Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Gedachten uit het verleden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Gedachten uit het verleden

Willem Teellinck

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het leven van Teelinck is niet onopgemerkt voorbij gegaan, 't Heeft zijn stempel gezet op de theologische wereld van zijn tijd. Dat kon niet anders. Hij was een man van de practische godzaligheid en dat kan nooit nalaten het getuigenis des Geestes kenbaar te maken. Het maakwerk van ons mist dat getuigenis, maar waar de waarachtige evangelische heiligmaking gevonden wordt, is ook het getuigenis naar buiten. Vriend en vijand kwamen daarvan onder de indruk. Die indruk is weergegeven zowel door zijn vijanden, omdat zij wisten dat wat hij zeide of schreef waar was. Zo is het nog tot op het huidige ogenblik. Waar het getuigenis der waarheid beluisterd wordt, moet reactie komen. Hetzij met instemming of in gloeiende vijandschap. In het laatste geval zal men niet nalaten de meest geraffineerde vijandschap naar buiten te openbaren. Alles zal men trachten aan te wenden om die waarheid, welke naar de godzaligheid is, te niet te maken. Geen middel is dan te laag en niets ontziet men. Zo is het met Teelinck gegaan. De vijanden van God en van de zuivere leer der genade zowel voorwerpelijk als onderwerpelijk hebben al hun venijn tegen hem uitgebraakt. Dat kon niet anders. Men heeft 't tegen de grote Meester gedaan en Hij was zonder zonde, en zou men het dan niet tegen Zijn dienstknechten doen? Hij heeft het zelf gezegd, zij hebben Mij gehaat, zij zullen ook u haten. Een dienstknecht is niet meerder dan zijn meester. Teelinck heeft zeer veel smaad geleden, en dat bezorgde hem veel verdriet. Men ontzag het niet om zijn werk in een totaal verkeerd daglicht te stellen, om zodoende de man te treffen. Och, laat ik Paulus' noemen. Ook van hem werd de beschuldiging vernomen, dat hij de zonde verdedigde, om des te meer de genade kenbaar te maken. Hoe uitnemend heeft de grote kruisgezant zich deswege verantwoord, zo, dat de Heilige Geest het in de Heilige Schrift heeft opgenomen. Niets, maar dan ook letterlijk niets heeft men de Heere Jezus ontzien, en al Zijn gaarne getrouwe knechten. Uit dien hoofde is het zo nuttig en nodig Teelinck uit zijn geschriften te kennen en nooit genoeg kan ik er op aandringen om die geschriften te lezen. Zij kunnen onder de zegen des Heeren van zo uitnemend nut zijn voor des Heeren oprechte volk. Voor het overige geldt het nog steeds hetgeen van ouds reeds gangbaar was te gebruiken: Uit dezelfde bloem zuigt de spin' vergif en de bij honing. Laat ons dat nooit vergeten. De in zijn consciëntie overtuigde van de waarheid zal er nog toestemmend op reageren, maar die bekeerd wil zijn zonder waarachtige bekering, zal er al het vergif over uitbraken wat maar in hem is. Teelinck heeft het ervaren. AI wat in eigengemaakte vroomheid wilde leven, kwam openbaar en bracht zichzelf uit. Terwijl daarentegen de vrienden van de waarheid, die naar de godzaligheid is, hem van harte bijvielen. Dat moet. Zij worden allen door één Geest gedrenkt en kunnen niet anders. Teelinck heeft in zijn „Toetssteen des waren geloofs" gezegd of liever geschreven: Dat niemand kan geloven dat God zijn zonden heeft vergeven, die niet eerst zijn zonden wil verlaten en tot God wederkeren en recht zijn zonde leert kennen. Ik zou zo door kvmnen gaan. Natuurlijk zijn wij allen van nature zondaren, maar onze grote ellende is dat we het niet weten. Leest wat Teelinck daaromtrent schrijft in zijn Soliloquem, dan leest ge zijn eigen schrift. O dat we toch eens waar voor God mochten worden en God recht leerden kennen en uit dien hoofde onszelf, we zouden niet meer zulke dwaze dingen zeggen of schrijven. Die vrienden van Teelinck zijn nog niet uitgestorven, gelukkig niet. Ze leven nog nadat hij hun is voorgegaan in de eeuwige rust. Al Gods ware volk noem ik in dit opzicht ware vrienden van Teelinck. Ik hoop nog eenmaal op Teelinck terug te komen, want ge zoudt er eerlijk mee aan de gang blijven zulk een uitnemend schrijver nader in het licht te stellen. Er wordt toch al raar met onze ouden omgesprongen, dat het hoog nodig blijkt de schrijvers in het juiste licht te stellen. Ik ben mij ten volle bewust dat sommigen mij van schrikkelijke eigenwijsheid zullen beschuldigen. Het zij zo. Ik zal er geen woord aan besteden. Maar één ding ben ik mij ten volle bewust, dat ik allen in het hart, waarvan de Heere Zijn genade verheerlijkte, mee heb, als ze de geschriften van Teelinck hebben gelezen of nog lezen.' Zo staan de zaken. Ik zou een bloemlezing kunnen verzamelen uit een werkje, getiteld: Teelinck en de kracht der godzaligheid. Ik zal dat niet doen, want dat is de bedoeling van deze artikelen in het geheel niet. Och of de Heere ons recht verstaan deed de uitnemende lessen, welke de Heere door Teelinck heeft laten te boek stellen. Hij spreekt nog, nadat hij is gestorven.

Utrecht

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 juli 1952

De Saambinder | 4 Pagina's

Gedachten uit het verleden

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 juli 1952

De Saambinder | 4 Pagina's