Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Eenige grondwaarheden van den Christelijken Godsdienst - pagina 263

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Eenige grondwaarheden van den Christelijken Godsdienst - pagina 263

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

253

DE HEILIGE DOOP.

vóór den Doop zouden wedergeboren te gelooven, omdat zij dan ook alle met hunne jeugd, met het toenemen van 't gebruik der reden, naar hunne vatbaarheid eenige blijken zouden geven, dat in hen eenig goed beginsel ware, zoowel als ze blijk Wie van hunne redelijkheid en zondigheid gaven der

bondgcnooten

worden,

is

wel

niet

zich diets maken, dat een mensch, 't die dit eerste beginsel der wedergeboorte in zijne ziele bezit van der jeugd aan, daar= van de minste blijk niet geven zou, maar zich in aUe booze stukken overgeven tot het laatste van zijn leven, en dat dan eerst

kan

dat zaad door een dadel

uitspruiten?

.

.

.

.

ij

ke

bekeering zou

men met den Zaligwordt de boom gekend ; de

Hier moet

Uit de vrucht maker zeggen goede mensch brengt goede dingen voort uit den goeden schat zijns harten, en de booze mensch brengt booze dingen voort uit den boozen schat. Matth. 12 33 en 35." Onze vaderen hebben bij de verdediging van den kinderdoop er steeds op gewezen, dat ook bij kleine kinderen het zaad des geloofs aanwezig kan zijn, en dat God de Heere dit soms op verborgene wijze, zonder de uiterlijke prediking des Woords, hetwelk zij immers niet verstaan, in hen legt, zooals zij aantoonen met voorbeelden uit de Zij deden dit, niet omdat zij van gevoelen Heilige Schrift. waren, dat de wedergeboorte vóór den Doop óók bij kleine kinderen vereischt wordt om gedoopt te mogen worden en daarom, als in beginsel aanwezig, ondersteld moet worden, maar omdat de bestrijders van den kinderdoop dit hebben gedaan en nóg doen, op grond dat de kinderen nog geen :

:

geloof

kunnen

hebben,

dat

nochthans naar Gods

Woord

de beloften des Verbonds te kunnen aannemen waartegen zij aantoonden dat de kleine kinderen hel geloof in beginsel wèl deelachtig kunnen zijn. Maar, terwijl zij verklaren, dal wel het geloof, en mitsdien

vóóraf

vereischt

wordt,

om

;

wedergeboorte, in de volwassenen vóór hunnen Doop vereischt wordt, en zich openbaren moet in belijdenis en wandel, leeren zij overal, dat de Doop aan hunne kinderen

de

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1906

Abraham Kuyper Collection | 324 Pagina's

Eenige grondwaarheden van den Christelijken Godsdienst - pagina 263

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1906

Abraham Kuyper Collection | 324 Pagina's