Om de oude wereldzee - pagina 336
I. Het Aziatisch gevaar. Rumenië. Rusland. De Zigeuners. Het Joodsche probleem. Constantinopel. Klein Azië. Syrië. Het Heilige Land.
HET JOODSCHE PROBLEEM.
312
minder
kolonisten
talrijke
het zuiden aankwamen, bleek dat de
in
hun verzorging en ontvangst eenvoudig niet vv^aren uitgevoerd, en dat de TcJiinoviks, in hun onbarmhartigheid, deze koloniseerende Joden slechts als een prooi voor hun plunderzucht beschouwden, zonder dat hoogerop redres te verkrijgen was. Zoo orders' voor
keizerlijke
mislukte
deze
kolonisatie
derde
er de
gemeene
zij
in
het zuiden schier geheel en vermeer-
ellende.
komen, dat de Joden, ten
spijt
Geen maatregel kon intusschen voorvan alle verbod, toch Groot-Rusland
In geen land valt het zoo licht zich aan bestaande
binnentrokken.
verbodsbepalingen
niet
te
storen.
menig ambtenaar zooveel. En wat
Klinkende munt vermag er alles afdeed, er
bij
bestond in Groot-
Rusland op de dorpen en op de heerlijkheden der Bojaren, heel anders
dan in steden, aan de marskramers en kleine geldhandelaars metterdaad behoefte. Kleinhandel, gelijk wij dien kennen bestond er zoo goed
als niet.
De middenstand was
niet
dan in zeer beperkten
zin
aanwezig. In zulke streken uitkomende, werden de Joden, ter wille van
hun kleinhandel, vaak met open armen ontvangen. Aan de Universiteiten meldden ze zich in grooten getale aan. En in 't gemeen wies hun invloed. Keizer Alexander II begreep, dat dit niet te keeren was^ en zag er zelfs het nut van in. Van de Gouverneurs in het zuiden kreeg hij rapporten, dat de daar wonende Joden zich steeds meer aan de Russische bevolking aansloten, en de Gouverneurs van Minsk en Poltava berichtten, dat de toestand der Joden op het afgesloten
meer onhoudbaar werd. De Keizer ging er uit dien hoofde toe over, om het binnenkomen in Rusland voor de Joden gemakkelijker te maken, schafte allerlei inquisitoriale en repressieve
territoir steeds
maatregelen
en zoo scheen men metterdaad op den beteren
af,
weg
moord op dezen goedgezinden moord waarin ook de Joden de hand bleken te Tsaar gepleegd (een hebben gehad) opeens het rad weer deed omwentelen, en onder Alexander Itl het stelsel van afzondering van de Joden op hun eigen territoir weer in strenge toepassing kwam. te geraken, toen ongelukkigerwijze de
Arm
als
aandeel de
in
ze
waren,
alle
gewone
Overheidskas
koscher geslachte voor
elk
moesten de Joden bovendien, behalve hun belastingen, nog tal van extra-bedragen in
dieren
was een extra- belasting voor de betalen, en nogmaals een extra-accijns
Zoo
storten. te
pond vleesch dat van een koscher geslacht dier verkocht
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907
Abraham Kuyper Collection | 590 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907
Abraham Kuyper Collection | 590 Pagina's