Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Buiten onze grenzen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buiten onze grenzen

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

TRIOMF THATCHERISME

De kiezers in Groot-Brittannië hebben de vorige maand voor een duidelijke uitslag gezorgd. Mevrouw Thatcher, al sinds 1979 premier, kan aan haar derde ambtstermijn beginnen. Daarmee is zij de eerste Britse premier die dat in deze eeuw presteerde. Ook op Europees niveau een opmerkelijke prestatie, waar sommige landen soms lijken te grossieren in kabinetscrises. Opmerkelijk is verder dat Margaret Thatcher haar politieke succes bereikte door een duidelijke en uitgesproken politiek. Zo duidelijk zelfs dat haar politieke programma tot een begrip werd: thatcherisme.

Toen mevrouw Thatcher in de jaren zeventig het leiderschap van de Conservatieve Partij overnam van Heath, beloofde zij het beter te doen.

Premier Heath had namelijk het onderspit gedolven in een strijd met de vakbond van mijnwerkers die enorme loonsverhogingen eiste. Thatcher beloofde de macht van de vakbonden aan banden te leggen en rigoreus te bezuinigen om de Britse economie weer gezond te maken. Een geliefde uitspraak van haar in dit verband is: „Zachte heelmeesters maken stinkende wonden". Wel was zij gedwongen eerst in de „wachtkamer" plaats te nemen, omdat Labour de verkiezingen had gewonnen. In deze periode ging het bergafwaarts met de britse economie. De loonsverhogingen waren niet van de lucht en daarmee samenhangend steeg de inflatie naar een record hoogte van 25%. Het begrotmgstekort liep op tot ruim 3, 5 miljard pond en de Labour-regering zag zich gedwongen om het Internationale Monetaire Fonds (IMF) te benaderen voor financiële steun. Bovendien liep in de periode van 1970 tot 1979 de werkgelegenheid in de industrie met bijna een vijfde terug!

Bij haar ambtsaanvaarding in 1979 merkte Thatcher op: „Mijn Conserva­ tieve regering gaat orde op zaken stellen in een land dat naar de economische ondergang is gedreven door jarenlang socialistisch wanbeheer." Sindsdien hebben de Britse kiezers mevrouw Thatchers politiek al weer twee keer „beloond" met een zeer goede uitslag voor haar partij.

INHOUD THATCHERISME

Al snel toonde Margaret Thatcher zich in haar beleid een aanhangster van de monetaristische politiek van de Amerikaanse econoom Milton Friedman. Dat betekende voor haar een zich richten op de beheersing van de geldkraan door de overheid ter bestrijding van de inflatie.

In een mterview merkte mevrouw Thatcher op: „Professor Friedman is, zoals zijn bekroning met de Nobelprijs getuigt, een hoogst eminent econoom en zijn pleidooi voor strikte monetaire beheersing en het belang van de vrije ondernemingsgewijze produktie is een voorbeeld voor ons allen. Ik onderschrijf zijn standpunt dat regeringen een matigende invloed moeten hebben op het gedrag van de monetaire aggregaten. Het is mijn beleid om inflatie op een blijvende basis te beheersen en te verminderen om in een duurzame verbetering in economische vooruitzichten en kansen op werkgelegenheid te voorzien."

De regering Thatcher verklaarde dus de inflatie tot volksvijand nummer een en ging in dat kader over tot rigoreuze bezuinigingen. De concurrentiekracht van de Britse economie moest langs deze weg hersteld worden en hiermee zou ook het werkloosheidsprobleem op de langere termijn het beste gediend zijn.

Tegelijk hiermee poogde Thatcher ook de mentaliteit te veranderen onder het Britse volk. Zo merkte ze eens op: „Economie is alleen maar een middel, het gaat er in feite om de mensen we zenlijk te doen veranderen: ze moeten het besef krijgen dat er gewoon gewerkt moet worden om de Britse economie enigszins op orde te krijgen."

In dit kader presenteerde haar regering ook wat genoemd werd „power to the people". Zo werden de British Airways en de openbare gas-en telefoonbedrijven verkocht aan het publiek. In de afgelopen jaren is het aantal particuliere aandeelhouders enorm toegenomen. Dit alles heeft vanzelf weer verschuivingen teweeg gebracht onder het „kiezersvolk". De „schaduw-minister" van Labour voor financiën kreeg tijdens de afgelopen verkiezingscampagne van een arbeider te horen: „Ik ben u er niet dankbaar voor dat u mijn koerswinst van 1500 pond wilt afpakken". Labour had namelijk gezegd een aantal bedrijven opnieuw te willen nationahseren.

Verder probeerde de regering Thatcher in de achterliggende jaren de verantwoordelijkheid van de mensen te vergroten door het eigen woningbezit te stimuleren. Meer dan één miljoen mensen, waaronder vele arbeiders, werden in staat gesteld hun woningwetwoning te kopen! Als laatste punt van het Thatcherisme zou ik hier willen noemen de conservatieve visie op het gezin en de plaats van de vrouw daarbij.

In 1983 stuurde ze haar ministers op zomerreces met de opdracht eens grondig na te denken over de rol van het gezin. Na de vakantie stelde de regering toen samen een lijstje op van wensen en aanbevehngen.

Zo wilde men vrouwen aanmoedigen, ondersteund door belastingmaatregelen, om geen betaalde baan te nemen, maar bewust voor hun gezin te kiezen. Verder wilde men de opvang van bejaarden door de eigen kinderen bevorderen. Het gezin zou weer verantwoordelijk moeten worden voor zieken, bejaarden en werkloze jongeren. In een interview legde Thatcher uit dat zo de mensen, los van staatsbemoeienis, weer in zichzelf zouden geloven. In dit verband merkte ze op terug te willen naar de Victoriaanse deugden: „Ons werd ingeprent om hard te werken. We leerden onszelf te bewijzen. We leerden voor onszelf te zorgen. We leerden te leven van het geld dat we verdienden. We leerden dat schoonheid en netheid een deugd was. Je leerde om je buurman altijd een helpende hand te reiken. Je leerde om enorm trots op je vaderland te zijn. Al deze dingen zijn Victoriaanse waarden."

Zo moet de macht van de staat weer plaats maken voor het gezin als pijler en uitgangspunt ook voor het sociale beleid. En de tijd dat men deze kant van het thatcherisme, vooral in linkse kringen natuurlijk, spotlachend van de hand wees, is na twee grote overwinningen voor Thatcher in 1983 en 1987 wel voorbij in Groot-Brittanië.

DISTRICTENSTELSEL

Een opvallend feit bij de britse verkiezingen is altijd weer het daar gehanteerde districtenstelsel. Het Britse kiesstelsel is namelijk een andere dan het in Nederland toegepaste stelsel van Evenredige Vertegenwoordiging. Groot-Brittannië is verdeeld in 650 kiesdistricten die elk slechts één lid naar het Lagerhuis afvaardigen. De districten zijn ingedeeld naar het aan­ tal kiesgerechtigden dat er woont. Zo zijn de kiesdistricten in het hoge noorden van Schotland in omvang groot, terwijl een stad als Londen heel wat kiesdistricten telt. Per district wordt de kandidaat met de meeste stemmen afgevaardigd en daarmee gaan dus de stemmen op de andere kandidaten verloren! In dit kiesstelsel kan het voorkomen dat een partij procentueel aardig wat stemmen haalt in het hele land, maar dat niet vertaald ziet in zetels. We denken hier dan vooral aan de Alliantie van Liberalen en Sociaal-Democraten. Deze groepering behaalde zo'n 23% van de stemmen, maar zag dat slechts omgezet in 20 van de 650 Lagerhuiszetels! Onder het in Nederland gehanteerde kiesstelsel zou de uitslag dus een heel andere vertaling in zetels hebben gekregen en zouden ook de Conservatieven met hun 43% van de stemmen geen absolute meerderheid hebben gehaald.

Hoewel wij als SGP'ers natuurlijk zeer verblijd zijn met het hier gehanteerde stelsel van Evenredige Vertegenwoordiging en daar als „kleine" partij bewust voor kiezen, gaat het me toch te ver om, zoals in linkse bladen gebeurt, de overwinning van Thatcher slechts toe te schrijven aan het „onrechtvaardige districtenstelsel".

Het zijn niet alleen de Conservatieven in Groot-Brittannië die voor dit kiesstelsel zijn, maar ook de Labourpartij wenst aan dit kiesstelsel vast te houden. Zo gezien kun je dus stellen dat de overgrote meerderheid van het Britse volk dit systeem wenst te handhaven en dat Thatcher langs democratische weg tot haar absolute meerderheid is gekomen.

Het in Groot-Brittannië toegepaste kiesstelsel brengt met zich mee dat de grootste partij na de verkiezingen vrijwel altijd, via de verworven absolute meerderheid in het Lagerhuis, direkt kan gaan regeren en daarmee het verkiezingsprogramma vrijwel zonder compromissen kan gaan uitvoeren! De leider van de winnende partij wordt dus a.h.w. „automatisch" als voorzitter van de meerderheidspartij tegelijk regeringsleider.

BETEKENIS VOOR DE NAVO

Als laatste aspect van de jongste Britse verkiezingen wil ik hier de gevolgen voor de NAVO en dus voor de Europese veiligheid bespreken. Want ook in deze heeft de overwinning van Thatcher voor de nodige duidelijkheid gezorgd. In Groot-Brittannië staat een grote en dure modernisering van de kernstrijdkracht op de planning. De zestien polaris-raketten die op onderzeeboten zijn geplaatst, zullen in de komende jaren vervangen worden door de moderne Trident-raketten van Amerikaanse makelij. Het gaat hier om een miljarden investering!

De Labourpartij had in haar verkiezingscampagne duidelijk gemaakt dat zij bij een overwinning de Trident-raketten onmiddellijk zou afbestellen, ja sterker nog, dat ze Groot-Brittannië geheel „kemwapenvrij" zou maken en dus ook de Amerikaanse bases zou laten sluiten. Een niet erg waardig standpunt overigens voor een partij die tegelijkertijd zegt lid te willen blijven van de NAVO en dus langs die weg zich wel wenst te „verzekeren" van de Amerikaanse „nucleaire garantie".

Een overwinning van Labour had dus een gevoelige aanslag betekend op de Westerse Alliantie. De overwinning van Thatcher betekent zo gezien een blijvende goede samenwerking tussen haar land en de Verenigde Staten en daarmee een hecht fundament voor de NAVO als geheel.

Dat brengt ons tenslotte bij de bijnaam van Margaret Thatcher: „de ijzeren dame". Een bijnaam die het Russische persbureau Tass haar gaf als reactie op haar besliste en duidelijke anti-communistische stellingname. Een bijnaam waar ze zo gezien terecht „trots" op mag zijn!

Leusden

H. Lenselink

De afgelopen halve eeuw is Groot-Brittannië geregeerd door de volgende Conservatieve (C) en Labour (L)-premiers:1937-40: eville Chamberlain (C) 1940-45: inston Churchill (C) 1945-51: lement Attlee (L) 1951-55: inston Churchill (C) 1955-57: nthony Eden (C) 1957-63: arold Macmillan (C) 1963-64: lec Douglas-Home (C) 1964-70: arold Wilson (L) 1970-74: dward Heath (C) 1974-76: arold Wilson (L) 1976-79: ames Callaghan (L) 1979-87: argaret Thatcher (C)

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 juli 1987

De Banier | 20 Pagina's

Buiten onze grenzen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 juli 1987

De Banier | 20 Pagina's