E voto Dordraceno - pagina 232
toelichting op den Heidelbergschen catechismus. Vierde deel.
ZOND. XLIII. HOOFDSTUK
234 Zoodra
wordt.
dan ook een persoonlijk belang
het
hoe deze machtspreuk steeds wordt op opkomt,
voor
voor
er
de
Getuigenis moet er
menschen
getuigenis in de zake der
en
mensch
gezet, en een ieder
zij
getuigenis
zijn,
(het derde
wat de waarheid
in al
omtrent personen en gebeurtenissen betreft (het negende Gebod). Wie in getuigenis
laatste
nu
Maar wie dat
volbrengt het negende Gebod. óf van
aanbrengt
En
kunnen
blik te
toegevoegd.
Een
overzien,
eere
noemt, en schrikt zoo
hem
uitgaat.
eere
naar
Nu
de beteekenis van
hun eigen vaderland;
maar
heden;
gebod heerscht, met vasten
dit
op een goeden naam, staat op wat
zijn persoon. ;
er zijn
Er
naam dien
naam en naam
Soms omvat deze naam de niet
naam
met moeite
dan
naam
hem
uitgaan tot de grenzen
naam
schuilen
voor
komst zooals
om
ons
onzen
van
wa
heen zekere
vrede,
de
Het
den zeer verschil
dus onder menschen ongelooflijk
komt ge iemands
moge zij
uitzetten of inkrimpen, toch gevoelt
die
nu groot
of klein, aan een goe-
eere, o, zooveel gelegen
is.
Er vormt
zich
publieke opinie omtrent onzen persoon, die
ons verkeer onder menschen, en voor onze toe-
voor
grootste
is
blijft in
gezin.
wereld, en een andermaal
in zijn kring,
den naam, aan een naam met altoos
Europeeschen naam
in zijn eigen dorp op het spoor. Maar, hoe
zich ook beurtelings
een ieder die
zijn
stadsberoemdheden en dorpsberoemd-
er zijn er ook velen wier
afmeting tusschen
groot.
naam en
zijn enkele personen, wier
er zijn er die een
engen kring van hun familie, hun bekenden en hun in
hij
min goed gerucht
hoort, dat er een
hij
anderen zagen hun
verwerven;
te
getuigenis óf nalaat óf zwak
scheelt de beteekenis van iemands
door heel de wereld uitgaat
wisten
dit
werk gaat,
nog eene opmerking van gewicht aan het gezegde
iegelijk stelt prijs
zijn
van
waarop
terrein
van
naam
te
de waarheid afkeert, staat door dit gebod geoordeeld.
moet om het
toch
getrouw en naar waarheid
volijverig,
er
onware voor-
Gods voor de voorwerpelijke algemeene waarheid
zake
Gebod);
merkt ge wel,
geldt,
er voor getuigt, dat geen
en
pleit
stelling te zijnen laste bestaan blijve.
in
I.
beteekenis
is.
Immers
niet zooals
we
zijn,
maar
leven in de algemeene voorstelling, zóó bestaan we metterdaad
voor onze medemenschen
;
naar dien maatstaf wordt met ons aangerekend
op dien prijs worden we geschat.
Zoo
is
dus deze publieke opinie omtrent ons een onzichtbare afteeke-
ning van onzen persoon in het bewustzijn van onze medemenschen; die
band
die
daardoor wordt.
onzen persoon aan de wereld van hun gedachten verbindt; en een
der machtigste factoren waardoor ons levenslot beheerscht
Persoonlijk
nauwere
staan
gemeenschap;
we
meestal
van aangezicht
slechts tot
met een
kleinen kring in
aangezicht kent slechts een
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904
Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904
Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's