Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit den Schat der Kerk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit den Schat der Kerk

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Aanteekening op 1 Petrus 4 : 2 en 3,

„Om nu n i e t meer n a a r de b e g e e r l i j k h e d en d e r i n e n s c h e n , m a a r n a a r den w i l l e Gods den t i j d , d i e o v e r i g is i n h e t v l e e s c h , te l e v e n . W a nt h e t is o n s g e n o e g , dat w i j d e n v o o r g a a n d e n t i jd d e s l e v e n s der H e i d e n e n wil v o l b r a c h t h e b b e n ,, e n g e w a n d e l d h e b b e n in o n t u c h t i g h e d e n , b e g e e r - l i j k h e d e n , w i j n z u i p e r i j e n , b r a s s e r i j e n , d r i n k e - r i j e n en g r u w e l i j k e a f g o d e r i j e n ".
Wie bij zichzelven ervaren heeft, welke waarde heeft hetgeen de mensch wil, zal van dezen wil wel rusten. Het wordt toch eindelijk tijd, dat wij daarmee (met dezen wil) opgehouden hebben.


Aanteekening op 1 Johannes 2 ; 2.

„ E n H i j is e e n e v e r z o e n i n g v o o r o n z e z o n d e n ;, e n n i e t a l l e e n v o o r de o n z e , m a a r ook v o o r de z o n d e d e r g e h e e l e w e r e l d ".
„Niet alleen voor de onze", nml. der Joden, „maar ook voor de zonde der geheele wereld", aller Heidenen. Dit „alle" of „geheel" staat dikwijls, waar „vele" of „allerlei" bedoeld wordt. Vergelijk Luk. 15 : 1: „En al de tollenaars en de zondaars naderden tot Hem, om Hem te hooren"; Gen. 2 : 1 6 : „En de Heere God gebood den mensch, zeggende: Yan allen boom dezes hofs zult gij vrijelijk eten"; Matth. 4 : 23: „En Jesus omging geheel Galilea, leerende in hunne synagogen, en predikende het Evangelie des Koninkrijks, en genezende alle ziekte en alle kwale onder het volk", enz., waar telkens „alle" staatr maar Luther alleszins juist „allerlei" vertaald heeft. Vergelijk verder Matth. 3 : 5 : „Toen is tot Hem uitgegaan Jerusalem en geheel Judéa, en het geheele land rondom de Jordaan" Luk. 19 : 48: „En zij vonden niet, wat zij doen zouden, want al het volk hing Hem aan, en hoorde Hem"; Joh. 12: 19- „De Parizeën dan zeiden onder elkander: Ziet gij wel, dat gij gansch niet vordert? ziet, de geheele wereld gaat IIem n a " ; en eene menigte andere plaatsen.


Aanteekening op 1 Johannes 4: 18.

„ E r is in de l i e f d e g e e n e v r e e s , m a a r de volm a a k t e l i e f d e d r i j f t de v r e e s b u i t e n ; w a n t dev r e e s h e e f t p i j n , en d i e v r e e s t , is n i e t v o l m a a kt i n de 1 i e f d e "
„Geene vrees", t. w. vrees des ongeloofs, van het niet gelooven aan Gods liefde en onverdiende vaderlijke goedheid.


Aanteekening op 1 Jobannes 5 : 4.

„ W a n t al wat u i t God geboren is, o v e r w i n t do •wereld; en dit is de o v e r w i n n i n g , die de wereld « v e r w i n t , n a m e l i j k ons geloof."
Het geloof is eene levende toeëigening der zaligheid, welke •God in Christus schenkt, en eene algeheele overgave van zichzelven aan Hem en Zijne verordeningen, aan Zijnen wil en Zijne beloften, een vaste grond der dingen, die men hoopt, een bewijs der zaken, die men niet ziet. (Hebr. 11 : 1.) Dit geloof heeft eene algeheele verandering en vernieuwing der menschelijke natuur ten gevolge. Men ziet, men hoort, men denkt, men gevoelt, men begeert, men is werkzaam op eene geheel andere wijze dan te voren. Men vraagt niet, of men goede werken moet doen, maar men is er mee bezig. Het is met het geloof gesteld als met eenen boom: is hij goed, dan groeit hij, dan bloeit hij en breidt zich uit, brengt bladeren en vruchten voort. Het is als het water, dat door het vuur verwarmd en in beweging gebracht wordt; als het vuur zelf, <!at brandt en verlicht, doorgloeit en reinigt. Wie gelooft, leeft in zich eene kracht, waarvoor de wereld zich buigen moet, en waardoor men alles vermag.


Aanteekening op Openbaring 22 :18 en 19.

„ W a n t ik b e t u i g aan een i e g e l i j k , die de woord e n der p r o f e t i e dezes Boeks hoort: i n d i en i e m a n d tot deze d i n g e n toedoet, God zal over hem toedoen de p l a g e n , die in dit Boek ges c h r e v e n z i j n ; en i n d i e n iemand afdoet van de •woorden des Boeks dezer p r o f e t i e , God zal a i j n deel afdoen uit het Boek des l e v e n s , en uit de h e i l i g e stad, en uit hetgeen in dit Boek ges c h r e v e n i s"
Dit ziet voorzeker allereerst alleen op het Boek der Openbaring, en niet op de geheele Heilige Schrift. Doch het Boek der Openbaring is eene samenvatting van zaken, ja dikwijls zelfs van woorden van Mozes en de Profeten. Al wat van de lotgevallen der Kerk en der wereld bij Mozes en de Profeten gevonden wordt, staat in het Boek der Openbaring bijeen als der vervulling nabij. Zoo ziet dan, hetgeen van het Boek der Openbaring gezegd wordt, ook op den gelieelen inhoud der Boeken van Mozes en de Profeten, welker onschendbaarheid en goddelijkheid overigens ten duidelijkste bewezen wordt door Matth. 5 : 18 en 19: „Want voorwaar zeg Ik u: totdat de hemel en de aarde voorbijgaan, zal er niet een jota noch een tittel van de Wet voorbijgaan, totdat het alles zal zijn geschied" . . . .

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 19 januari 1896

Amsterdamsch Zondagsblad | 8 Pagina's

Uit den Schat der Kerk

Bekijk de hele uitgave van zondag 19 januari 1896

Amsterdamsch Zondagsblad | 8 Pagina's