E voto Dordraceno - pagina 293
toelichting op den Heidelbergschen catechismus. Vierde deel.
ZOND. XLIV&. HOOFDSTUK
van het kind van God
in
295
II.
den apostel, de hoogmoedige gestalte van
eigen
zijn
ingeheelde heiUgheid op te houden. Die valsche verklaring van Romeinen
zeven
dan
is
ook
maar
nooit door geloovigen,
mannen,
door
voorgestaan,
altoos door ongeloovigen
die een ander Evangelie
poogden
te
brengen
dan Christus ons door zijn apostelen geleerd -had.
Neen, de Catechismus geeft een veel veiliger standpunt aan. In Christus
volmaakt rechtvaardig; zoodat steeds
u uw consciëntie aan, dat ge nog
„al klaagt
boosheid geneigd
tot alle
ge nochtans roemt als een die het
zijt,
wat Christus voor u volbracht
alles volbracht heeft,
De
nooit zonde gehad of gedaan."
Memand
van
en
God,
Rekenen
dus
komt
niet
kan meer beschuldiging inbrengen tegen de uitverkorenen
niemand
mogen Gods
Vallen
is
zaligheid
afgedaan, en beslist, en uitgemaakt. Daar gaat niet af en daar bij.
hadt ge
heeft, ja, als
uw eeuwige
zake van
ze
kan
meer
ze
rukken
daarentegen
zich
buiten
hand des Vaders.
uit de
kunnen
heiligen nog, vervallen
ze nooit.
Christus,
gelijk ze in zich zelf
bestaan, dan zien ze omgekeerd niets aan zich, dan zonde, vloek en dood.
Dan bevinden
van
genade
gedachten
andere
geeft
wil
zijn
alsnu
;
in
Heiligen
hen
Geest,
doet
een
oprijzen,
hen uitkomt
bij
anderen
hen alzoo bekwaamd smeeking en
in
een
zulk
met
sieraad
zijn
levend
verwakkere,
Ze
verrijkt
is
hun
heiligheid voor
Dat
is
vrucht
Blijft die
beidende,
de
tot
makende genade over hun
niet buiten
zielsbehoefte.
hun
hun
God
uit,
dan zuchten
des vredes weer
uitkome, hen aangrijpe,
ziel
Christus.
Altoos
De gemeenschap met hun
zweeft het ideaal van een hooger
zielsoog.
het wat de Catechismus noemt:
volkomenheid,
of
ze
dit
wit
steeds nog zoo verre er van
hun
voorgestelde volkomenheid.
af,
treffen
toch
wet
stonden, dan ja,
En
mochten. blijft
dit ideaal
aantrekken. Ze beseffen en gevoelen het zoo diep
Gods
in die vrucht
hebben, begeeren ze opnieuw
te
Ze mikken op
Ja, ze stellen zich metterdaad een volkomenheid voor.
in
en zoo een
en nieuwe vrucht doe uitbotten aan de takken huns levens.
kunnen daarom
Heiland
en
Maar
;
hun God met zulk een vrucht en met
worden.
te
wachtende
door
en ze danken er hun God voor, die
En na gedankt
heeft.
in gebeden, door
zichzelven,
ze in
hartelijk,
die,
en andere bewegingen in hun
beide het willen en werken in hen werkt
dan ook
;
is
hen opwekt,
zin in
vrucht der genade en der heiligheid in hen uitbrengt. verblijden ze zich
woelt
goed onbekwaam. Het
zijn ze tot alle
dus alleen Christus, die maakt dat het anders de
Dan
ze zich „vleeschelijk," „verkocht onder de zonde."
hen de inwonende zonde. Dan
in
maar ook dan
:
al
die
bevinden ze zich
hen boeien, en hen
eerst als ze volkomenlijk
eerst,
zouden ze volkomen
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904
Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904
Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's