Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Heils termen - pagina 135

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Heils termen - pagina 135

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

125 daardoor zal de afschuwelijkheid der zoude huu steeds bauger gruwel door de ziel jagen, zal het „midden in den dood liggen" hen steeds ontzettender werkelijkheid worden, en zal juist daardoor met steeds schreiender honger de ziel zich uitstrekken naar dat leven des vredes, dat door het bloed der verzoening uit de genade huns

juist

Gods vloeit. Met volkomen juistheid

is

dit

door onze Gereformeerde vaderen

twee werkingen des Geestes kenden: afsterving van den ouden en opstanding van den nieuwen mensch. Ook hierin toch ligt uitgesproken, dat de nieuwe mensch er van meet af is, maar eerst nog door den ouden mensch omstrengeld. Uit deze omstrengeling, uit deze vermenging, uit deze saamverbinding moet de nieuwe mensch worden losgemaakt, door afsterving van den ouden, d. i. door het kwade allengs weg te nemen. Geschiedt dit, dan is het onmiddellijk gevolg hiervan, dat de nieuwe mensch niet geboren wordt, want hij er; neen, maar opstaat, dat wil zeggen ontwaakt, wakker wordt, is tot zelfbewustheid komt en zich door goede werken naar buiten toont.

gevoeld,

die

Ge

in

zijt

slechts

Christus,

kan

daarover kelijkheid

ge

of

misschien

in

bestaan.

twijfel

in Hem niet. Dat eischt beslissing, bewustzijn, maar nooit in de werChristus of in Christus niet, dat is

zijt

uw In

Leven of Dood, en dus de scherpst denkbare tegenstelling. Ge kunt dus niet zeggen: „ik ben nog niet in Hem, en toch niet buiten Hem." Een van die beiden: in of buiten Christus geldt voor een iegelijke persoonlijkheid. Welnu, alleen van de eersten spreken we voor hen bestaat heiliging. En wat zegt nu is, allengs nieuw moet worden ? IntegenChristus Paulus? Dat wie in die aldus schrijft hij Jezus is, Christus deel. Zoo iemand in alles het is ziet voorbijgegaan, is oude het is een nieuw schepsel: nieuw geworden. Zijn heilige persoonlijkheid is er. Waar? natuurlijk;

hier

alleen

Uw

leven is reeds in

met Christus verborgen in God. den

hemel

gezet.

Christus

is

Hoe? Ge zijt met Hem nu u van God gegeven ook tot

„heiligmaking." Maar die nieuwe persoonlijkheid wordt in haar uitstraling nog belemmerd door het stof van den ouden mensch, dat der ziel bezoedelt. Die nieuwe persoonlijkheid faalt het nog aan een zoo krachtig helder levensbewustzijn, dat ze zichzelve volkomen begrijpen, haar schatten overzien, haar krachten ge-^ bruiken zou. Er is dus een scheiding noodig, een scheiding, die doorvoltrokken snijdt tot op het been en in den dood eerst volkomen onovertroffen-schoon steeds Kerk onze heeft scheiding wordt, en die

de

vensterglazen

;

Wegsterving van den ouden en opstanmensch. nieuwen den ding van

aldus

'

beschreven

:

Wat onze vaderen daarbeneven spraken van „wandelen

in nieuwig-

verre van hiertegen te strijden, tot bevestiheid des Zoo dikwijls de kerk deze uitdrukking zienswijs. deze ging van 10, en wilde niet naar van Efez. II grond dit op ze deed bezigde,

levens,"

strekt,

:

|

j

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1909

Abraham Kuyper Collection | 294 Pagina's

Heils termen - pagina 135

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1909

Abraham Kuyper Collection | 294 Pagina's