Dicaten dogmatiek. Locus de Deo - pagina 350

Locus DE Deo

332 denkbaar.

bibliotheek

met

kende

Hij

het paradijs

In

Wel

is

waar

tot

Denkt maar

het verstand verduiser zijn

;

en vele vromen

zijn,

zijn

op zekere hoogte ook het vermogen

om

De eigenlijke De mensch, die

ver-

Maar

denken verzwakt.

discursief te

knap"

„vreeselijk

is

studie opgelegd,

zich heen vanzelf.

meer leeren kunnen ? Weineen

niet

menschen, die toch

dom",

„uiterst

om

Maar door de zonde wordt

Wil dat zeggen, dat wij

goddelooze

werd aan Adam geen

levensbesef de wereld

zijn

aan het noemen der dieren. terd-

(Pars Prima).

dat

is

het toch niet.

duistering ligt in de „wijsheid", niet zoozeer in de studie.

wijs

dwaas geworden. De spreuken en alle chokmatische geschriften stellen dat „dwaas en „wijs" gedurig tegenover elkander. Cf. ook de gelijDat waren kenis van den Heere Jezus omtrent de wijze en dwaze maagden. geen intelligente meisjes en meisjes zonder studie. Neen maar bij de wijze maagden wel en bij de dwaze niet was het y.a/.:>^,az van het levensbesef was,

nu

is

opgeheven.

Had

de zonde doorgewerkt, zonder de stuiting der gratia communis, dan zou

weg

die ectypische wijsheid geheel

mensch geen

dat de is

de ectypische wijsheid nu nog

En het is noopt om wat vjij aan kigen vorm.

dit

Maar

zijn.

bij

gemeene

juist die

de verduistering

duivel, dat

niet absoluut

gratie maakte,

werd.

den mensch aanwezig, maar

in

Daarom

zeergebrek-

gebrek, als straf voor de zonde ons opgelegd, dat ons

inzicht te kort

komen,

in te

halen door studie. Vandaar,

dat de studie altoos het drukkende van eene straf op de zonde met zich brengt.

Een schoolkind op de banken voelt het zelfs, dat het wel prettig is om vooruit vandaar het lokken der te komen, maar dat het leeren toch een moeten is :

vacanties.

Dwaas

is

het, tot

zoo'n kind te zeggen

:

„Je

moest eigenlijk graag

willen leeren."

Daar nu die wijsheid eene genadegave Gods naar

het

bestel

de Japanneezen

met het oog zich

op

;

niets te verheffen,

is

sterk, dat

de ander heeft over niets in

waar

gemakkelijker.

die

De

organische

wijsheid

is

Het

is

er

mee

als

van den ander zwak. De een heeft te klagen.

Maar

vanzelf

het leven.

Die wijsheid nu doet het levensbesef werken en

zeer ongelijk verdeeld,

is zij

meer wijsheid hebben dan de Chineezen.

dat van den een

maakt het grootelijks onderscheid heen,

is,

namelijk van die, immers vrijmachtige, genade. Vandaar, dat

verwantschap

in

verband met de wereld trekt,

daar

werkt

om ons

alles

veel

geen soort tinctuur, die ons ingedruppeld wordt,

maar een doen voelen van het leven, door die organische verwantschap. Daardoor kunnen wij indringen in de realiteit van het leven. Doordat wij weer aangespannen staan aan 's levens wagen, kunnen wij makkelijker trekken. De

chokma soort

sluit

altoos aan de natuur aan.

van mysterie, maar een indringen

De chokma in

is

in

het minst niet een

het natuurlijke leven,

waarvoor de

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen