Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

E voto Dordraceno - pagina 406

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

E voto Dordraceno - pagina 406

toelichting op den Heidelbergschen catechismus. Vierde deel.

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

XLV. HOOFDSTUK

ZOND.

408 van

gevoel

hoe

velen

zich

moeheid wekt, en ons onwillekeurig doet zoeken

en

onrust

Men

naar een steunsel.

XII.

ontwaart dan ook

langere gebeden in de kerk,

bij

meer vast op hun beenen houden kunnen, min

niet

of

meer op en neder wiegelen, en zoeken om met de hand

of

tegen stoel of bank te leunen. Het

begrijpelijk, dat

sommigen

den

schadelijken

gebed

Men

bezwarend. zucht

om

meê

staande

een kort gebed, maar zulk een

bij

te bidden, is voor de lichamelijke

dus wel

zie

op hun gebed ontwarende,

hiervan

zouden ze niet doen

zitten blijven. Dit

lang

deswege volkomen

is

invloed

met de knie

toe, dat

men

niemand deswege

beter te bidden oprijst,

houding

oordeele.

Vraagt men nu, of dan het weder invoeren van het knielen ook

gebed

publieke

bij

iet

verre verkieslijk ware, zoo zou ons dit ongetwijfeld

niet

Het

toelachen.

te

mits zulk zittend bidden uit de

gebed

knielend

gaat

schatting in den regel

naar onze

boven het zittend of liggend gebed, en het staande gebed symboliseert wel

nog hooger geestelijken stand dan het knielend bidden, maar hoe zelden is

die stand er?

Wanneer

is

het gebed er naar?

bekwaam toe? Toch mag evenmin ontkend, een groote schare aan geen gering kelijk

En

meer plaatsruimte. De

ongemak

bloot stelt.

moeten

stoelen

En

wiens lichaam

is

er

dat het knielend gebed van

Het

eischt

aanmer-

er voor uit elkaar geschoven.

op een terrein waar nu duizend menschen plaats vinden, kunnen niet

meer dan zevenhonderd knielende bidden. Ware nu knielen een bepaalde eisch,

men

zoo zou

maar thans

door dit bezwaar zich niet

het

zou

in

mogen

laten afschrikken;

onze vaak overkropte diensten tot een onover-

komelijke stoornis aanleiding geven. Of het daarom in kleinere sten,

niet

er overvloed

als te

Men kan

beslissen.

eigenlijk

van plaats

En men

Hem,

toch

erkenne, dat er ook in dat „zich nederbuigen

handen pleegt saam

behoeft geen nadere toelichting, mits lijke

behulpselen

dan

eerst

omgeving

hun

bij

doel

geestelijke beduidenis hgt.

te

vouwen en

men maar wel

zijn

mag

Dat

te sluiten,

versta, dat deze lichame-

bereiken, zoo ze onze gedachte losmaken van onze

en opheffen tot God. Ook dat wie staat of

tegenzin

oogen

het gebed afsluiting van de wereld bedoelen, en dus

door een stuitende houding van of

is

ons maar niet

bij

over onze houding onder het gebed genoeg gezegd.

is

zijn

men

samenkom-

wenschen we

ook bidden zonder knielen. Mits, en dat

gemaakt heeft," een

die ons

hiermee

niet practicabel ware,

mits de afkeer tegen het knielen

hoofdzaak,

langer gevoed worde, en voor

is,

verraden,

arm

zit

te bidden, niet

of hoofd zeker gevoel

van verveling

spreekt vanzelf; en dat het houden van de

hand voor de oogen, om de oogen

te veiliger

onder het bidden te kunnen lezen of met

iets

open te kunnen houden, en anders bezig te

zijn,

een-

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904

Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's

E voto Dordraceno - pagina 406

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904

Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's