Eenige grondwaarheden van den Christelijken Godsdienst - pagina 137
HEILIGMAKING.
127
ook Dr. Kuyper, daar hij aan het genadewerk Gods, waarvan hij iiier spreekt in het 6de stadium, n.1. de heiligmaking, volgende op de bekeering, in het 5de stadium, reeds in het 3de stadium de roeping heeft doen voorafgaan. Dat de heiligmaking een werk Gods is, leert ons de Heilige Schrift o.a. bij 1 Thessal. 5 23a: „En de God des :
vredes zelf heilige
„Maar
wij
zijn
ii
geheel en al;" en
schuldig
altijd
God
bij
te
2 Thess. 2: 13:
danken
over
u,
van den Heere bemind zijt, dat God u van den beginne verkoren heeft tot zaligheid in heiligmaking des Geestes en geloof der waarheid." Joh. 17 17 bidt ook de Heere Jezus van Zijnen Vader voor de zijnen „Heilig ze in uwe Waarheid ;" terwijl volgens 1 Cor. 1 30 Christus den Zijnen is geworden tot heiligmaking, dat is, dat ze in en door Hem heilig zijn en in heiligheid toenemen. Waaruit volgt, dat de heiligmaking is van eene Goddelijke natuur, gelijk ook blijkt uit 2 Petr. 1 „Gelijk 3, 4 ons Zijne Goddelijke kracht alles wat tot het leven en de godzaligheid behoort geschonken heeft, door de kennis desgenen, die ons geroepen heeft tot heerlijkheid en deugd door welke ons de grootste en dierbare beloften geschonken zijn, opdat gij door dezelve der Goddelijke natuur deelachtig zoudt worden, nadat gij ontvloden zijt het verderf, dat in de wereld is door de begeerlijkheid." Efez. 4 23 en 24 En dat gij zoudt vernieuwd worden in den geest uws gemoeds, en den nieuwen mensch aandoen, die naar God geschapen is in ware rechtvaardigheid en heiligheid ;" welke heilige natuur niet kan zondigen volgens 1 Joh„Een iegelijk die uit God geboren is die doet de zonde niet ; want zijn zaad blijft in hem, en hij kan niet zondigen ; want hij is uit God geboren ;" terwijl zij dorst naar reinheid: Ps. 51 12: „Schep mij een rein hart, o God, en vernieuw in het binnenste van mij eenen vasten broeders,
die
:
:
:
:
:
:
3:9:
:
geest."
Dat
het
tevens
wij
allen
de
natuur
der
heiligmaking
is,
om
in
nemen, blijkt o, a. uit 2 Cor. 3 18: „En met ongedekten aangezichte de heerlijkheid des
heiligheid toe te
:
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1906
Abraham Kuyper Collection | 324 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1906
Abraham Kuyper Collection | 324 Pagina's