Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

‘Leerlingen mogen tot hun bestemming komen’

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

‘Leerlingen mogen tot hun bestemming komen’

PROF. SIEBREN MIEDEMA OVER PEDAGOGIEK EN BURGERSCHAP

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

‘Opvoeding moet een doel hebben’, vindt prof. dr. Siebren Miedema. De emeritus hoogleraar algemene pedagogiek en godsdienstpedagogiek hield zich zijn hele carrière intensief bezig met pedagogiek, identiteitsontwikkeling van leerlingen en leerkracht en godsdienst in de openbare school. Stellig: ‘Niet alleen christelijke, maar ook openbare scholen moeten nadenken hun pedagogische doelen, inclusief de levensbeschouwelijke.’

Hoe is Miedema in contact gekomen met het reformatorisch onderwijs? ‘Dat initiatief is door Driestar educatief genomen. Na mijn oratie in 1994 werd ik door Driestar gevraagd in een resonansgroep om mee te denken over onderwijsontwikkeling. Bert Kalkman had daarin het initiatief. Het thema was onder-wijskunst en dat wilde Driestar uitrollen door de hele pabo-opleiding. Dat was wel even wennen voor mij, ook de uitstraling. Toen zag je nog allemaal lange rokken op de pabo, dat zie ik nu niet meer als ik er ben. Maar er was veel herkenning. Ik ben zelf ook christelijk en wat bij jullie bevindelijkheid is, noem ik het werk van de Heilige Geest. Pedagogisch was er een heel goede klik. Ook het studieuze karakter van de pabo sprak me aan. Ik kan me nog herinneren dat de bundel ‘Pedagogiek in Meervoud’ op de universiteit werd afgeschaft, te moeilijk voor eerstejaars pedagogiekstudenten. Op de Driestar werd het gewoon gelezen en behandeld. De contacten zijn tot op de dag van vandaag uitstekend.

Optimisme

Miedema heeft zich zijn hele werkzame leven met pedagogiek beziggehouden en ziet veel misvattingen over de vraag wat pedagogiek inhoudt. ‘Alle pedagogiek die zegt dat we leren technisch moeten aanvliegen, dat we kennisinhouden moeten overdragen die leerlingen vervolgens op dezelfde manier moeten reproduceren, is feitelijk geen pedagogiek. Alsof je neutrale kennis zo overdraagt op een leerling en hij dat opslaat. Pedagogiek gaat over select gekozen cultuurstof die wordt aangereikt. Leerlingen moeten breed worden gevormd en moeten zich die stof eigen maken en oefenen binnen de school met de docent als voorbeeld. Zoals de pedagoog Langeveld al zei gaat het ten diepste in onderwijs om zelfopvoeding en zelfontwikkeling. De leerlingen moeten het zichzelf toe-eigenen, maar dan niet op een individuele manier die los is gezongen van het sociale aspect. Die twee horen onlosmakelijk bij elkaar. Optimisme hoort in mijn opvatting bij de pedagogiek. Elk mens kan zich ontwikkelen, hoewel ik niet in de maakbaarheid van de mens geloof. Deze kijk op pedagogiek, waarbij de pedagogische relatie leraar-leerling centraal staat, is zwaar onder druk gekomen door het outputdenken van de afgelopen vijftien jaar. Minister van Onderwijs Netelenbos noemde in de jaren 90 het onderwijs een bedrijf. Nota bene een PvdA-minister die dit zei! Dat neoliberale denken heeft zijn duizenden verslagen en het is nog niet voorbij. Vroeger was men veel minder gespitst op de kwantificering, op het zichtbaar maken van resultaten en veel meer op de vorming van leerlingen. Nu gaat het gelukkig weer over Bildung, over vorming dus. Maar wat betekent dat in de praktijk en wordt dat praktisch daadwerkelijk vormgegeven? Daar wil ik kritisch op blijven.’


‘Kinderen kunnen veel en je mag dus ook positieve verwachtingen over hen koesteren’

Siebren Miedema


Niet vanzelf

Als Miedema begint over pedagogiek raakt hij niet uitgepraat. ‘Hoe kun je kinderen zo motiveren dat ze zich breed ontwikkelen? Leerlingen mogen tot hun bestemming komen. Dat doe je als docent door ze goed te observeren, niet alle leerlingen over één kam te scheren en ze te stimuleren. Je hoeft minder te corrigeren als je hun gedrag positief bekrachtigt. Kinderen kunnen veel en je mag dus ook positieve verwachtingen over hen koesteren.’ Over de vraag wat leerlingen niet kunnen, hoeft Miedema niet lang na te denken. ‘Kinderen eigenen zich niet als vanzelf dingen toe. Je moet ze bij de hand nemen, uitdagen. Ieder kind heeft daarbij een eigen aanpak nodig. Overigens kan de computer daar een hulpmiddel bij zijn, maar nooit een doel in zichzelf.’

Islamitisch

Is pedagogiek altijd christelijk? Komt de nadruk op het belang van een relatie tussen opvoeder en opvoedeling niet helemaal uit de christelijke traditie? Miedema meent van niet. ‘Ook Chinezen kennen die relatie. En binnen de islam heb je de islamitische pedagogiek, die ik onderscheid van de moslimpedagogiek. Islamitische pedagogiek is genuanceerd en breed en wil de persoonsvorming stimuleren. Moslimpedagogiek sluit minder aan bij onze waarden en is sterker socialiserend. Wel mag pedagogiek geïnspireerd door de bijbel en de christelijke traditie zich onderscheiden, omdat het eigen doel, de navolging van Jezus, duidelijk is. Humanisme kan ook een doel zijn in de opvoeding. Maar opvoeding moet een doel hebben. Ook openbare scholen moeten dus nadenken over hun pedagogische en levensbeschouwelijke doelen. Zo deden de openbare schooldirecteuren uit de Noordoostpolder die ik ontmoette tijdens de schoolleidersopleiding heel veel aan christelijke feestdagen.’

Neutraal

Miedema is een brede denker en heeft ook nagedacht over openbaar en bijzonder onderwijs. ‘Ik ben voorstander van een monistische stelsel. Het onderscheid tussen openbaar en bijzonder mag weg van mij. Dat suggereert dat op openbare scholen geen levensbeschouwing aanwezig is. Die is er natuurlijk wel, neutraal onderwijs bestaat niet. Laat ook die scholen dat duidelijk maken in alle vakken. Daarom ben ik ook tegen facultatief godsdienstonderwijs op openbare scholen, hoewel het nu bekostigd wordt door de overheid. Alle kinderen moeten gewoon in het curriculum levensbeschouwing volgen. Dat organiseer je door het onderscheid tussen openbaar en bijzonder onderwijs op te heffen. Vanuit die visie is ook de samenwerkingsschool, een samenwerking tussen openbare en bijzondere scholen, waar ik eerder voor gepleit heb, niet een oplossing. In 2002 heb ik daarom gezegd: “Alle onderwijs bijzonder”, maar om het openbaar onderwijs niet tegen de schenen te schoppen zeg ik nu: “Alle scholen uniek en in context.”’ En als ouders nu niet willen dat hun kinderen levensbeschouwelijke vakken volgen? ‘Dan geef je maar thuisonderwijs’, reageert Miedema stellig. ‘Het niet volgen van levensbeschouwelijke vakken is een slecht te verdedigen standpunt. Dan onthoud je kinderen een brede vorming die vanuit persoonlijk- en burgerschapsperspectief echt een must is.’

Elitescholen

‘Ook reformatorische scholen moeten hun kinderen leren om respect te hebben voor andere opvattingen. Voor mij persoonlijk is het christendom de betrouwbare weg, maar ik weet dat anderen andere opvattingen hebben. Daarvoor moet openheid en respect zijn, waarbij je je eigen opvatting niet onder de mat hoeft te vegen. Daar mag je voor uit komen en dat moet je ook leren in een pluriforme samenleving. Er mag geen geslotenheid zijn in de opvoeding. Ook in reformatorische scholen is men serieus bezig met burgerschap, door middel van begeleide ontmoeting. In de brede samenleving kom je immers andersdenkenden tegen. Naast de veilige, pedagogische setting moet ook die ontmoeting geoefend worden.’

Miedema vervolgt: ‘Waar ik zeer beducht voor ben, is het ontstaan van elitescholen. Als er ruimere mogelijkheden komen voor het stichten van scholen moet dat koste wat kost voorkomen worden. Hoogopgeleide ouders zoeken elkaar nu soms al op. Hoe we dat kunnen tegengaan, vind ik een belangrijk aandachtspunt voor onderwijsbeleid en onderwijspolitiek.’


‘Het niet volgen van levensbeschouwelijke vakken is een slecht te verdedigen standpunt’

Siebren Miedema


Prof. dr. Siebren Miedema studeerde pedagogiek en wetenschapsfilosofie in Groningen en daarbij ook twee jaar godsdienstwijsbegeerte. Hij is gereformeerd opgevoed, is christelijk en actief binnen GroenLinks. Hij begon op de middelbare school als leraar maatschappijleer en eindigde als hoogleraar algemene pedagogiek en godsdienstpedagogiek in Amsterdam.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Reformatorische School

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 september 2017

De Reformatorische School | 52 Pagina's

‘Leerlingen mogen tot hun bestemming komen’

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 september 2017

De Reformatorische School | 52 Pagina's