoge bomen vangen de meeste wind. Tegenwind dan wel te verstaan. Zij staan in de frontlinie tussen het Koninkrijk Gods en het rijk der duisternis. Zij zijn de instrumenten met wie Christus Zijn overwinnende gang gaat. En daarom kennen de apostelen met name veel verdrukkingen. Maar ook hoort de verdrukking tot het ware christenleven. Is er zelfs een wezenlijk onderdeel van. Het kan niet zonder. In de wereld zult gij verdrukking hebben. Paulus houdt het de gemeente in Antiochië voor dat „wij door vele verdrukkingen moeten ingaan in het Koninkrijk Gods" (Hand. 14:22). En in deze brief aan Thessalonica schrijft hij zelfs dat christenen ertoe gesteld zijn om in verdrukkingen te leven (1 Thess. 3 : 3). Waarom dan toch? Wel, de ware gelovigen hebben gemeenschap aan het lijden van Christus. Daarom mag het ze niet vreemd voorkomen als ze verdrukt worden. Ze kunnen aan Christus aflezen, wat ook hun deel zal zijn. Vooral, nu na Pinksteren het laatste der dagen is aangebroken. Op Christus Zelf kunnen de vijanden zich niet meer wreken. Hij is in de hemel. Maar Zijn lichaam is nog op de aarde. En dat is Zijn Kerk. Hun haat woedt daarom tegen de leden van Christus' lichaam. Maar dit is voor Paulus geen verdriet. Integendeel, hij schrijft: Die mij nu verblijde in mijn lijden voor u en vervulle in mijn vlees de overblijfselen van de verdrukkingen van Christus..." (Col. 1 : 24). Die verdrukkingen kunnen de gelovigen ook niet uit de weg gaan. Ze blijven ten diepste niemand bespaard, al zal de een er zwaarder onder door moeten gaan dan de ander. Maar van al de verlosten in de hemel geldt dat ze uit de grote verdrukking komen. We dragen altijd de doding van de Heere Jezus in het lichaam om. En wij die leven worden altijd in de dood overgegeven om Jezus' wil. Altijd. Het houdt hier op aarde nooit op. En die verdrukkingen zullen alleen nog maar erger worden. Het is in de Bijbel een kenmerk van het laatste der dagen. De verdrukkingen zullen zich gaan toespitsen en gaan verhevigen. Hoe dichter de dag van Christus' wederkomst nadert, des te ernstiger zullen de verdrukkingen worden. Maar er mag niet om worden getreurd. Omdat men weten mag: e overwinning is reeds behaald. En het volle gewicht van de verdrukking is al op Christus geweest. Wij krijgen er slechts een staartje van. Wij dragen er maar een restantje van.

In veel verdrukking het Woord aangenomen. Let wel: in veel verdrukking. En nu kan die verdrukking velerlei vorm aannemen. Het kunnen vrijheidsberoving, ellende, ontbering en armoede zijn. Maar het kan ook verdrukking zijn in onze ziel, in ons innerlijk. Paulus heeft innerlijke verdrukking ervaren omdat men zijn aposteldienst en Evangelieprediking verdacht heeft gemaakt. In de worsteling om de rechte leer en het rechte leven in zijn gemeenten heeft hij veel verdrukking in zijn ziel gekend. Hij schrijft dat zijn vlees geen rust heeft gehad. Maar dat hij in alles verdrukt was. Van buiten was strijd en van binnen vrees. De verdrukking uit zich vooral in de strijd tegen de macht van de dood. Niet alleen bedoeld in de zin van: vrees voor het sterven. Maar de kracht van de dood die het nieuwe leven uit God er onder poogt te werken in onze ziel. Wat een verdrukking. Altijd maar weer die dood in je te gevoelen. Dat niet kunnen leven zoals God wil. Steeds weer de doding van de Heere Jezus in je lichaam om te dragen. Wat is de verzoeking groot voor elke gelovige om door de verdrukking te worden meegetrokken bij God vandaan. Het moede

hoofd in de schoot te leggen. Je mee te laten slepen en zo God uit je hart kwijt te raken. Daarom de vermaning: die overwint. En: zijt getrouw tot de dood en Ik zal u geven de kroon des levens. Het is de moeite eeuwig waard in de verdrukking stand te houden. Want het lijden van deze tegenwoordige tijd weegt niet op tegen de heerhjkheid die aan ons zal geopenbaard worden. Deze wetenschap doet het ook volhouden. De verdrukking duurt niet eeuwig. Ze is ook niet zonder doel. Het houdt een loutering in tot de dag dat verdrukking verdwijnt en eeuwrige blijdschap ons zal worden geschonken. Vandaar dat Paulus hier nog zegt: „...met blijdschap des Heiligen Geestes".

Blijdschap

Blijdschap en verdrukking gaan in het Nieuwe Testament vaak samen op. Dat klinkt u misschien vreemd in de oren. Toch is het waar. Wie zich verblijdt in de hoop, weet tevens van geduld in de verdrukking. Een gelovige weet in de verdrukking vooruit te zien en op te zien. Het is dan ook blijdschap van de Heilige Geest. De Geest schenkt die blijdschap. En die Geest richt het hart naar boven waar Christus is. Hij is de oorzaak van de blijdschap. Wat een blijdschap waar wij door genade het Woord leerden aannemen. Waar het Woord ons verdorven bestaan omzette. Waar we werden afgesneden van de verdorven wortel van ons bestaan. En waar Christus alleen ons leven werd. Ja, lezer, dat is een blijdschap! Kent u die bhjdschap reeds? Die kan een mens je niet geven. Die kan een ander je niet aanpraten. Die kan niet opgewekt worden door een opgewekt gezelschap. Nee, ze is gave en vrucht van de Heilige Geest. Ze komt daar waar Christus in het Woord ons hart werd binnengedragen door de Heilige Geest. Ze blijft ook, midden in allerlei verdrukkingen. Ja, juist temidden van de verdrukking toch bhjdschap. Dan willen we soms zelfs de verdrukking niet missen. Want ze werpt ons zo met kracht op Hem die onze bhjdschap is. Bhjdschap des Heiligen Geestes. Van binnen in uw hart. Ze mag dan ook uitstralen naar buiten. Laat uw omgeving, laat de wereld het maar mogen zien dat u een bhjdschap kent die zij niet kent, omdat ze Hem niet kent. Opdat ze zou gaan vragen naar Hem Wiens kruis de levensboom is waaraan de vruchten hangen van hjdzaamheid, lankmoedigheid, maar ook van blijdschap. Dan wordt u een voorbeeld voor uw omgeving, zoals ook eenmaal de gemeente van Thessalonica. Daarover een volgende keer.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 december 1976

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's

Navolgers geworden

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 december 1976

Gereformeerd Weekblad | 12 Pagina's