Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Sociale hervormingen - pagina 281

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Sociale hervormingen - pagina 281

voorstellen van wet door het ministerie-Kuyper bij de Staten-Generaal ingediend. Deel II.

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

337 waarbij aan de biljetten der Nederlandsche Bank de hoedanigheid is toegekend, heeft deze bepaling wijzi-

van wettig betaalmiddel

ging ondergaan. Het tweede lid van het artikel strekt voornamelijk om een ieder duidelijk te maken, dat hier niet sprake is van eene uitzonderingsbepaling, welke, ten aanzien van het loon van vreemde arbeiders, aan de algemeene voorschriften der wet van 28 Mei 1901 {Staatsblad n. 132) hunne kracht zoude ontnemen. De bedoelde loonen zullen in goud- of in papiergeld uitbetaald moeten worden. art. 16382' is in het gewijzigd ontwerp achter de woorden de overeenkomst" ingelascht „of het reglement", zulks in verband met de bepaling van art. 1637 £.

In

„bij

:

Art. 1638/. Bij de beschouwing van dit artikel schijnt de aandacht niet voldoende gevestigd te zijn geweest op de preventieve werking, welke de groote kracht dezer bepaling uitmaakt. Het kan geenszins de bedoeling des wetgevers zijn zorg te dragen, dat de arbeider èn eene richtige èn eene nietige betaling erlangt. Het verlies van het onwettig betaalde is louter voorgesteld als eene straf voor den werkgever, die zich verzet heeft tegen de wet. Die preventieve werking nu zoude grootendeels worden verlamd, indien de werkgever het onwettig betaalde weder terug kon vorderen, zoodat de ondergeteekende ook thans geene vrijheid heeft kunnen vinden het tweede lid van deze bepaling uit het Regeeringsontwerp van 1901 over te nemen. Ook zoude het, naar zijn oordeel, niet aangaan de strekking van het artikel te beperken. Immers, heeft de wet eenmaal limitatief de wijzen aangegeven, waarop het loon voor niet-inwonende arbeiders kan worden voldaan, dan volgt daaruit, dat iedere andere wijze van betaling ipso jure nietig is. De wet kan dus onmogelijk aan zoodanige betaling eenig rechtsgevolg verbinden, haar in eenig opzicht als bestaande aanmerken. Evenmin ten aanzien van zekere termijnen, als ten aanzien van bepaalde personen. Wat nietig is, blijft nietig, hoe lang geleden het ook geschied is, en, is eene nietige voldoening van het loon ontoelaatbaar ten aanzien van een opperman of een krullenjongen, zij mag niet als geldig worden aangemerkt ten opzichte van een bankdirecteur. Art. 1638/è. Ook de ondergeteekende gelooft niet, dat de werkgever bij voorkeur zijn kantoor als plaats van uitbetaling van het loon zal kiezen, wanneer zulks hinderlijk zoude zijn

voor het meerendeel zijner arbeiders. Het woord „woonplaats" is vervangen door „woning" inderdaad komt het hier meer aan op het feitelijke, dan op het ;

juridieke begrip. Eene bepaling, 11.

dat

het

loon aan eiken arbeider afzonderlijk 22

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1905

Abraham Kuyper Collection | 610 Pagina's

Sociale hervormingen - pagina 281

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1905

Abraham Kuyper Collection | 610 Pagina's