Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Met pensioen?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Met pensioen?

(Er is altijd iets te doen)

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

De een droomt ervan, voor de ander is het een nachtmerrie. Maar de meeste nieuwbakken gepensioneerden komen met een zachte landing terecht in hun volgende levensfase. Veel mensen beginnen in de jaren ervoor al met het afbouwen van het werk.

„Ik zag er zeker niet tegenop om te stoppen”, zegt Nico Camphens (71) uit ‘s-Gravenzande. Toen hij op zijn 62e met vervroegd pensioen ging, had hij er 32 jaar als servicemonteur bij een heftruckbedrijf op zitten. „We hebben zeven kinderen, die allemaal een eigen huis hebben. Dus kluswerk was er altijd wel te doen. En ik bedacht dat als ik me toch zou gaan vervelen, ik altijd nog touringcarchauffeur kon worden. Naar Luxemburg rijden leek me best leuk.” Het is er niet van gekomen. Want Camphens heeft zich nog nooit verveeld, zegt hij aan de telefoon, terwijl op de achtergrond het vrolijke geluid van de kleinkinderen klinkt. „Toen ik nog werkte, was mijn leven rustiger dan nu.”

Ko Bosman, in september 65 geworden, staat nog vóór zijn pensioen. De constructiebankwerker uit Krabbendijke moet officieel door tot hij 66 jaar en acht maanden is, maar zover laat hij het zelf niet komen. „Ik wil een jaar eerder stoppen en dat kan gelukkig.” Dankzij de levensloopregeling, vertelt hij. Via zijn werkgever zette Bosman jarenlang geld opzij, met de bedoeling er verlof van op te nemen of eerder te stoppen met werken. Van het eerste kwam nooit zo veel, integendeel: Bosman vertelt vaak lange dagen te hebben gemaakt. De laatste jaren is het tij gekeerd: sinds drie jaar werkt de Zeeuw twee dagen per week minder én hij kan dus een jaar eerder met pensioen. Allemaal met dank aan zijn spaarpot. In april mag Bosman voor de laatste keer zijn collega’s gedag zeggen. En dan heeft hij er bijna vijftig jaar werken op zitten.

„Ik begrijp dat er een grote verandering aankomt”, zegt hij. „En op bepaalde momenten zal ik het werk misschien wel een beetje missen. Maar mijn vak valt toch wel wat onder de zware beroepen en op een gegeven moment is het genoeg. Het is goed dat ik een paar jaar geleden al ben begonnen met afbouwen, denk ik. Want als je vijf dagen werkt en dan stopt, val je volgens mij echt in een gat. Ik denk dus dat het wel goedkomt. Hoewel met pensioen gaan ook wel iets is om te overdenken. Want ik begin dus ook aan de laatste fase in het leven.”

Bijzondere plannen heeft Bosman niet voor straks. „Ach, er is altijd wat te doen. We hebben een hond, die moet drie, vier keer per dag naar buiten. Wat ik niet van plan ben, is me direct weer aan ergens aan te verbinden. Ik ga niet op een vaste dag per week iets doen. Dan moet ik straks nog vakantie gaan vragen.” Die tijd is voorbij, zegt Bosman vastberaden. Straks is hij helemaal baas over zijn eigen tijd, zoals dat nu al deels het geval is. „Ik merk dat ik meer aan het lezen ben, sinds ik minder werk. Voor mijn verjaardag heb ik een e-reader gekregen. Dat bevalt best.

Misschien voelt een echt boek wat prettiger, maar op een e-reader passen er wel tien, dat is handig als je op vakantie gaat.”

BIJEENKOMSTEN

„De meeste mensen die met pensioen zijn, redden zich goed”, zegt André Lagendijk van de RMU, de reformatorische vakorganisatie. Zoals Ko Bosman naar zijn pensioen toeleeft, doen meer mensen het, vertelt hij. „Als de datum van stoppen in zicht komt, begint men vaak al na te denken over de tijd daarna. En velen gaan in de jaren ervoor al wat minder werken.” Nee, een enorme verandering is “met pensioen gaan” niet meer zo tegenwoordig, merkt ook de RMU. Toch staan er op de agenda van de vakorganisatie verschillende bijeenkomsten voor 55-plussers. Ze hebben dus wél hulp nodig? Nee, lacht Lagendijk. „We organiseren die al tien jaar, maar ze hebben niets te maken met voorbereiding op of ondersteuning van het gepensioneerde leven. De 55-plusbijeenkomsten zijn in het leven geroepen omdat we mensen die hun hele werkende leven met hart en ziel lid waren van de RMU ook rond en na hun pensioen iets willen blijven bieden. De mogelijkheid om elkaar te ontmoeten, samen te bezinnen.”

De RMU heeft zeker wel bij de leden gepolst of er behoefte was aan, bijvoorbeeld, een cursus “wat ga je doen na je pensioen”. „Maar daar was geen behoefte aan.” Hoe dat komt? Lagendijk kan er alleen een slag naar doen, maar zijn verklaring klinkt logisch: „Onze leden maken veelal deel uit van vaste sociale structuren: ze gaan op zondag naar de kerk, zitten doordeweeks op een koor of een vereniging, zijn soms actief in de politiek. En de familieverbanden zijn vaak groot en uitgebreid.” Kortom, die gemeenschapszin maakt de overgang naar het gepensioneerde bestaan er alleen maar makkelijker op, denkt hij.

De bijeenkomsten, die opgehangen worden aan het jaarthema van de RMU, zijn populair. „We zitten altijd vol.” Hoewel gezelligheid en elkaar weerzien belangrijke onderdelen zijn, wil de organisatie de mensen ook iets meegeven. „Er zijn meestal twee lezingen, een bezinnende en een praktische. Dit jaar kiezen we bijvoorbeeld voor de insteek: zo, het werk is achter de rug, maar er blijft niet alleen vakantie over. Als christenen hebben we ook een hogere roeping, dus: denk eens aan vrijwilligerswerk.”

KLUSSEN

Helemaal mee eens, zegt Nico Camphens. Sinds 1972 is hij bestuurslid van de 21-plusvereniging van de gereformeerde gemeente in ‘s-Gravenzande. „Ik heb niet de ambitie om ermee te stoppen. Ik vind dat ik nog wel wat voeding mag geven aan mensen.” Voeling met de leeftijdsgroep heeft Camphens zeker, zegt hij, met negentien kleinkinderen van tussen de 1 en de 24 jaar oud. „Ik probeer ze goed te volgen.”

En daarnaast is hij dus veel aan het klussen in de woningen van zijn zeven kinderen? „Nou, dat doe ik nu wat minder. Een zoon van ons werkt in de gezondheidszorg en hij heeft op een bepaald moment tegen zijn broers en zussen gezegd: „Je moet pa niet meer roepen voor zware klussen.” En daar luisteren ze wel naar, moet ik zeggen. Ikzelf ook. Ik denk dat het wel verstandig is.” Want je kunt alles wel willen, maar het lichaam moet het wel blijven doen, legt hij uit. Die gedachte gaat ook nogal eens door het hoofd van verpleegkundige Betsie de Waard (56) uit Zwijndrecht. Begin dit jaar vertelde ze in het Reformatorisch Dagblad enthousiast over haar vak in de serie “Bezield werk”. Maar haar verhaal was niet alleen juichend; ze vroeg zich ook af of ze het lichamelijk nog wel tien jaar zou volhouden. „Nou ja”, was in januari haar conclusie, „eventueel moet ik maar met de rollator naar het werk.”

Inmiddels is ze stelliger. „Ik denk niet dat ik het fysiek ga redden om tot mijn 67e dit werk te blijven doen”, zegt ze aan de telefoon. „Het is écht een zwaar beroep. Vaak tillen, veel lopen. Ik werk drie dagen per week. Eén dag sta ik aan het bed, op de andere twee ben ik verpleegkundig opnamecoördinator. Dan breng je mensen die worden opgenomen naar de verpleegafdelingen. Op een drukke avond loop ik zo 11 kilometer.” Je blijft er absoluut it van, erkent ze. „Mijn conditie is goed. Maar ik moet die wel bijhouden, anders houd ik dit werk echt niet vol. Dus thuis staat een hometrainer, waar ik minimaal twee keer per week op wil zitten. Eerlijk gezegd is het daar de laatste tijd niet van gekomen.”

De Waard zit in een luxepositie, zegt ze zelf. Ze is namelijk geen kostwinner. Dat is haar man. Ze kan dus eerder met pensioen, zonder grote financiële consequenties. „Maar dat geldt niet voor iedereen. Ik heb een collega die bijna 65 is, haar vingers staan krom van de artrose.”

Toch zou ze het jammer vinden als ze met haar baan in het ziekenhuis zou moeten stoppen. „Tegelijk is het een heerlijk gevoel dat ik niet per se hoef te werken. Hoewel het natuurlijk wel gaat schelen in de inkomsten.” En voor de duidelijkheid, de verpleegkundige is niet van plan om -mocht ze inderdaad met vervroegd pensioen gaan- hele dagen op de bank te gaan zitten. Ze heeft al een vastomlijnd idee van wat ze wil gaan doen: „Ik zou heel graag als vrijwilliger in een hospice werken. Sommigen vinden dat vreemd, veel mensen zijn bang voor de dood. Ik niet, ik was 6 toen mijn moeder overleed. De dood hoort bij mijn leven. In de laatste fase van een leven kun je zo veel voor mensen betekenen. En ook voor hun familie.” Betsie de Waard is goed bezig, vindt RMU-woordvoerder Lagendijk. „Het is belangrijk om je goed voor te bereiden op wat komen gaat. En worden dingen in je baan te veel, dan zijn misschien aanpassingen mogelijk.” Hij bedoelt daarmee niet eens direct de optie van minder werken. Misschien zijn taken, die minder fysieke inspanning vragen, een mogelijkheid. De verpleegkundige heeft binnenkort weer een gesprek met haar leidinggevende, laat ze weten. „Natuurlijk ga ik het hier wel over hebben. Maar in de afgelopen jaren heb ik al gemerkt dat het allemaal min of meer aan jezelf wordt overgelaten. Het blijft gewoon een feit dat lang niet iedereen, zeker in Den Haag, doorheeft hoe zwaar dit beroep is. Echt, Mark Rutte moet hier maar eens een dagje komen meedraaien. Op z’n eigen schoenen. Dan denk ik dat hij het wel doorkrijgt dat er iets moet gebeuren.”

In de sector waarin Nico Camphens actief was, lijken de dingen wat beter geregeld. „Na mijn 55e mocht ik niet meer in m’n eentje zware klussen doen. Die persoon moest ik dan zelf regelen. Ik heb dat één keer gedaan. Want ach, zo zijn we niet, toch?”

Hij heeft nog een paar tips voor mensen die aan de vooravond van hun pensioen staan. „Mijn ervaring is dat het goed is om van tevoren na te denken over de tijd die voor je ligt. Wat zou je willen doen? Maar neem ook een halfjaar de tijd om aan het nieuwe leven te wennen. Als je nog werkt, kijkje soms anders naar dingen dan als je niet meer elke dag bezig bent. Legje dus niet direct vast.”


PERSOONLIJKE PENSIOENDATUM

Wie in oktober van dit jaar 65 werd, moet doorwerken tot hij of zij 66 jaar en acht maanden is. Klinkt oud? Kijk dan maar eens naar de pensioenleeftijd voor huidige jongeren. Ben je geboren in oktober 1985, dan is je geschatte AOW-leeftijd 70 jaar en drie maanden. Deze informatie staat op de website van de Sociale Verzekeringsbank, waar je je exacte pensioendatum kunt berekenen door je geboortedatum in te vullen.

Steeds meer 65-plussers

Begin 2017 had Nederland 17 miljoen inwoners. Van hen waren er 3,2 miljoen ouder dan 65. Twintig jaar geleden waren dat er een miljoen minder.

PENSIOEN BETEKENT LETTERLIJK…

…inkomensverzekering. Ofwel geld dat het vroegere salaris vervangt.

Een kijkje in de toekomst

Loop je nog lang niet tegen de 70, maar ben je wel nieuwsgierig naar wat tegen die tijd je inkomen is? Het staat kort en krachtig inclusief maandbedrag op de website mijnpensioenoverzicht.nl. Het enige wat je nodig hebt, is een DigiD. Eenmaal ingelogd zie je hoeveel AOW je krijgt (de uitkering van de rijksoverheid), maar ook het bedrag dat je tot nu toe hebt opgebouwd bij werkgevers.

Meer gepensioneerden werken door

Het aantal werkende 55-plussers in nederland is tussen 2003 en 2016 bijna verdubbeld. Dit heeft deels te maken met het grotere aantal ouderen, maar ook hebben meer mensen betaald en vaak parttime werk, zegt het Centraal bureau voor de Statistiek.

2003: 3 miljoen 55- tot 75-jarigen. Betaald werk: 27,2 procent

2016: 4 miljoen 55- tot 75-jarigen. Betaald werk: 39,7 procent.

LEVENSVERWACHTING

Sommigen noemen pensioen de periode tussen werk en zerk. Toch heeft een man van 65 jaar op dit moment een levensverwachting van bijna negentien jaar. een vrouw van 65 heeft zelfs een levensverwachting van 21 jaar.

Vanaf 2022 hangt de pensioenleeftijd af van de levensverwachting. Blijven mensen gemiddeld langer leven? Dan gaat de pensioenleeftijd omhoog. In 2022 en 2023 is die 67 jaar en drie maanden.

Gezegd

Als een man met pensioen gaat, krijgt zijn vrouw twee keer haar man, maar slechts een half inkomen.


Met pensioen

En dan?

Ko Bosman (65)
uit Krabbendijke

1 Een onverwacht extraatje. In de spaarpot of direct van uit eten?
”In de spaarpot. Uit eten kan altijd nog.”

2 Tien kilometer wandelen of honderd bladzijden lezen?
”Moeilijk. Lezen doe ik toch wel ’s avonds. Wandelen kan overdag. Dus allebei.”

3 Leren kalligraferen of taalles geven aan vluchtelingen?
”Nou, een cursus mooi schrijven trekt me niet. Dan maar het laatste.”

4 Uit de veren om halfacht of lekker luieren tot negen uur?
”Zeker halfacht. Dat doe ik nu ook al.”

5 Kleinkinderen verwennen of opvoeden?
”Ik denk verwennen. Daar zijn opa’s en oma’s toch voor?”

6 Autovakantie in Duitsland of fietsen in Drenthe?
”Drenthe. Een mooie provincie en we fietsen sowieso graag.”

7 Kerk schoonmaken of oudere gemeenteleden bezoeken?
”Kerk schoonmaken.”

Betsie de Waard (56)
uit Zwijndrecht

1 Een onverwacht extraatje. In de spaarpot of direct van uit eten?
”Liever opsparen voor een paar daagjes weg.”

2 Tien kilometer wandelen of honderd bladzijden lezen?
”Mag het ook allebei? Ga ik eerst wandelen en daarna lekker lezen.”

3 Leren kalligraferen of taalles geven aan vluchtelingen?
”Doe maar kalligraferen. Ik ben te ongeduldig voor lesgeven.”

4 Uit de veren om halfacht of lekker luieren tot negen uur?
”Negen uur vind ik zelfs nog vroeg. Ik ben een echt avondmens! Heb ook helemaal geen hekel aan nachtdiensten.”

5 Kleinkinderen verwennen of opvoeden?
”Zeker opvoeden. Je moet ze niet verknoeien.”

6 Autovakantie in Duitsland of fietsen in Drenthe?
”Lekker fietsen!”

7 Kerk schoonmaken of oudere gemeenteleden bezoeken?
”De kerk schoonmaken doe ik al, dus daar ga ik gewoon mee door.”

Nico Camphens (71)
uit ’s-Gravenzande

1 Een onverwacht extraatje. In de spaarpot of direct van uit eten?
”Extraatjes zetten we meestal op de spaarrekening.”

2 Tien kilometer wandelen of honderd bladzijden lezen?
”Wandelen. Vandaag zijn we nog in het bos geweest. Buiten is het mooi, fris en gezond.”

3 Leren kalligraferen of taalles geven aan vluchtelingen?
”Lesgeven, als het op m’n weg komt. Netjes schrijven kan ik al.”

4 Uit de veren om halfacht of lekker luieren tot negen uur?
”We staan elke dag om halfacht op.”

5 Kleinkinderen verwennen of opvoeden?
”We verwennen ze tot op zekere hoogte. Onze lijfspreuk is: wij voeden, de ouders voeden op.”

6 Autovakantie in Duitsland of fietsen in Drenthe?
”Fietsen. In Drenthe én in Duitsland!”

7 Kerk schoonmaken of oudere gemeenteleden bezoeken?
”Gemeenteleden bezoeken.”

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 28 november 2018

Terdege | 100 Pagina's

Met pensioen?

Bekijk de hele uitgave van woensdag 28 november 2018

Terdege | 100 Pagina's