Sociale hervormingen - pagina 200
voorstellen van wet door het ministerie-Kuyper bij de Staten-Generaal ingediend. Deel III.
i88
Die bepaling heeft, naar den ondergeteekende is gebleken, zeer goed gewerkt. In de eerste plaats kan de bevoegdheid om nadere voorschriften te geven niet worden gemist. Waar het de plicht is van den Staat om den arbeider te beschermen door het vaststellen van voorschriften, waaraan hoofden en bestuurders van bepaalde inrichtingen zullen hebben te voldoen, en v^^aar langzamerhand daarbij in tal van details moet worden getreden, omdat de productie zich dagelijks ontwikkelt en vooruitgaat, daar kan onmogelijk voor alle gevallen hetzelfde voorschrift worden gegeven. Niemand ontkent, dat veelal in werklokalen het aanbrengen van stofafzuigers noodzakelijk is, maar niemand zal beweren, dat een algemeen bindend voorschrift, aangevende wanneer die afzuigers moeten worden aangebracht en hoe zij schriften te geven.
ingericht, zoude zijn vast te stellen. Wanneer regelingen niet algemeen voor alle gevallen getroffen kunnen worden, dan moet voor elk bijzonder geval toch een regeling te treffen zijn. Er moet een macht zijn, die beslist of een als stofafzuiger bedoeld toestel inderdaad in staat zal zijn het stof af te zuigen, dan wel of het niet anders vermag dan onnoodig het stof in het werklokaal te verplaatsen. Voor zooveel noodig moge worden opgemerkt, dat het hier omschreven geval zich herhaaldelijk in de practijk heeft voorgedaan. In dergelijk geval moet een deskundig ambtenaar de bevoegdheid hebben om aan te geven wat zal behooren te geschieden. Misbruik van de aan
moeten worden dergelijke
de inspecteurs gegeven bevoegdheid is niet te vreezen. Bovendien ruime mate aan belanghebbenden de gelegenheid gegeven in beroep te komen. Trouwens, voorbijgezien moet niet worden, dat sedert ruim 5 jaren ingevolge de Veiligheidswet door de inspecteurs tal van voorschriften gegeven zijn en dat daartegen slechts betrekkelijk zelden in beroep is gekomen. De bestaande bepalingen zijn dan ook in het ontwerp overgenomen. Gewaarborgd is, dat het hoofd of de bestuurder kan verlangen een voorschrift schriftelijk en gedagteekend te ontvangen. Met het oog op zijne bevoegdheid om in beroep te komen, is het bezit van zulk een schriftelijk stuk voor hem van belang. In de artt. 241 en 242 is eene afwijking opgenomen van hetgeen thans geldt. Ingevolge de Veiligheidswet is het uitsluitend de inspecteur van den arbeid, die voorschriften kan geven. Waar de taak van de inspecteurs zoo zeer wordt uitgebreid door de wet, gaat het niet aan alleen hem de bevoegdheid tot het geven van voorschriften toe te kennen. De wet zou dan niet behoorlijk kunnen worden nageleefd. Een van beide toch zal geschieden bij gemis van de bevoegdheid om ook door adjunct-inspecteurs voorschriften te doen geven. Het onder de bevelen van den inspecteur werkzame personeel zal op inspectie bevinden, dat eenig voorschrift moet worden gegeven het zal daarvan rapport uitbrengen aan den inspecteur en dan zal deze óf zelf overal dienen na te gaan is in
;
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1905
Abraham Kuyper Collection | 610 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1905
Abraham Kuyper Collection | 610 Pagina's