Eenige grondwaarheden van den Christelijken Godsdienst - pagina 162
DE BEKEERING.
152
maatstaf aannemen voor de beoordeeling van anderen. Vóór ik eindig met de aanhalingen van Dr. Kuyper's beschouwing over het werk der bekeering, wensch ik nog op te merken, dat volgens die aanhalingen het schijnt, alsof
tot
de zondaar zich krachtens zijne onderstelde wedergeboorte, zoodra hij volwassen is, niet alleen bekeeren moet, maar ook bekeeren kan, hoewel hij, het doende, dit natuurlijk aan Gods Geest toeschrijft, die hem volgens zijne onderstelling,
wedergeboren
gesteld heeft, dat
hij
heeft,
en
hem daardoor dus kan.
in staat
zich bekeeren
Maar hoe moet men deze voorstelling rijmen met hetgeen Kuyper in zijn „Werk van den Heiligen Geest" (zie blz.
Dr.
13 liiervoor) zegt van de krachtdadige roeping, die, volgens hem, zich richt tot die reeds wedergeboren zijn, en die, ofschoon ze reeds een hoorend oor hebben, nog sluimer e n, en daarom door een tweede genade des Heiligen Geestes krachtdadig moeten worden gewekt tot bekeering, die
kan
zonder zoodanige roeping
niet volgen
?
Aan de eene
zijde zegt Dr.
Kuyper dus, dat de gedoopte,
en dus wedergeboren zondaar verplicht
is
zich te bekeeren,
immers rust op de onderstelling zijner wedergeboorte terwijl ook volgens Dr. Kuyper, (zie „Voor een Distel een Mirt" blz. 156) de Gereformeerde Kerken haar eisch dat elk gedoopte zich bekeeren zal, u t s u i= t e n d doen rusten op de heerlijke onderstelling van de verborgene wedergeboorte. „Namen ze aan (zegt hij) dat de gedoopten niet wedergeboren zijn, zoo zou die eisch geen zin hebben. Immers alleen de wedergeboorte bekwaamt een zondaar om zich tot God te bekeeren." Aan de andere zijde echter blijft volgens de voorstelling van Dr. Kuyper een wedergeborene even onbekwaam om zich te bekeeren, vóór hij door de krachtdadige roeping uit zijn sluimerenden toestand is wakker gemaakt; zoodat de voorstelling van Dr, Kuyper, alsof een wedergeborene zich zou kunnen bekeeren, toch in strijd is met de voorstelling van de noodzakelijkheid dier tweede genade, waardoor hij n.I. gewekt wordt tot bekeering. en
dat
die
plicht ;
i
1
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1906
Abraham Kuyper Collection | 324 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1906
Abraham Kuyper Collection | 324 Pagina's