Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Heils termen - pagina 56

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Heils termen - pagina 56

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

46 van dat waarvoor liet tastbaar bewijs, naar den standaard is der zinlijke dingen genomen, ontbreekt. En werkelijk, we mogen in die taaiheid en onverzettelijkheid van het woord „gelooven" ons verheugen, want het misverstand schuilde

nemen

men

beweerde, in de Schrift, maar wel ter dege bij hen, hun eigen eenzijdigheid en oppervlakkigheid vervangen wilden. Eeeds de oude Heidelberger had hen van die dwaling kunnen genezen. In dat gulden boekske toch wordt in het 31e Antwoord met zoo treffende juistheid gezegd, dat gelooven niet alleen een aannemen en voor waarachtig houden is, van wat God in zijn Woord geopenbaard heeft, maar ook een zeker vertrouwen, dat de belofte van dat Woord in hem, die deze dingen belijdt, vervuld is. Dat „niet alleen" was vroeger door de stelselmakers voorbijgezien, en nu werd het voorbijgezien door hun bestrijders. Waar toch schuilt bij het woord „gelooven" de moeilijkheid? De zonde heeft gescheiden, wat in God één was, namelijk het Leven, en het Woord, waarin dat leven zich uitspreekt. In den heiligen staat der dingen, gelijk die van God uitgaat, is niet,

gelijk

die de volheid en diepte der Schrift door

Woord Woord

en Leven volstrekt één. De Zoon is het Woord, en dat droeg in zich het Leven. Maar de mensch heeft gezondigd, dat Avil zeggen, hij heeft de leugen in de wereld gebracht, die leugen, die juist daarin haar kracht vindt, dat het Leven niet meer aan het Woord beantwoordt. Wat noemen wij een leugen? Immers als iemand een woord spreekt, dat niet de werkelijkheid van het leven teruggeeft, een woord dus, dat buiten samenhang met het leven zelf staat. Dat nu, wat zich in ons dagelij ksch leven telkens vertoont, is niets dan een uitvloeisel van die ééne groote scheuring, die de mensch door zijn val gemaakt heeft, toen hij het Woord van het Leven aftrok, beider innigen samenhang verbrak, en Woord en Leven los naast elkander stelde. Komt nu de Heere door zijn Openbaring ons uit dien leugengeest redden, dan spreekt het van zelf, dat in die Openbaring Woord en Leven weer tot één moeten gebracht worden en dus de scheiding opgeheven, die 's menschen ongerechtigheid ter kwader ure tusschen beiden had gewrocht. Vandaar dat in de Vleeschwording des Woords die Openbaring haar hoogtepunt bereikt heeft, want wat was de vleeschwording des Woords anders, dan juist de Openbaring van het Leven als het Woord en van het Woord als het Leven? Vandaar dat de Heere zeide: „Mijne woorden zijn geest en leven," en elders spreken kon van een „die de waarheid doet." Om nu de Openbaring, die Woord en Leven tevens is, in zich op te nemen, geeft God den zijnen „het geloof." Is het ons nu onweerlegbaar gebleken, dat steeds in de Openbaring het Woord aan .

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1909

Abraham Kuyper Collection | 294 Pagina's

Heils termen - pagina 56

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1909

Abraham Kuyper Collection | 294 Pagina's