Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Georg Izraël en de Broederuniteit in Polen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Georg Izraël en de Broederuniteit in Polen

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

HOOFDSTUK XB.

DE VERDERE LOTGEVALLEN DER GEREFORMEERDE» IN POLEN

De Boheemsche Broedergemeente te Lissa nam hoe langer zoo meer in ledental af. Velen verhuisden naar Posen, Klein- Polen en Littauwen. De laatste Boheemsche predikant te Lissa was Johann Tobicnus, een Slavisch landverhuizer uit Hongarije, die van 1678—1681 ook prorector van het gymnasium te Lissa was. Op het laatst der 17( ] e eeuw vereenigde de Boheemsche Broedergemeente te Lissa zich met de Poolsche tot ééne Gemeente, en werd er voortaan een gemeenschappelijke senior voor de Uniteit gekozen, die dikwijls zijnen zetel buiten Polen had. Men koos in het vervolg de senioren nog slechts voor den vorm, om de geregelde opvolging in de bediening van liet bisschopsambt te handhaven, dewijl de vluchtelingen nog altijd de hoop koesterden, dat God Zich over de Uniteit zou ontfermen, haar den toegang tot Bohemen weder ontsluiten en haar tot een nieuw leven laten komen.
Da schoonzoon van Comenius, Peter Jablonsky, die in den vreemde den naam Figulus had aangenomen, liet bij zijn overlijden twee zoons na. De oudste, Johann Theodor, behield den naam Figulus ; de jongste, Daniël Ernst, geboren in het jaar 1660, nam weder den oorspronkelijken naam Jablonsky aan. De laatste was beroemd wegens zijne groote geleerdheid; hij won de genegenheid van den Keurvorst van Brandenburg, en werd in het jaar 1693 als hofprediker te Berlijn beroepen. Op de Synode te Lissa, den ÏO11«" Maart 1699, werd hij tot bisschop der Uniteit gekozen. Te Berlijn arbeidende, deed hij van daar den in het verborgen samenkomenden Protestanten in: Bohemen en Moravië gedurende de wreede vervolging ondersteuning toekomen; nu en dan zond hij hun ook predikanten,, die heimelijk en met levensgevaar in Bohemen wisten door te dringen, om de verlaten geloovigen uit het Woord God» te onderwijzen. Bovendien liet Jablonsky in Duitschland Boheemsche Bijbels en andere stichtelijke boeken drukken, di& daarna bedektelijk over de grenzen naar Bohemen vervoerd werden. Toen de verdrukte Protestanten het lijden aldaar niet meer verdragen konden en hun leven niet meer zeker waren, terwijl zij zonder het Woord niet leven wilden, vluchtten zij; heimelijk naar de Brandenburgsche landen, waar zij te Berlijn, en op andere plaatsen Gemeenten stichtten.
Jablonsky ordende den 20s t t n Mei 1737 graaf Zinzendorf tot bisschop der Hernhutters; daardoor komt het, dat de Hernhutters zich ook Moravische Broeders noemen, en men hen dikwijls als nakomelingen van de Broeders beschouwt, wat echter historisch totaal onjuist is. De Hernhuttors toch stammen van Duitsche Lutherschen af, al namen zij ook eenige vluchtelingen uit Bohemen en Moravië in hun midden op ; intusschen hebben dezen zich later ook meerendeels weêr van hen afgewend en zijn naar de Broeders te Berlijn getrokken, toen zij nml. bevonden, dat de beginselen der Hernhutters niet met de inzettingen der oude Uniteit overeenstemden. Ook hebben de Hernhutters de Augsburgsche Confessie als hunne- Belijdenis aangenomen, waartoe de Uniteit zich ondanks alle zoogenaamde betoogen en bedreigingen nooit liet bewegen daarentegen vereenigde zij zich beslist met de Gereformeerde Kerk.
De beroemde Berlijnsche predikant overleed den 25s l c n Mei 1741. — De zoon van Comenius, Daniël, werd in het jaar 1666 tot prediker geordend, en woonde later te Danzig, waar hij den ls l e " Mei 1694 stierf. De achterkleinzoon van Comenius, Samuel Figulus, was in het jaar 1751 onderwijzer aan de school te Lissa, en later predikant der Boheemsche ballingen te Husinec in Silezië. De afstammelingen van Comenius' dochter Elisabeth wonen nog heden ten dage in Duitschland, zoowel onder den naam Jablonsky als onder dien van Figulus.
De Poolsche afdeeling der Broederuuiteit was reeds vroeger met de Gereformeerde Kerk hand aan hand gegaan; doch haar toestand werd hoe langer zoo treuriger. Krachtens besluit van den Rijksdag was wel is waar den Dissidenten vrijheid van godsdienst gewaarborgd, maar op aanstoken der priesters werden zij op alle mogelijke wijzen straffeloos onderdrukt. De Jezuïeten hadden den hoogen adel reeds bijna geheel tot de Roomsche Kerk overgehaald; den aanzienlijksten edelen zat het Romanisme welhaast in merg en been, en gelijk de eerste magnaten er vroeger hunne eer in stelden, de waarheid Gods te verbreiden, zoo beschouwden zij het nu als eene schande, voor de Belijdenis der Gereformeerde Kerk uit te komen Het behoorde bij de «delen tot den goeden toon, dat zij er eenen Jezuïet als huiskapelaan op na hielden, en de Jezuïeten wisten de magnaten - wel over te halen, om de Gereformeerde kerken op hunne I goederen te sloopen. Ook de Gereformeerde adel liet, onbei dachtzaam genoeg! zijne kinderen op de Jezuïetenscholen i opvoeden, gelijk het, omgekeerd, vroeger gebruik was, dat de i Roomsche adel zijne kinderen op de Broederscholen liet opvoeden. ; Zoodoende verminderde het aantal Gereformeerden in Polen hoe langer zoo meer. Koning Johann Sobieski (1674—-1696), bekend door de heldhaftige wijze, waarop liij Weenen van de Turken bevrijdde, wilde zich in alle oprechtheid het lot der Dissidenten aantrekken, doch hij stond machteloos tegenover l de priesters en den fanatieken adel.
Zoolang de Gereformeerde tak der vorstelijke familie Radziwill nog bestond, konden de leden van dien tak ten minste hunne geloofsgenooten op hunne uitgestrekte goederen beschermen en op de Rijksdagen een woord voor hen spreken. De Radziwills waren meerendeels landvoogden, en moesten dikwijls met de militaire macht de handlangers der Jezuïeten van het verwoesten der Gereformeerde kerken weerhouden. In het j a a r 1695 zijn de Gereformeerde vorsten uit het huis Radziwill uitgestorven, en bij de Gereformeerde Kerk hield zich voortaan alleen nog de lagere adel, zij het ook in aanzienlijken ; getale. De boeren werden als lijfeigenen beschouwd, en was i d e Gereformeerde grondeigenaar Roomsch geworden, dan werden de Gereformeerde kerken op zijne goederen óf omvergehaald, óf in Roomsche veranderd, en al zijne onderdanen kort i « n goed Roomsch gemaakt. De Luthersche keurvorst Frederik August II van Saksen (1697 —1733) ging, toen hij tot koning van Polen gekozen werd, tot de Roomsche Kerk over; > -en om vooral goed zijnen ijver te toonen, liet hij de Dissident e n ongestoord vervolgen, zoodat zij onder zijne regeering van al hunne rechten beroofd en hun de meeste kerken ontnomen werden. De tegenkoning, Stanislaus Leszczynski, was wel is waar den Dissidenten genegen; maar hij verkreeg niet de vereischte meerderheid van stemmen, zoodat hij den troon aan Frederik August moest afstaan en zelf de vlucht nemen. Den 29ste" November 1707 werd de stad Lissa, de hoofdzetel van den Poolschen tak der Uniteit, door Russische soldaten geplunderd •en verbrand.
In het jaar 1716 werden den Dissidenten hunne laatste Irechten ontnomen, en werd huu slechts eene particuliere, huiselijke godsdienstoefening, zonder gezang en prediking, toegestaan ; en wat den nieuwgebouwden kerken betrof, ieder I Jkreeg vrijheid, om ze af te breken. Jablonsky smeekte wel den Evangelischen vorsten, dat zij zich het lot der verdrukte Protestanten in Polen zouden aantrekken, maar tevergeefs! Eindelijk verleende, door tusschenkomst der vreemde mogendheden, de Poolsche Rijksdag den 5Je" October 1767, onder de i regeering van koning Stanislaus August Poniatovski, den Dissidenten volle vrijheid van godsdienst, ondanks den tegen- Istand van de bisschoppen en den Paus. Maar wat beteekende die vrijheid van godsdienst, nu het aantal der Dissidenten reeds zoo geducht geslonken was ?
Het fanatisme heeft in Polen de zege behaald; het heeft «ehter aan de natie den politieken, geestelijken en zedelijken •ondergang berokkend, zoodat dè Poolsche huishouding spreek- ' woordelijk geworden is. Het lichtzinnige Polen kreeg eindelijk zijn verdiende loon: in het jaar 1772 werd het Rijk verdeeld. Rusland trok Ivlein-Polen en Littauwen bij zijn grondgebied. In Klein-Polen bestonden ten tijde van a Lasco 120 Gemeenten, en later nog meer; daarvan zijn er thans slechts ongeveer 6, met 5000 zielen, overgebleven. In Littauwen behooren tegenwoordig omstreeks 100 adellijke familiën tot de Gereformeerde Kerk, die aldaar 14 Gemeenten telt. — Oostenrijk nam van het Poolsche Rijk Galicië weg. In Izraels dagen waren er in en om Krakau circa 60 Gemeenten, deels tot de Gereformeerde Kerk, deels tot de Uniteit behoorende, die thans alle spoorloos verdwenen zijn. In Oostenrijksch Polen is er geen enkele Gereformeerde meer onder het Poolsche volk overgebleven. De 3 of 4 Gereformeerde Gemeenten in hot tegenwoordige Galicië zijn onder de regeering van keizer Jozef II, na het jaar 1782, gevormd door Duitsche landverhuizers uit het Rijngebied en de Palts. — Pruisen nam Groot-Polen voor zich. Daar zijn betrekkelijk nog de meeste Protestanten overgebleven: tal van adellijke familiën in Posen behooren tot de Gereformeerde Kerk, — intusschen zijn zij door de invoering der „Uuie" met de Luthersche Kerk samengesmolten. Te Lissa, de voormalige hoofdzetel der Uniteit, bestaat nog altijd eene in naam Gereformeerde kerkelijke Gemeente, die met nog een drietal andere Gemeenten in Polen den naam der Uniteit draagt en eenen senior-titulair der Boheemsche Broeders heefr, maar de geest der Broedei s is verdwenen, want deze Gemeenten zijn door en door Duitsch en, wat haar wezen en karakter betreft, op en top Luthersch.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 25 juni 1893

Amsterdamsch Zondagsblad | 8 Pagina's

Georg Izraël en de Broederuniteit in Polen

Bekijk de hele uitgave van zondag 25 juni 1893

Amsterdamsch Zondagsblad | 8 Pagina's