E voto Dordraceno - pagina 569
toelichting op den Heidelbergschen catechismus. Vierde deel.
ZOND. LIL HOOFDSTUK IIL
en doet de
onder zulk een aanvechting zoo bitter
ziel
indien ze er
lijden,
van het eerste oogenblik af zieh op den Heiland en op
in slaagt,
niet
571
nederdaling ter helle te werpen,
om
zijn
ook in die hoogste aanvechting ver-
zekerdheid van zijn bijstand te hebben.
Maar van welke
nu ook de
rechtstreeks,
maar op
dezer drie, van ons vleesch, van de wereld of van Satan prikkel tot de zonde komt, altoos
en zonder verwijl onze toevlucht nemen tot
inzien,
De doodvijand moet
de genade onzes Heeren.
ons bedriegen noch misleiden, ook voor
Want
ons.
een vriend, of ook vijand, die
nadruk
waant
en
wonde
herkend. Geen schijn
onverschillig
strijd begint.
mensch
Zelfs
ziet,
te
kunnen
om hem
alle
spelen,
een kleine
vergist zich ten eenemale. Satan legt het altoos
brengen,
te
en niet zijn dood-
moet op dat doodvijand
nog acht met dezen vijand
want wie
dat het er hoogstens op wordt toegelegd,
toe
mag
de gestalte van een engel des
al staat
wie in zulk verzoeker of verleider nog ten deele
maar een
weg, eer de
is
vallen,
er
we onmiddellijk onzen doodvijand herkennen, onze eigen
aan, dat
zwakheid en onmacht
lichts
komt het
toe op ons leven. Hij zoekt onzen dood, en dat wel onzen eeuwigen dood.
geen plaats, het
Voor spel
is
een
op dood of leven.
strijd
Maar
hier dus
in de tweede plaats zult ge hierbij aanstonds
ken. Eerst zit de leeuw zen, en
der
om
vrij
waant, den
ook
dan
maar
Booze.
juist
veilig.
Maar weet
te bespringen.
nog wel tegen dien leeuw
beproeft,
uw zwakheid gedenwel, in het oogenblik
de tralies weggenomen, en wordt de
strijd
En wee hem, te
die in zulk een oogenblik
kunnen opnemen. Wie dat
op eenmaal weg, en valt in de klauwen van den
is
zegt de Catechismus zoo volkomen naar waarheid, dat
in ons zelven zóó
En
worden
om u
Daarom
hooge ernst. Altoos
achter zijn tralies in het hok u aan te grijn-
vrij
waant ge u
die tralies
verzoeking,
leeuw
altoos ernst en
is
zwak
zijn,
dat dit metterdaad zoo
we
dat we ook niet één oogenblik kunnen bestaan.
is,
wordt nog dagelijks bezegeld door de erva-
ring van al Gods kinderen, door de ervaring van wie geestelijk het sterkste zijn
nog
wereld
pogen
het
meest.
om
den
daarom wel
hem ook En dit nu
die
beden
Vader
in eigen kracht,
strijd in eigen
vermoogt
gij
noch tegen de
kracht uit te strijden, slaat tegen. Het komt
voor, dat ook wie in eigen
ook dan overwon
de
Zelf,
noch tegen het vleesch noch tegen Satan ook maar iets; en elk
hij
niet
kracht
strijdt,
toch overwint,
maar
door eigen kracht, maar enkel door de genade,
zonder gebed ondersteunde. is
het
waarom onze Heiland ons
in het
Ome
Vader onder
voor eiken dag ons ook deze bede op de lippen legt, of onze
die in de
hemelen
is,
bijaldien de verzoeking ons niet
kan gespaard
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904
Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904
Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's