Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het wonder van het Westland

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het wonder van het Westland

Oud-ouderling A. van Vliet: „Zo zat hij op de berg, zo lag hij op de grond"

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

De mare dat een vrijzinnig predikant tot bekering was gekomen, ging als een lopend vuur door kerkelijk Nederland. Van vrijdenkend s Gravenzande trok ds. Jac. van Dijk naar orthodox Monster. In een aantal opzichten bleef hij een vreemde eend in de bijt, maar mensen die hem van nabij kenden, denken met heimwee aan hem terug. „Die man wist je hart te verklaren.

Veel zaken beginnen oud-ambtsdrager A. van Vliet (91) uit Monster te ontglippen, maar de komst van ds. Jac. van Dijk staat hem nog helder voor de geest. In 1940 werd de timmerman voor het eerst tot diaken verkozen. Gemakkelijk had Monster het in de oorlogsjaren niet. Naast de maatschappelijke misère waren er de kerkelijke problemen. De pro-Duitse houding van ds. Pop vormde in toenemende mate een splijtzwam. Bij zijn vertrek naar Kockengen, in 1945, liet hij een gedecimeerde gemeente achter.
Mede op advies van tante Trijn, een bekende godvrezende vrouw uit Monster, viel het besluit om ds. Van Dijk uit het naburige s Gravenzande te beroepen. „Enkelen uit de gemeente hadden hem gehoord in de evangelisatie van Naaldwijk. Het bericht dat een vrijzinnige dominee tot bekering was gekomen, ging als een lopend vuur rond. Zeker toen hij ook nog eens naar Monster kwam. Dat was de zwaarste plek in het Westland. Over zijn krachtdadige ommekeer was Van Dijk uiterst gesloten. „Zijn bekering was als die van Paulus, zegt Van Vliet. „Zo ingrijpend dat hij er nauwelijks over kon spreken. Dat wilde hij ook niet. Hij had een geweldige hekel aan mensverheerlijking.
De verhouding tussen de nieuwe predikant en de kerkenraad van Monster, voor het merendeel eenvoudige tuinders, was allerhartelijkst. „Het was een heel sympathieke man. Wel erg emotioneel. Zo zat hij op de berg, zo lag hij op de grond. Ik herinner me dat zijn vrouw op een zaterdagmiddag vroeg: Joh, kom even langs, het is weer mis met hem. Dan had hij een neerslachtige bui. Zijn vrouw ving hem geweldig op. Dat was een hoogstaande dame. Heel eenvoudig, al was ze een bekende zangeres geweest.

Verhaaltjes
De zwaar beschadigde gemeente van Monster herstelde onder Van Dijk verrassend snel. „Hij werd het wonder van het Westland genoemd. De meeste mensen die waren weggelopen, keerden terug. Met zijn steun heb ik, samen met een andere jongeman, het jeugdwerk weer opgezet. Door zijn open houding kreeg hij ook goede contacten in de ring en de classis.
De gemeente hield hij van alle ontwikkelingen op de hoogte door de kerkbode die hij had opgezet. Dat was een geweldige luxe, direct na de oorlog. Je kon toen moeilijk aan papier komen. Hoewel de mensen het niet breed hadden, werd er enorm gegeven. We collecteerden in die tijd nog met hengelstokken. Halverwege moest je de zak gaan legen, omdat die te zwaar werd. De kerk barstte bijna uit zijn voegen van het volk.
In het land verwierf Jac. van Dijk bekendheid als de dominee die zijn gehoor soms liet schaterlachen. Achter de humor ging volgens Van Vliet een diepe ernst schuil. „De meeste verhaaltjes hadden een diepzinnige strekking. Ik heb zijn humor nooit bezwaarlijk gevonden. Zo was hij, maar je moet dat niet nadoen. En áls hij te ver ging, besefte hij dat zelf ook. Ik herinner me dat een ouderling voor de dienst eens bad: Bewaar hem voor buitenissigheid. Toen ging hij huilend naar de kansel en kwám er toch een fijne preek uit! Hij lag zo teer, ook als je een persoonlijk gesprek met hem had. Die man wist je hart te verklaren.

Gezelschap
Vooral Van Dijks verkondiging van Christus zette een stempel op de timmerman uit Monster. „Hij kon de Heere Jezus zo heerlijk voorstellen. Ook mensen van buiten de kerk kwamen tot bekering. Ik herinner me een metselaar die vreselijk dronk, een ruwe kerel. Onder Van Dijk kwam hij tot verandering. Niet met grote woorden, heel rustig. Je herkende de man niet terug. Het wonderlijke bij Van Dijk was dat totaal verschillende mensen waardering voor hem hadden. Ook jongens van het gezelschap in Monster zaten met open mond te luisteren.
Het bericht dat Van Dijk het beroep naar Putten had aangenomen, nog maar twee jaar na zijn komst naar Monster, sloeg in als een bom. „De gemeente floreerde als nooit tevoren. Misschien ging het wel te mooi. Ruim twintig jaar en vier gemeenten later keerde de kanselredenaar terug, nadat hij een paar jaar op een school in Den Haag had gewerkt. „Al die tijd is hij nooit los van Monster geweest. Daar kwam bij dat hij het op die school niet gemakkelijk had. Zijn vrouw huilde bijna van blijdschap toen we op kennismakingsbezoek kwamen, voor het beroep.
Ook aan de tweede periode bewaart de voormalige ambtsdrager aangename herinneringen, al halen ze het niet bij die van de eerste jaren. „Dat intieme, dat hartelijke, dat gunnende was er nog wel, maar niet meer als destijds. Dat kan ook aan mij gelegen hebben. Je was ouder geworden, de tijd was anders. En Van Dijk had inmiddels het nodige meegemaakt, ook in eigen kring.

Depressie
In zijn Arnhemse jaren werd Van Dijk, van nature een neerslachtig mens, getroffen door een ernstige depressie. Zo zwaar, dat hij meer dan eens met de gedachte aan zelfmoord rondliep. Het was in deze periode dat Fien Wevers (82) hem leerde kennen. „Mijn man was ouderling bij dominee Ooms, in De Rank. Die zei op een dag: Gerrit, jij moet eens naar Ko van Dijk, want die is ziek. Het klikte meteen tussen die twee. Mijn man ging elke week een keer naar hem toe, na verloop van tijd kwam Ko ook bij ons op visite. We hebben een heel hechte band met elkaar gekregen. Ko was als een broer voor me, met Loesje kon ik ook heel goed opschieten.
Na het vertrek van ds. Ooms liet Wevers, die de preekbeurten regelde, Van Dijk regelmatig voorgaan in de wijkgemeente. Fien Wevers zag er keer op keer naar uit.
„Ik kan me voorstellen dat mensen soms moeite hadden met zijn grollen en grappen. Zelf dacht ik ook wel eens: Kom Ko, nou weet ik het wel, dat ze op de Veluwe in de pet bidden. Maar daar stond zo veel tegenover. Je kunt van Ko zeggen wat je wilt, je kwam nooit onbewogen onder zijn preken vandaan. Het was of hij alleen tot jou sprak. Pas heb ik nog eens naar de preek geluisterd die hij hield op de zondag nadat ds. Ooms onverwachts was overleden. Het raakte me weer net als toen. Klaas Ooms zei eens: Als ik bij Ko in de kerk zit, neem ik er wat van mee. Zijn preken doen je wat. Terwijl dominees toch niet zo snel bewogen zijn door preken van een ander.

Begrafenis
Zag het brede publiek hem als de gevierde dominee, Fien Wevers kende Jac. Van Dijk als een onzeker mens, die tobbend over de aarde ging. „Doe ik het wel goed, komt God wel aan Zijn eer, ben ik niet te veel met mezelf bezig? Daar liep hij altijd mee rond. Als het er op aan kwam, was hij een binnenvetter. Op verjaardagen kwam hij niet graag. Tussen visite voelde hij zich opgelaten.
Hij had er ook moeite mee om alle ellende op deze wereld te verwerken. Een jong gestorven vriendin van me is door hem begraven, dat leek nergens op. Hij kwam er niet uit dat zon jonge vrouw moest overlijden. Omdat hij niet iets wilde preken dat hij op dat moment niet beleefde, praatte hij maar wat om zijn tekst heen. Met kritiek op zn preken kon hij slecht omgaan, maar van mij kon hij wel wat hebben. Na die dienst heb ik gezegd: Ko, dit had zo niet gemoeten. Waarop hij antwoordde: Ik wist niet wat ik zeggen moest. Ik had geen woorden.
Zelf overleed Van Dijk zeer onverwacht. Toch bestond over de invulling van de begrafenis geen onduidelijkheid. Meer dan eens had de depressieve predikant zijn vrouw laten weten hoe hij die graag zag. In besloten kring, zonder allerlei toespraken. „Op een begraafplaats liggen de doden en liegen de levenden. De rouwdienst werd geleid door dr. C.A. Tukker, die sprak over een lievelingstekst van de overledene, Psalm 56 vers 14: Want Gij hebt mijn ziel gered van den dood. De tekst op de rouwkaart. Ook daarvoor lag een notitie gereed.

Kritisch
Hoewel inmiddels meer dan twintig jaren zijn verstreken, mist Fien Wevers Van Dijk nog altijd. „Omdat ik in de kerk tekort kom. Je hoort soms best aardige preken, maar het blijft zo algemeen. Ko was heel bevindelijk. Hij nam je mee naar God toe, en drong er altijd op aan de bekering niet uit te stellen. In al zijn preken zat wel iets dat je bij bleef.
Ook Van Vliet hield grote achting voor de markante predikant. „Hij heeft veel voor Monster betekend. En niet te vergeten voor Poeldijk. Daar ging hij wekelijks bijbellezingen houden. Er kwamen steeds meer mensen luisteren. Op een gegeven moment zijn ze ook op zondag diensten gaan beleggen. Eerst viel die groep onder de kerkenraad van Monster, later is Poeldijk verzelfstandigd.
Van 40 tot 66 heb ik als diaken in de kerkenraad gezeten, aansluitend ben ik een poos notabel geweest, daarna nog twee perioden ouderling, tot 1996. Dan mag je toch zeggen dat je wat van de kerkelijke situatie in Monster weet. Als ik terugkijk, kan ik er geen een noemen die meer voor de gemeente heeft betekend dan Van Dijk. De mensen die nu zo kritisch over hem zijn, moeten daar eens over nadenken. Het heeft mij pijn gedaan dat hij later zo verguisd is. Daar heeft hij echt onder geleden, en dat was hij niet waard.


Het eigen spoor van Jac. Van Dijk
Jacobus van Dijk (1913-1984) groeit op in een gereformeerd gezin, maar kiest als theologisch kandidaat voor de vrijzinnigheid. Hij wordt benoemd tot hulpprediker in Eindhoven en trouwt in 1939 met de twaalf jaar oudere operazangeres Louise Francina Victoria (Loes) Snel. Ze is de ex-echtgenote van Eduard Flipse, dirigent van het Rotterdamsch Philharmonisch Orkest, die haar heeft laten zitten voor een harpiste. Inmiddels heeft Van Dijk een beroep naar Zaltbommel aangenomen. Na een jaar wordt een dochtertje geboren: Louise Francisca, naar haar moeder en Franciscus van Assisi.
Van Zaltbommel verhuist het predikantsgezin naar s Gravenzande. Daar wordt Van Dijk opgepakt wegens verzetsactiviteiten, en krijgt hij te horen dat hij naar Dachau zal worden afgevoerd. Boerenjongens uit Monster met hetzelfde vooruitzicht vinden in deze omstandigheden troost in hun Bijbel, de vrijzinnige predikant niet.
Na zijn vrijlating, door een vergissing, komt hij krachtdadig tot bekering en breekt hij met de (vrijzinnige) Evangelische Unie. Niet lang daarna wordt hij beroepen door de hervormde gemeente van Monster. Daarna dient hij de gemeenten van Putten, Gameren, Garderen, Nijkerk en nogmaals Monster. Tussendoor is hij godsdienstdocent en dekaan aan het Groen van Prinsterer College in Den Haag. Hij eindigt zijn loopbaan aan een scholengemeenschap in Zutphen.

Staatkundig gereformeerd
Een aantal jaren heeft van Dijk zitting in het hoofdbestuur van de SGP, maar door een intern conflict stapt hij op. In 1953 wordt hij geroyeerd als lid. Hij verantwoordt zich in de brochure Staatkundig gereformeerd?. Daarin hekelt hij onder meer de houding van de SGP in de Tweede Wereldoorlog. Ook het standpunt van de partij over de positie van de vrouw in de politiek deelt hij niet.
Zijn aanvankelijk roze beeld van de gereformeerde gezindte raakt ernstig beschadigd door alle teleurstellende ervaringen. Meer dan eens neemt Van Dijk, die door zijn humor wel de Wim Kan van de kansel wordt genoemd, de hypocrisie die hij er waarneemt op de korrel. Maar als hij authentieke godsvreze waarneemt, vormen zelfs exclusieve kerkelijke standpunten voor hem geen hinderpaal. Zo houdt hij grote achting voor ds. J.P. Paauwe, „de man die mij het meest heeft beïnvloed.
Buiten de gereformeerde gezindte geniet Van Dijk bekendheid door zijn overdenkingen voor de Amsterdamse Alle-Dag-Kerk en de NCRV. Ook zijn vriendenkring is breed. Zo zijn de wereldberoemde dirigent Eduard van Beinum en de welbespraakte pater Henri de Greve regelmatig te gast in zijn pastorie. De laatste jaren van zijn leven lijdt Van Dijk aan zware depressiviteit. In deze periode schrijft hij op aanraden van zijn vrouw Het nooit verloren vergezicht – pastorale herinneringen van een zeventigjarige. In 1984 overlijdt hij totaal onverwacht, op 71-jarige leeftijd!

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 5 april 2006

Terdege | 92 Pagina's

Het wonder van het Westland

Bekijk de hele uitgave van woensdag 5 april 2006

Terdege | 92 Pagina's