Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De predihaat^idochter.

!> Eenmaal geboren, tweemaal gestorven; tweemaal geboren, eenmaal gestorven."

Deze vreemde en treffende woorden hoorde Lina van de lippen van een predikant, in de kleine kerk van het dorp, waar zij des zomers een poos logeerde. Den dominé kende zij heel goed, want hij had haar reeds vaak bezocht

»Zou dat waar zijnï" vroeg Lina zich zelf af, terwijl zij haar groote, bruine oogen op het gelaat van den spreker gevestigd hield. Wat hij verder zeide, hoorde zij niet. Zij zat verlegen en ongerust, in gedachten verzonken. Ue Heilige Geest sprak tot haar, en vooi Hem zwegen alle andere stemmen.

Lina was de dochter vo.n den predikant, goed onderwezen: gaf onderwijs op een Zondagsschool, en hielp ook wel bij het armenbezoek. Zij was beschaafd en viiendclijk en nog veel meer. Maar op dezen avond kwam zij voor het eerst van haar leven te staan voor de ontzaggelijke, plechtige vraag: »Ben ik wedergeboren? ''

Dat is vreemd, zult gij misschien zeggen; zij was toch een Christenmeisje, en zoo werkzaam,

Wat zal ik u zeggen. Lina wist zeer veel betreffende den Heere Jezus, doch had zeer weinig kennis aan Hem zelf. Zij had zoo lang geleefd te midden van vergaderingen, bidstonden en een omgeving die van Gods geest was vervuld, dat zij even als zooveel andeien, nooit een oogenblik had getwijfeld, dat het goed met haar stond en zij eveuieer goed een Christin was als iemand anders De vrome omgeving waarin zij leefde was oorzaak, dat zij meende dat het »wel'' met haar was (zoo als zij het noemde) en belette haar te ontdekken hoezeer ook zij behoefte had om » wedergeboren" en «verlost" te worden, evenals of zij een dier goddelooze, onwetende straatkinderen geweest ware, opgevoed was zonder kennis van iets dat goed of naar den wil des Heeren was, onder welke zij arbeidde.

»Ik m< iet trachten te weten te komen of ik wedergeboren ben" zeide zij tot zich-zelf; Wist ik maar wie mij die kan zeggen."

('en geheelen volgenden dag werd haar wensch niet bevredigd en gevoelde zij zich bedroefd. Zij wenschte van ganscher harte dat zij iemand had om er over te spreken. Maar vergeefs!

Vader en mo«der zouden alles er voor ge-

geven hebben om de nieuwe vreemde vraag, '• die in de ziel van hun dochter opkwam, te , weten, en toch had Lina nooit in haar i II' leven tot hen gesproken over dergelijke dingen en de ouders... zg hadden ook gezwegen en misten alzoo de vreugde hun eigen kind op Christus te wijzen, terwijl thans een vreemde haar voor den Heiland zou winnen. «

Des avonds sprak de leeraar weder over hetzelfde onderwerp en verhaalde daarbij de welbekende geschiedenis van Nicodemus, tot wien de Heere Jezus m duidelgke woorden sprak:

»Tenzij dat iemand wederom geboren worde, hij kan het koningrijk Gods niet eien. Verwonder u niet dat Ik u gezegd heb, gijlieden moet wederom geboren worden. (Joh. III. vs. 3 = 7)-"

Deze tweede toespraak trof Lma zoo mogelijk nog dieper - in h^ hart en de groote droefheid waarvan haar ziel vervuld was, was op haar gelaat te lezen. De dominé zelfs merkte het, en besloot het zoo aan te leggen dat hij, bij het naar huis gaan met Lina alleen naarde pastorie kon wandelen.

De kerk ging uit en hij volvoerde zijn voor­nemen.

Lma was verheugd en toch half verlegen, toen zij aan de zijde van den leeraar huiswaarts ging. Zij was verlangend om met hem te spreken over het onderwerp, dat haar het meest aan het hart lag, doch scheen het onmogelijk te kunnen. Maar de predikant was niet alleen een man des gebeds maar wist ook tot de jeugdigen te spreken, zoodat zij, voordat zij het zelf wist, haar hart had uitgestort en met den ^rootsten ernst de vraag deed:

»Kunt gij 't mij ook zeggen, dominé ? Ben ik wedergeboren ? "

»Mijn lieve kind! li kan die vraag niet beantwoorden. Dat kunt gij zelf alleen. Als gij God niet als uw vader en Christus niet als aw Zaligmaker kent, zijt gij zeer zeker nüi wedergeboren.''

»Maar is het noodzakelijk dat ik wedergeboren word ? Papa is zelf predikant en ik ben gedoopt en aangenomen. Ik ben zelfs onderwijzeres op de Zondagsschool, dominé. . . ." zeide zij, en zij zag met haar blauwe oogen ernstig tot hem op, alsof zij nog niet alle hoop op wou geven omtrent haar zelf en haar vroomheid

»Zelfs dan nog mijn kind, " hernam haar vriend, de ontroering ontdekkende die hij duidelijk op Lina's bewegelijke gelaatstrekken zag bij het heldere maanlicht. »Zoo gij nog niet wedergeboren zijt, moet gy dat deelachtig worden om den hemel te kunnen binnengaan. Nicodemus, die een Joodsch schriftgeleerde was, een lid van het Sanhedrin, een volkomen godsdienstig man, een leeraai^ Israel, een goed man ook moest toeh wedergeboren worden. Als dit voor hem een verfeisehte was, dan toch zeker ook voor u."

De volgende twee dagen gingen veorbij in gesprekken tusschen hen beiden, het lezen der Heilige Schrift, onderzoek en ernstig gebed. De uitkomst was, dat God de Heilige Geest Lina onderwees, niet slechts van de noodzakelijkheid der wedergeboorte, maar ook hoe zij den Heere Jezus Christus door het geloof moest aannemen.

Het was voor Lina een wonderlijke tijd ea op den laatsten avond voor haar vertrek, een Zondagavond, teen zg ia de kerk den psalm zong:

»God heb ik lief, want die getrouwe Heer"'

rolden haar de tranen «ver de wangen, doch het waren geen tranen van bezorgdheid maar van opkomende vreugd.

Zij wist nu bij aanvang wat haar te weten noodig was. De vernieuwing haïrs gemoeds was begonnen, en al ging het vaak moeilijk en in veel gebrek en zwakheid, ook zij ervoer het, dat wie wedergeboren is in nieuwigheid des levens wandelt en alt den staat der natuur tot een anderen en beteren is gekomen. Die haar had doen geboren worden, deed haar ook opwassen.

Toen begon voor haar een nieuw leven, kinderlijk en gelukkig. Zij was vervuld met de liefde van Christus, en zelfs vol verlangen dat anderen 't ook zijn mochten.

Haar vriendinnen, werden door haar toegesproken. Voor en met haar leerlingen op de Zondagschool bad zij. Tot haar vrienden sprak zij: »Ik ben wedergeboren" en zq die met haar dagelijks omgingen, wisten, dat wat zij zcide waarheid was.

Vrienden en vriendinnen gij zijt misschien goed, vriendelijk, beminnelijk en godsdienstig, doch ook »wedergeboren" ? Gij zijt opgevoed door Christelijke ouders, gij woont de prediking bij, gij bidt, leest in den Bijbel, maar zijt gg wedergeboren ? Hebt gij nog geen »tweeden geboortedag" in uw leven gekend? o! Sta dan een oogenblik stil, even als Lina en vraag u zelf af; »BKÏ IK WEDBRGEBO-KIN? " En zoo gij niet ja kunt zeggen: Gaat dan tot Hem tot wien ook Nicodemus ging, die nog bij nacht als bg dag gereed staat, opdat Hij u helpe ter bekwamer tijd.

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 30 november 1890

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen

Bekijk de hele uitgave van zondag 30 november 1890

De Heraut | 4 Pagina's