Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bij het begin van het jaar onzes Heeren Jesus Christus 1893

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bij het begin van het jaar onzes Heeren Jesus Christus 1893

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Indien deze ordeningen van voor Mijn Anngezieht zullen wijken, spreekt de Heere, zoo zal ook het zaad Israëls ophouden, dat het geen volk zij voor Mijn Aangezicht, al de dagen. Zoo zegt de Heere: Indien de hemelen daarboven gemeteo, en de fundamenten der aarde beneden doorgrond kunnen worden, zoo zal Ik ook het gansehe zaad Israels verwerpen, om alles, wat zij gedaan hebben, spreekt de Heere." Jer. 3 1 : 3 6 en 37.

Een nieuw jaar, ons door onzen getrouwen God geschonken, ligt weder voor ons, en zoo staan wij dan aan het begin van den zesden Jaargang van ons Blad. Wij loven en prijzen den Heere met onzen zwakken mond voor deze Zijne goedheid, en zetten onder opzien tot Hem met nieuwen moed onzen arbeid voort. Bij eenen blik op onze omgeving ontdekken wij wel is waar genoeg, dat ons ontmoedigt, zoodat wij dikwijls geneigd zijn, te denken, dat toch alles vergeefsch is; doch op het woord onzes Heilands werpen wij ons net weder uit. De Heere heeft immers ook dit j a a r weder zulke heerlijke beloften voor ons, waarvan Jeremia er ons eene in het bovenstaande Schriftwoord voorhoudt.
Wanneer wij zien op den tijd, dien wij beleven, dan zouden wij dikwijls willen versagen en den moed verliezen, want dikwijls is het dengene, die nog vasthoudt aan Gods Woord en Zijne beloften, als den Profeet E l i a , als ware hij alleen overgebleven van het volk des Heeren, of als den Psalmist, die klaagt, dat hij eene eenzame musch op het dak is. Aan een uitwendig Christendom, aan een schermen met het woord Gereformeerd ontbreekt het niet, maar geene waarheid, geene oprechtheid is er, — en de rijen dergenen, die des Heeren vrije genade roemen, Zijnen Naam de eere geven, worden steeds meer gedund. Op het zichtbare afgaande, zou men zeggen, dat de Heere Zijn volk vergeten heeft, en dat het allen goddeloozen, allen vijanden van Christus en Zijn volk gelukken zal. Niettemin is dit slechts schijn. Wat de Heero Gen. 8 : 22 beloofd heeft, dat houdt Hij ook. Hij, Die den loop der sterren in Zijne hand heeft, opdat zjj ook in het nieuwe j a a r niet uit hare banen wijken, maar in de ordeningen, die Hij haar gesteld heeft, blijven, leidt en bestuurt ook de Zijnen ; Hij heeft ook heden nog Zijne uitverkorene Gemeente, die Hij Zich vergadert door Zijnen Geest en Zijn Woord in eenigheid des waren geloofs tot aan het einde der wereld, en die Hij beschermt en onderhoudt ook in het jaar 1893, zoo gewis als de genoemde ordeningen niet zullen ophouden; en Ilij, de Heere Jesus, zal een volk, een zaad hebben, zooals Jesaia Hoofdstuk 53 : 10 profeteert, dat Hij evenmin verwerpen kan, als de menschen de hemelen meten en de fundamenten der aarde doorgronden kunnen, want Zijn genadeverbond met Zijn volk berust niet op hunne verdienste, maar alleen op het werk, dat Hij volbracht heeft. De mensch breekt wel is waar herhaaldelijk het Yerbond en vergeet den Heere en Zijne beloften; Hij echter is Degene, van Wien het Woord der waarheid ons leert betuigen: „Het zijn de goedertierenheden des Heeren, dat wij niet vernield zijn, dat Zijue barmhartigheden geen einde hebben; Uwe trouw is groot". (Klaagl. 3 : 22 en 23.) Yan Hem komt te allen tijde, ook in dit nieuwe jaar, alle hulp en alle troost. Hij zal ook verder voor de Zijnen zorgen, zoodat er ook verder, j a zoolang de aarde staat, een volk zijn zal, dat Hem dient en Zijnen Naam verheerlijkt; gelijk in vorige tijden, zoo formeert Hij Zich, gelijk Jesaia zegt (Hoofdst. 43 : 21), ook nog heden en na dezen een volk, dat Zijnen lof vertellen zal. Zij het slechts onze bede: Heere, verleen mij in mijne zwakheid, armoede en onwetendheid de genade, dat ik mij aan U en Uw Woord houde, in U alleen alles zoeke, wat mij armen zondaar kan zalig maken. Yan Hem alleen komt het ook, dat de armste onder Zjjn Israël niet verloren gaat, maar ten einde toe volhardt bij de eens erkende waar lieid. Aan Zijne hoogepriesterlijke voorbede hebben wij het alleen te danken, dat wij levende lidmaten Zijner Gemeente zijn en eeuwig zullen blijven.
O, hoe troostelijk is het toch, te vernemen, dat onder al het lijden dezes tijds, onder alle vijandschap der valsche broederen, der wereld en des duivels, onder alle aanvechting van het eigen vleesch de Heere Jesus ook verder Zijn hoopje niet verlaten, niet aan zichzelf overlaten zal. Ja in geloof zien wij, dat de Heere ook te dezer stede en in zoovele andere steden en dorpen van ons geliefd vaderland en daarbuiten heden nog heeft en ook verder hebben zal een groot vo'.k, en om dezer Zijner uitverkorenen wil verkort Hij en zal Hij verkorten den tijd der verdrukking, die de toekomst ons mogelijk zal brengen, en zal ook hunne smarten wegnemen. Hij is getrouw, Die het beloofd heeft. Met Hem dan vol moed het nieuwe jaar begonnen ! Volk des Heeren! uw Jesus is Koning, Wien de Yader het Rijk overgegeven heeft. „Weet, dat de Heere is God; Hij heeft ons gemaakt (en niet wij), Zijn volk en de schapen Zijner weide." (Ps. 100 : 3.) Hij laat niet varen de werken Zijner handen. Amen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1893

Amsterdamsch Zondagsblad | 8 Pagina's

Bij het begin van het jaar onzes Heeren Jesus Christus 1893

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1893

Amsterdamsch Zondagsblad | 8 Pagina's