Het heil in ons - pagina 15
met het werk van Christus dat in den tijd ligt, Gods in het eeuwige. „Nochtans hebben wij maar éénen God en Vader, uit wien alle dingen zijn, en éénen Heere Jezus Christus, door wien alle dingen In
ligt
tegenstelling^
dat raadsbesluit
zijn," zegt Paulus.
Dit geldt ook van de verzoening en de wedergeboorte. Ook de geestelijke heilgoederen zijn uit God den Vader, maar komen ons toe door den Heere Jezus Christus. Wel zijn ze door Christus geopenbaard, maar ze waren in God van eeuwig. Zijn raadsbesluit is geen daad der willekeur, maar noodzakelijk
van zijn wijsheid, die w^ijsheid uitvloeisel van zijn goddelijke gedachte, die gedachte uiting en bewustwording van wat van eeuwigheid op den bodem van zijn goddelijk wezen ligt. Hij is Jehovah, d. w. z. Hij is gelijk Hij is; wijl Hij God is, is zijn raadsbesluit wat het is en werd het volvoerd, gelijk het in Christus werd geopenbaard. uitvloeisel
Er ligt dus niets vreemds in, dat uit die eeuwige fontein alles heils in God, verzoening en genade reeds ontsprong óók voor de mannen des Ouden Verbonds.
Toch was voor hen zoomin als voor ons die verzoening en genade denkbaar anders dan door Christus. De waarheid en vastheid van Gods raadsbesluit is niet aan het werk van den Christus gebonden, maar omgekeerd bood juist dit raadsbesluit waarborg, dat dit werk van den Christus niet uitblijven kon, maar
komen
zou.
Het vormde in dat deelen van dien inhoud
raadsbesluit een deel van den inhoud en alle
zijn van elkander onafscheidelijk. Reeds in dat raadsbesluit was derhalve de verzoening van den zondaar geen oogenblik gedacht zonder de verwerkelijking en openbaring er van, die in den Christus komende was. De gebondenheid der verzoening onder het Oude Verbond aan den Christus, mag dus niet verstaan worden in den flauwen, verwaterden zin van een bloot uitzicht, een profetisch hopen op den Christus, maar als in het raadsbesluit Gods van den Christus onafscheidelijk. Uiting van dit raadsbesluit was het Woord Gods. Jn dat Woord lag derhalve de volkomen waarborg voor het werk van den Christus, dat geopenbaard stond te worden. Het had op geestelijk terrein even deugdelijke waarde als het feit zelf. Gelijk een goede wissel met geld gelijk staat, zoo en in nog veel hooger zin stond het Woord Gods
met de openbaring, die in Christus stond te komen. Maar toen nu ook de Christus kwam en zijn werk aanvaard
gelijk
eischte
diezelfde
goddelijke
dingen
vastheid
en
heerscht,
had, zekerheid en voltooidheid, die in alle dat zijn werk en de daardoor gestichte
verzoening tot werkelijkheid kwam.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1909
Abraham Kuyper Collection | 270 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1909
Abraham Kuyper Collection | 270 Pagina's