E voto Dordraceno - pagina 6
toelichting op den Heidelbergschen catechismus. Vierde deel.
ZOND.
drong
ging,
XXXVIII. HOOFDSTUK het
krachtiger
steeds
hesef
I.
dat de viering van een
door,
opzettelijken rustdag voor de instandhouding van het kerkelijk leven en dus
van
kerk
de
onmisbaar
eenvoudig
zelve,
Wie
was.
over
onderwerp
dit
zegt,
merkt dan ook
zijn Scïiatboek
duidelijk zekeren overgang. In
den Catechismus heet het nog „inzonderheid op den Sabbath
Eustdag"; maar de
in zijn iSc/?a/6ogA; heet het reeds
het
als
Christelijke,
geweest
eertijds
dat er een zekere dag verordineerd
Eerst
doorloopen.
men
dat
zij,
„Het
:
is
i.
op den
zoo wel woorfi^ in
de Joodsche gemeente,
in
is
d.
op welken Gods heilig
Woord
geleerd
Sacramenten openlijk bediend worden." Drie stadiën worden dus
de
en
wat de
vergelijkt
Heidelbergsche Catechismus in 1563 en wat later Ursinus in
de
alle
brengen.
Dan
Rustdag,
tot
practijk,
om
wordt
uit het
dagen zijns
heet het, „dat
gebod in zedelijken zin alleen
afgeleid,
levens, het kerkelijk leven tot uiting zal
inzonderheid op den Sabbath,
ik,
de gemeente Gods naarstelijk kome."
den kerkedienst zoo goed
En
eindelijk
uitsluitend op
als
d.
den
i.
dwingt de
den Zondag
te
concentreeren, en de ordinantie van den Eustdag voor het leven van de kerk
van Christus voor onmisbaar
te verklaren.
het 103e Antwoord in Ursinus'
„dat
iS'c/(a^6oeA-,
Opmerkelijk evenals
bij
is
het
hierbij, dat
Bastingius, nog luidt
zoo op andere dagen, als inzonderheid op den Sabbath", en dat
ik,
deze woorden „zoo op andere dagen" straks wegvielen.
de minste
men
of
twijfel,
•)
Er
is
alzoo geen
heeft eerst gemeend, dat geheel de viering van
men den Rustdag naast En eerst ten slotte is men
een afzonderlijken dag kon wegvallen. Toen heeft de andere dagen, met zekere voorkeur, gesteld. er toe
om
gekomen,
ook van de Christenen een afzonderlijken Rustdag voor
de instandhouding van den kerkedienst te eischen.
Verder
Ook
ging men in men den Rustdag
echter
waar
om
middel,
eenigszins
op
de vraag:
„Wat
men
deed
herstelde,
den kerkedienst in stand te houden dat
verklaard,
de Zwitsersche en Duitsche kringen
gebiedt
;
niet.
dit uitsluitend
als
en hieruit moet het dan ook
God
in
het vierde
Gebod?"
bevreemdend geantwoord wordt: „Eerstelijk dat de kerkedienst
onderhouden
ivorde'".
Het
inzicht dat de
Rustdag ook buiten den kerkedienst
een algemeen menschelijke beteekenis heeft, en dus ook dan in stand zou
moeten
blijven,
Rustdag nog
')
is
te
het
indien
doen bloeien,
met genoegzame
is
mogelijk
ware
niet tot zijn recht
den
kerkedienst
gekomen
;
zonder
en veel minder
duidelijkheid ingezien, hoe in het gebod van den
Ook de Latijnsche uitgave van de Opera omnia van UESINUS heeft de bijvoeging zeJfs ego, cum aliis, turn festis diebus studiose
zonder den Dag des Heeren te noemen. Er staat: utqve coetus divinos frequevtem. D.
Gods
naarstiglijk
w.
z.
„dat ik zoowel op andere als op feestdagen, tot de gemeente
kome. Ed. Heidelb.
1612,
I. .354.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904
Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904
Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's