Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

David belijdt zijn zonde.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

David belijdt zijn zonde.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Mijn zonde maakte ik U bekend, en mijn ongerechtigheid bedekte ik niet; ik zeide: k zal belijdenis van mijn overtredingen doen voor de Heere, en Gij ver gaaf t de ongerechtigheid mijner zonde. (Ps. 32 : 5).

Psalm 32 is een Psalm van David. In deze psalm vertelt hij in korte trekken, welk een grote weldaad de Heere hem bewees. En dat doet David niet, opdat anderen van hem zouden zeggen: Wel, wel, wat heeft David toch veel meegemaakt, maar opdat anderen moed zouden scheppen uit zijn behoudenis. Wat was er dan in Davids leven gebeurd? Hij had zich schrikkelijk bezondigd. Hij had zich schuldig gemaakt aan overspel en moord. En het ergste was, dat David over zijn zonde heenleefde. Hij weigerde voor God in de schuld te komen. In vers 3 heeft hij het over zijn zwijgen. Neen, dat wil niet zeggen, dat David niet meer bad, maar als hij bad, verzweeg hij zijn zonde. Hij probeerde zijn geweten in slaap te sussen, door zijn zonde te vergoelijken. O, hoevelen doen als David. Zij begeven zich op zondige paden, en als dan hun conscientie hen beschuldigt, trachten zij die conscientie het zwijgen op te leggen? Bij David lukte dat echter niet zo best! Want, zegt hij, toen ik zweeg werden mijn beenderen verouderd in mijn brullen de ganse dag! Wat is dat een voorrecht. Het is een bewijs, dat de Heere David niet had losgelaten. Vreselijk is het, wanneer zelfs onze conscientie ons niet meer aanklaagt, want dan zijn wij geheel verhard in het kwaad! Bij David was het anders. Terwijl er uiterlijk aan hem niet veel te zien was, werd hij innerlijk verteerd door smart! Inwendig nam hij het ongenoegen Gods waar, bij alles wat hij deed en overal waar hij was. En toch hield David het tegen God vol. O, wat is toch een mens! Als de Heere niet had ingegrepen, zou David het nooit opgegeven hebben! Doch als Nathan bij hem geweest is, valt hij dodelijk getroffen neer. Hij wordt zondaar voor God. Hij gruwt van zichzelf en klaagt zich bij de Heere aan. Let maar op de drie woorden, die hij gebruikt om zijn goddeloosheid te tekenen! Hij heeft het over zonde, ongerechtigheid en overtredingen! Hij kan geen woorden genoeg vinden, om zijn misdaad in het rechte licht te stellen. Hij snikt zijn zonde uit voor Gods aangezicht en moet belijden des doods Schuldig te zijn.

Wat een zegen is het, om zondaar voor God te mogen worden!

Want die zijn overtredingen bedekt, zegt de Spreukendichter, zal niet voorspoedig zijn, maar die ze bekent en laat,

zal barmhartigheid verkrijgen! Dat heeft David mogen ondervinden.

Hoort maar wat hij zegt: En Gij vergaaft de ongerechtigheid mijner zonde! Neen, David werd niet weggestormd vanwege zijn zonde, integendeel. Hij mocht genade vinden in de ogen des Heeren. Ja, wij hebben tc doen met een God, Die schoon zwaar getergd, groot is van goedertierenheid! O, dat Gij vergaaft! Neen, David heeft het zichzelf nooit vergeven. Hij heeft zijn zonden betreurd en beweend tot aan zijn dood toe! Maar God vergaf de ongerechtigheid zijner zonde! Deed Hij dan net alsof er niets gebeurd was? Neen, de Heere houdt de schuldige geenszins onschuldig. De zonde is zo vreselijk, dat de Heere die met de dood straffen moet! Hoe de Heere dan Davids zonde vergeven kan? Omdat Davids zonden op Christus geworpen zijn. Davids zonden zijn aan Christus bezocht. Om Davids overtredingen is Hij verbrijzeld. Zo heeft Hij Davids zonden verzoend en dc hitte van Gods gramschap geblust! David mag jubelen: En Gij vergaaft de ongerechtigheid mijner zonde, omdat aan Christus Davids zonde en aan David Christus gerechtigheid werd toegerekend! O, welk een blijdschap zal er in Davids ziel geweest zijn. Dat wij ook onze zonden eens kregen te zien in het rechte licht! Dat wij ook eens ophielden onze zonden te vergoelijken! Immers, die als een doodschuldige zondaar neervalt aan des Heeren voeten en Zijn Rechter om genade smeekt, zal ervaren, wat David mocht ervaren: En Gij vergaaft de ongerechtigheid mijner zonde.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 april 1967

Daniel | 16 Pagina's

David belijdt zijn zonde.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 april 1967

Daniel | 16 Pagina's