Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit den Schat der Kerk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit den Schat der Kerk

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Aanteekening op 2 Koningen 8 : 10,

En E l i s a z e i d e tot hem: Ga, z e g , g i j z u l t gans c h e l i j k N I E T g e n e z e n : w a n t de H e e r e h e e f t mij g e t o o n d , dat hij den dood s t e r v e n zal.
„ G I J ZULT GENEZEN" vertaalt Luther terecht, in tegenstelling met den Statenbijbel en vele nieuwere theologen, die sS (niet) lezen in plaats van "h (hem), hiervan uitgaande, dat de Profeet toch geene onwaarheid kan gezegd hebben. Maar de Profeet antwoordt den dwaas naar zijne dwaasheid. Het ging den koning niet om Gods Woord, om Gods eere en wil; nu echter, nu hij in gevaar van zijn leven verkeerde, was de Profeet goed genoeg, maar zonder dat hij daarmee den Ileere de eere had gegeven. "VVare Hazaël een trouw dienaar geweest, dan zou hij den koning het geheele antwoord van den Profeet hebben overgebracht.


Aanteekeningen op 2 Kronieken 3 : 15—17-

Yers 15. Nog m a a k t e h i j vóór het h u i s twee p i l a r e n , v a n vijf en d e r t i g e l l e n in l e n g t e ; en het k a p i t e e l , dat op d e r z e l v e r h o o f d w a s , was v a n v i j f e l l e n . „Vijf en dertig ellen', beide pilaren namelijk samen. Iedere pilaar was 18 ellen lang. Dat maakt wel is waar 36, en niet 35 ellen, maar wij hebben aan te nemen, dat eene halve el van eiken pilaar niet gemeten worden kon; die was in het kapiteel, dat op eiken pilaar was. „Vijf en dertig'' is zinnebeeld van het zevental van het eeuwig Verbond der genade, met het symbolisch of zinnebeeldig getal „vijf", het getal des Heiligen Geestes, vermenigvuldigd. — De pilaar liep naar boven in een kapiteel van „vijf" ellen uit, d. w. z. het is alles het doen en het werk van den Heiligen Geest.
Vers 16. Ook m a a k t e h i j k e t e n e n , als in de aans p r a a k p l a a t s , en h i j z e t t e ze op de h o o f d e n der p i l a r e n , d a a r t o e m a a k t e h i j h o n d e r d g r a n a a t - a p p e l e n , en z e t t e ze t u s s c h e n de k e t e n e n . Bij de „ketenen" hebben wij te denken aan de wonderlijke wijze, waarop de leden en al hunne wegen, betrekkingen en werken, die alle het werk van de samenvoeging des Heiligen Geestes prijzen, en als de schakels van eene keten onderling verbonden zijn en in elkander grijpen. Vergelijk Ef. 4 : 16.— „Honderd", d. i. allen, die Gode welbehaaglijk zijn, alle volmaakten, zoodat er ' niets aan ontbreekt. — „Granaatappelen" zijn een beeld der vruchtbaarheid, van de vrucht des Heiligen Geestes. Vergelijk Gal. 5 : 22 en 23; Filipp. 1 : 1 1.
Vers 17. En h i j r i c h t t e de p i l a r e n op vóór aan d e n t e m p e l , e e n e n t e r r e c h t e r h a n d , en e e n e n ter l i n k e r h a n d ; en h i j noemde den n a a m van den r e c h t e r J a c h i n , en den n a a m van d e n l i n k e r B o a z. De „twee pilaren" beteekenen hetzelfde als de twee opschriften op het vaste fundament Gods, 2 Tim. 2 : 19. Wanneer de geloovige Israëliet tot den tempel opging, dan stond hem het „Jachin", d. i. gegrondvest, voor de oogen des harten, wai hetzelfde zegt als: „De Heere kent degenen, die Zijne zijn", gelijk ook het „Boiiz", d. i. in Hem is de kracht, het andere zegt: „Een iegelijk, die den Naam van Christus noemt, sta af" (hebbe afgestaan) van ongerechtigheid".


Aanteekeningen op 2 Kronieken 5 : 6—14-

Vers 6. De k o n i n g Salomo nu en de ganschev e r g a d e r i n g van I s r a ë l o f f e r d e n s c h a p e n en r u n - d e r e n , die v a n w e g e de m e n i g t e n i e t k o n d e n get e l d noch g e r e k e n d worden. Zoo is het offer, dat Christus geofferd heeft, één, en evenwel kan niemand het tellen, noch berekenen, evenmin de oneindige waarde, als het geta! dergenen, die er door geheiligd worden.
Vers 7. Alzoo b r a c h t e n de p r i e s t e r s de a r k des V e r b o n d s des H e e r e n tot h a r e p l a a t s , tot de aans p r a a k p l a a t s van het huis, tot het h e i l i g e derh e i l i g e n , t o t o n d e r de v l e u g e l e n d e r c h e r u b i m. Christus aan de Kechterhand der Majesteit in den hemel alsonze Borg des Verbonds en onze Troon der genade of Ver - zoendeksel, omringd door de volle heerlijkheid van Zijn Middelaarschap als Middelaar en Verzoener.
Vers 9. D a a r n a schoven zij de handboomem v e r d e r u i t , dat de h o o f d e n der h a n d b o o m en gez i e n w e r d e n uit de a r k , vóór aan de a a n s p r a a k - p l a a t s , maar b u i t e n n i e t g e z i e n w e r d e n . In beeld vertoonende, dat slechts zij, die door den Geest Gods verlicht en wedergeboren waren, ze zagen, maar niet degenen, die buiten waren.
Vers 10. Er was n i e t s in de a r k , dan a l l e e n det w e e t a f e l e n , die Mozes bij H o r e b d a a r i n ged a a n had. Niets is in Christus dan de vervulde Wet, zoodat wij door den Geest daarnaar handelen en den zegen verwerven., ofschoon wij vleesch zijn; wat verlangt gij meer?
Vers 11. En h e t g e s c h i e d d e , a l s de p r i e s t e r s uit h e t h e i l i g e u i t g i n g e n „Uitgingen", —die haddendus genade bij God gevonden.
Vers 12. Jün d e L e v i e t e n , i n f i j n l i n n e n g e k l e e d, met c i m b a l e n en met l u i t e n en h a r p e n , stond e n t e g e n het o o s t e n des a l t a a r s , en met hen t o t h o n d e r d en t w i n t i g p r i e s t e r e n t o e , t r o m p e t - t e n d e met t r o m p e t t e n . „Cimbalen" enz. Hand. 1 : 14: bidden en smeeken. — „Honderd en twintig", vergelijk Hand. 1 : 15.
Vers. 13. Het g e s c h i e d d e dan, als z i j e e n p a r i g - l i j k t r o m p e t t ' e n en z o n g e n , om eene e e n p a r i ge s t em te l a t e n h o o r e n , dat het h u i s met e e ne w o l k v e r v u l d werd. „Eene eenparige stem", zoo eenstemmig. Zie hierbij Hand. 2:1. — „Het huis werd vervuld", vergelijk Hand. 2 : 2 : „En vervulde het geheele huis,, daar zij zaten".
Vers 14. En de p r i e s t e r s k o n d e n , v a n w e g e diew o l k , n i e t s t a a n , om te d i e n e n ; w a n t de h e e r l i j k - h e i d des H e e r e n had het h u i s Gods v e r v u l d . Er bleef hun daar geen dienst over, dan het volk den. vrede, met God te prediken.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 mei 1893

Amsterdamsch Zondagsblad | 7 Pagina's

Uit den Schat der Kerk

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 mei 1893

Amsterdamsch Zondagsblad | 7 Pagina's