E voto Dordraceno - pagina 471
toelichting op den Heidelbergschen catechismus. Tweede deel.
XXV. HOOFDSTUK
ZOND.
471
XI.
ons zeggen, dat de Dienst des Woords alleen aan de uitverkorenen
van
ten goede komt.
Het
met den Dienst des Woords
staat
Middelaar
komst alleen voor Gods uitverkorenen kent
niemand
Zoons
leven.
Gods zich een gemeente,
Woord Uit
aan den Zoon. De Zoon
zoo
komen
eeuwigen leven uitverkoren, door
teti
en dat alleen
schapen
zijn
zijn
zoo van het
Dienst,
ingestelde
stem kennen, volgt rechtstreeks
Woord
niet enkel ter opstanding gesteld, niet
des doods
;
enkel een reuke ten leven,
Want
ten val
wel
en
;
maar brengt
hij
is
is
de Christus
de Dienst des
ook een reuke
en kan de Dienst van het Sacrament evenzoo niet alleen het
maar ook een
geloof sterken,
oordeel brengen. Edoch, dit alles
van Gods werk, maar van
men
maar ook
van het Sacrament,
als
uitsluitend doelt op de zaliging der uitverkorenen.
Woords
Geest
zijn
Middelaar zelf alleen voor de uitverkorenen
de
dat
nu,
feit
is,
zijn
niet
den Dienst
ze door
Geheel in den zin van wat onze Cate-
vergadert, beschermt en onderhoudt."
dit
gekomen dat
zijn, hij
van de heilige algemeens Christelijke kerk zegt: „Dat de Zone
chismus
en
beleden, dat zijn
de Vader gegeven heeft, uit
geeft ze
En
des Vaders.
eeuwigen
ten
met de zending van den
Hij weet wie de zijnen
hem
De Vader
verliezen.
naam
bewaart ze in den des
is.
schapen, en uit degenen die
zijn
die zal hij
gelijk
Ook van den Middelaar toch moet
zelven.
's
menschen zonde en
is
gevolg
ongeloof. Onderzoekt
dus naar de beweegredenen, waartoe de Middelaar gekomen, en de
Dienst zoo van het
van Gods
Woord op
zijde nooit
als
van het Sacrament ingesteld
anders gewezen, dan op
iets
dan
is,
zijn liefde
mag
voor zijn
uitverkorenen.
Met
opzet voegen
we
in dit
verband den Dienst der Sacramenten met
den Dienst des Woords saam, en scheiden Doop en Avondmaal
nemen
Feitelijk toch bestaat in
voorstelling,
maar bij
daar dat
alsof
Dienst
men
wel
men
?
en
is
zulk een
Maar
Avondmaal
de gemeente desaangaande de geheel verkeerde bij
Woords
des
Avondmaal toch
komen
aanzit.
maar
het heilig
Avondmaal zóó spreken moest,
den heiligen Doop zulk zeggen reeds wegviel, en alsof er
alsof bij
den
heilig
niet,
beide als Sacrament.
zij
werpt
men
men
heeft,
eerst heilig keurt, waarbij zoogoed als
passen toe.
:
nu
Dan
bij
Bij het
Wie mag
punt zoo overgeestelijk streng,
die op zoo strenge wijze bij het
geheel anderen maatstaf
zijn.
wel terdege de vraag op
niet zelden op dit
Avondmaal
oordeelen,
den Doop recht
gansch geen sprake van kon
niemand
Sacrament van het
heilig
den heiligen Doop plotseling een
toch komt de vraag, of een kindeke op
ternauwernood op, en zonder aarzeling of bedenken
wordt elk jonggeboren wicht ten Doop gebracht.
En nog
erger wordt het
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904
Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904
Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's