Eenige grondwaarheden van den Christelijken Godsdienst - pagina 207

DE SACRAMENTEN. Sacramenten

de

Ofsclioo;i

van

God verordend

zijn,

tot

197

sterking van ons geloof

en de geringschatting ons ver-

werpelijk zon maken, zoo zegt toch Calvijn niet, dat voor onze redding de teekenen onmisbaar zijn, en dat de roo-

kende vlaswiek, voor wat aan ons Hgt, niet anders dan door het tceken kan opgloren. In § 14 van genoemd hfdst. „dat het vertrouwen der zaügheid niet afzegt hij toch hangt van het deel hebben aan het Sacrament, alsof de regtvaardigmaking daarin gelegen was van welke wij dit weten, dat zij in Christus alleen is weggelegd, en dat zij ons niet minder door de verkondiging des Evangelies, dan door de verzegeling van l.et Sacrament wordt medegedeeld, en dat zij ook zonder deze verzegeling, ten volle bestaan kan. Zoo waar is het, hetgeen ook door Augustinus gesclireven wordt, dat namelijk de onzigtbare heiligmaking zijn kan zonder het zigtbare teeken, en dat daarentegen het zigtbare teeken wezen kan zonder de ware heiligmaking. Want de menschen trekken (gelijk hij ook elders schrijft) Christus somtijds zoover aan, dat zij het somtijds wederom zoover, dat zij Sacrament ontvangen geheiligd v/orden. En het eerste van dezen kan goeden en kwaden g.Miiecn zijn maar het andere is alleen den goeden en godvruchtigen eigen." Nochthans zegt hij verder „dat de in § 15, r.anhalende de woorden van Augustinus Sacramenten alléén in de uitverkorenen uitwerken, hetgeen zij beteekenen ;" terwijl (zoo vervolgt hij) de zaak die door het Sacrament beteekend wordt, allen zelve, die haar deelachtig zijn, gedijt ten leven, niemand van hen Die daarvan zal gegeten hebben, zal niet ten doode. sterven, hij namelijk, die deel heeft aan de kracht van het Sacrament, en niet alleen aan het zichtbare Sacrament die geestelijk eet, niet stoffel kalleen; die met het hart eet en niet met den mond slechts." Ofschoon dus alle ware geloovigen de beteekende zaak é é n wanneer deelachtig worden, zoo worden zij dit a :

;

;

;

:

.

.

.

ij

1

zij.

gelijk

dat daarin

Echter

1

woord der belofte, opgesloten, door het geloof aangrijpen."

Calvijn zegt (zie § 15) „het is

is

het

de

natuur van het geestelijke leven, dat

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen