Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

“Je gevoelens weer een beetje op hun plek”

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

“Je gevoelens weer een beetje op hun plek”

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Iedereen doet een deuntje mee. De moeder speelt cello, de vader orgel, de oudste zus harp. Gert koos voor panfluit, Rosalieke voor viool en de jongere tweelingbroers blokfluit en piano. De muziekkamer in het huis van de familie Van Dam in Veenendaal is er niet voor niets. Samen spelen “is gezellig en het gaat goed.”

Hoe kwam je erop om dit instrument te kiezen?
Gert (14): “Mijn oom, bij wie ik in vakanties kwam logeren, speelt panfluit. Ik vond het een mooi instrument, omdat je er alle muziek op kunt spelen: hard, zacht, snel, langzaam. Op een panfluit kun je ook met alle andere instrumenten samen spelen.”

Sinds wanneer speel je panfluit?
“Eerst had ik een flut-panfluitje in huis en daar heb ik eerst op geprobeerd te blazen. Zo’n vijf jaar geleden ben ik op les gegaan. Nu heb ik sinds een jaar les van een beroemde panfluitiste, die conservatorium heeft gedaan.”

Wat is het leuke aan jouw instrument?
“Je kunt heel goed merken dat je iets hebt geleerd. Als je terugkijkt, zie je dat je iets waar je eerst moeite mee had, nu kunt. Ik heb meerdere soorten panfluit, zoals een bas- en een sopraanpanfluit. Op een basfluit kun je heel laag spelen en dat is vaak langzaam, romantisch; een sopraanpanfluit bespeel je vaak sneller en hoger. Van welke stijl je ook houdt, op een panfluit is het allemaal mogelijk.”

Wat vind jij moeilijk?
“Het instrument zelf geeft niet veel problemen. Je moet natuurlijk veel leren en een aantal dingen onder de knie krijgen. Een goede houding is bijvoorbeeld belangrijk, omdat je anders pijn in je kaak en je mond krijgt. Ook je vingers moet je goed hebben staan, anders kantel je de panfluit teveel en dan is de toon niet zuiver meer. Het is wel lastig dat je bij muziek maken op zoveel dingen tegelijk moet letten, dat ik de neiging heb om de details te vergeten. Dan ga ik improviseren en ik maak er mijn eigen stuk van. Dat is niet altijd de bedoeling.”

Waarom zouden anderen ook muziek moeten maken?
“Je kunt daar je gevoelens in kwijt. Na het spelen zit je boosheid of blijdschap weer een beetje op z’n plek. Ik wil later wel een eigen muziekgroepje oprichten met verschillende instrumenten en dan misschien uitvoeringen gaan geven. Dat lijkt me heel gaaf.”

Wat is jouw favoriete muziek?
“Mijn favoriete stijl is Roemeense muziek voor panfluit met bijvoorbeeld accordeon en andere fluiten. Dat is best snelle muziek met heel aparte toonhoogtes, heel vrolijk. Deze muziek speel ik nu ook veel op les. Thuis speel ik van alles: ik houd van geestelijke liederen en gezangen, maar ik speel ook veel met CD’s mee. Met Noortje van Middelkoop en natuurlijk Claire Smoorenburg, mijn lerares. Ik houd er echt niet van om zelf klassieke muziek te spelen.”

Jullie spelen als gezin samen. Welke rol speelt muziek thuis?
“Wij gaan niet zo snel een spelletje met elkaar doen. Als je samen muziek maakt, werk je met z’n allen toch samen en dat is gewoon heel leuk. Vaak spelen we op zondagavond met elkaar en dan wisselen we elkaar ook af en we zingen erbij. Ik houd ontzettend veel van muziek, mijn ouders hebben mij echt niet gedwongen om op muziekles te gaan.”

Hoe kwam je erop om dit instrument te kiezen?
Rosalieke (11): “In groep drie ging ik eens bij een klasgenootje spelen en haar zus speelde viool. Toen was ik al verkocht. Later wist ik na een open dag van de muziekschool zeker dat ik viool wilde spelen.”

Sinds wanneer speel je viool?
“Ik heb in m’n eentje les op de muziekschool. Dit is het derde jaar dat ik les heb, maar ik kan het pas twee jaar een beetje. De eerste drie maanden denk je: ik stop ermee, want ik kan het gewoon niet! Je moet dan even doorzetten. In het begin gaat het heel moeilijk, want je gaat kraken en je kunt nog niet zuiver spelen.”

Wat is het bijzondere aan jouw instrument?
“Je hebt vier snaren: de g-, de d-, de a- en de e- snaar. Je moet je vinger op een bepaald stukje van de goede snaar zetten om een bepaalde toon te krijgen. Dat leer je op muziekles. Eerst krijg je een stickertje op de plek waar je je eerste vinger eerst moet zetten, dan gaat de rest vanzelf. De kunst is om je vingers op het goede plekje op de snaar te zetten en om niet te hard op je strijkstok te duwen.”

Wat vind jij moeilijk?
“Je houding. En het stemmen. We hebben thuis een stemapparaat dat mijn toon opneemt en aangeeft of hij zuiver is, te hoog of te laag. Ik moet nu gaan leren om twee snaren tegelijk te spelen en te horen of het goed is of vals. Nog iets lastigs: een panfluit kun je zo pakken, maar voordat je viool kunt gaan spelen, moet je je stok hebben en je viool stemmen, een heel gedoe.”

Waarom zouden anderen ook muziek moeten maken?
“Met muziek kun je heel veel vertellen over hoe je je voelt. Op een viool kun je heel goed horen wat het gevoel is bij een bepaald stuk of liedje: droevig, plezierig, mooi. Dat kan indruk op je maken. Ik houd van muziek en het is mijn ontspanning.”

Wat is jouw favoriete muziek?
“Klassiek is mijn lievelingsmuziek. Ik zou heel graag Mozart kunnen spelen. Gert speelt meer liederen waar woorden bij staan en ik speel meer klassiek-achtige stukken. De viool is echt meer een instrument om klassieke muziek mee te spelen.”

Jullie spelen als gezin samen. Welke rol speelt muziek thuis?
“We spelen vaak op zondagochtend of –avond. Meestal beginnen Gert of mijn vader met spelen en komen mijn moeder of ik erbij. Dan vragen we of de anderen ook mee willen doen. We spelen dan gezangen of psalmen en er wordt gezongen. Ik vind het heel gezellig en het gaat ook goed.”

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 januari 2008

Daniel | 32 Pagina's

“Je gevoelens weer een beetje op hun plek”

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 januari 2008

Daniel | 32 Pagina's