E voto Dordraceno - pagina 169
toelichting op den Heidelbergschen catechismus. Tweede deel.
ZOND. XXIÖ. HOOFDSTUK
169
II.
Ziehier wat dit geschil beduidt.
De
Uitverkiezing
is
kwam
eeuwig,
De
de grondlegging der wereld.
dus niet na de Schepping, maar voor
Uitverkiezing was een daad
Wezen
het uitdrukt, nog in het Eeuwige werkte. Kortom, de Uitverkiezing
Men kan bepaald
dat
vooruitzien
delijk
daarna
alsnu
Toen God de Heere
hij
de
zou kunnen vallen.
menschheid
gevallen en verloren voor
die
Hij
meening,
menschheid eerst
alzoo
Hem
behouden,
te
eeuwig verderf. Dit de
eeuwig Raadsbesluit
En
toen Hij nu in zijn god-
feitelijk
gevallen voor zich zag
deze tallooze menigte, die in zijn goddelijke gedachte
uit
als
van
in zijn
deze gevallen en verloren personen zich voorstellende,
al
besloot
is.
Hij menschen zou scheppen, besloot Hij dien mensch
zóó te scheppen, dat
liggen, heeft Hij
ding geworden
alle
zich dit op tweeërlei manier voorstellen.
of zeggen:
had,
men
een deel van het Besluit of van den
is
Eaad des Heeren, waaruit en waardoor Doch nu kan men
die, gelijk
en eerst later uitging en
inbleef,
is
lag, er
een zeker aantal uitverkoren,
Hij de overigen overliet aan
terwijl
hun
het gevoelen van de Infralapsarii of voorstanders
dat de Uitverkiezing plaats greep, nadat
God
zich de
gevallen voorgesteld had.
als
Maar andere godgeleerden konden met
nemen
deze voorstelling geen vrede
en merkten op: dat de kinderen Gods dan in hun schepping als M(e< uit-
verkorenen
hun
na
eerst
optreden;
Hier hokte
A
eerst
voorwerpen
val
geschapen
en
B
te
Besluit Gods. Eerst een besluit
En
ten tweede een ander be-
om, nu God vooruit had gezien dat ze niet staande zouden
sluit,
ze uit te verkiezen tot zaligheid door genade.
Ze werkten
los naast elkander.
tusschen beide in lag de
dan was
om
scheppen, en wel met de dubbele mogelijkheid:
óf dat ze vielen of dat ze staande bleven.
uit,
worden, daarna vallen, en
de goddelijke Uitverkiezing worden.
van
Er kwam een dubbel
iets.
personen
de
maar
vrije
niet door
blijven,
Deze besluiten nu stonden
Want
van het een op het ander.
wilskeus des menschen. Viel die keuze goed
alle verkiezing overbodig,
en slechts voor het geval, dat de
En
mensch
slecht koos, kon al de heerlijkheid der Verkiezing uitkomen.
dit nu,
of de Verkiezing door zou gaan of achterwege blijven, hing af van
een bloot vooruitzien. God zag vooruit hoe die mensch kiezen zou, en zag dat
vallen zou.
En daarna nu kwam
niet eeuwig,
maar
hij
feitelijk
wierd
ze
een
booze
men
zou.
Dit
en
in de
de Uitverkiezing.
Ze was dus
gedachte pas na den val intredend, en
gaande gemaakt niet door het eeuwig welbehagen, maar door
daad
des
menschen,
waarvan
nu dorsten deze godgeleerden
de verwerping van Ezau
is
God
vooruitzag,
dat
niet aan. Bij de verkiezing
er in de Heilige
ze ko-
van Jacob
Schrift geen spoor
noch
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904
Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904
Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's