Dictaten dogmatiek. Locus de Sacra Scriptura, Creatione, Creaturis - pagina 755
college-dictaat van een der studenten
§
De
10.
de slang een verleider was enz. en dus wist oppervlakkig
zeer
vorm
Adam
over
Adam
Kerk
de
den
zoekt
is
echter
additieven
brengen en doet het dan voorkomen,
te
beweerd
nooit
Dit
niet alles,"
Pelagiaan
Adam
een volmaakte additieve kennis van
wij
heeft
dit
Want de
geredeneerd.
van kennis op
hadden
113
Justitia Originalis.
leerde
zij
;
als
Maar
gepretendeerd.
dat de praevia cognitio
bijv.
Adams kennis heeft behoord, omdat zij niet strookte met zijn aanleg en wezen. De eenige beteekenis van perfecta cognitio is deze dat er op elk gegeven moment geen het minste beletsel'was om een volkomen adaequate kennis van zich zelf, van God en van zijn omgeving te hebben, voor tot
niet
:
zooverre
geen
noodig
die
Daar nu
was.
van kennis
ballast
den
in
harmonieusen toestand
reinen,
de hersenen behoeft genomen
in
worden,
te
is
deze
cognitio en geen ander de cognitio perfecta.
voor
u
Stel
waar
zeeën,
een
kapitein, die
komen
hij
;
heeft,
waardoor
op den bodem
dan
;
uitnemendsten
kapitein terwijl
zal
adaequate
kennis
omdat
is,
;
dus
en
;
deze
nitio
Deo
nog
dan de
stond
nadat
acquisita.
perfecta
sed
De
was.
Mermerisme
God kende en De mensch wist slaap
infusa,
;
zoo ook
in
om ons Adam kende alles
superioris
in
hij
ballast
is.
De
den magnetischen te
doen
doordat
Mermerisme
de tkctz,; over
God verbroken
generis
zal
zien,
wat
God hem
door een dependens cog-
het
kwam
maar moest
Adam
kennis van et
wat
zich heeft,
bij
het
levensverband met
het
alius
iets
van
kennis
meer door eene cognitio nitio
zich nooit
hij
dat deze laatste cognitio perfecta
een prachtig verschijnsel,
als
magnetische
hij
waarborg zullen geven, dat
Maar evenals de kennis van
infusa.
duurt
erkennen, dat de beste atlassen aan den
oogenblik
enkel
cognitio
perfecta
a
alle
aangegeven
hebben van hetgeen hem op dat oogenblik noodig
dependente
daar
ligt
den
nooit
kennis onmiddellijk gaf.
die
enz.
de andere kapitein op elk gegeven oogenblik volkomen
zal
geen
zij
men
zal
men moeten toestemmen,
zal
onmiddellijke slaap
banken
diepten,
alle
onmiddellijk overal de gesteldheid der wateren zien kan
hij
vergissen
zijn
en kaarten meeneemt van
reis gaat,
een andere kapitein, die niets meeneemt, maar een soort clairvoy-
en
staan
ance tot
op
waarop
zal,
Adam
had, en wist
alles leeren
het Paradijs
niet langer
hij
ter-
niet
door eene cog-
was dus eene
cognitio
dan de additieve kennis van den
zondaar,
De
b.
justitia
de sanctitas
originalis proprio
originalis
(ware gerechtigheid
men
het
in
en
of
zijn
II
de
Is
alleen
een
den laatsten zin en dan duidt het
latere
theologen
de
justitia
onderscheiden van
beide eigenlijk één en vormt deze uitdrukking
heiligheid)
voudig de subjectieve gerechtigheid Eerst
sensu.
in
vj
niet
^iv.
Si>:''y?
Meestal neemt
een staat aan, maar een-
den persoon.
hebben getracht een onderscheid aan te geven, 47
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 776 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 776 Pagina's