Dictaten dogmatiek. Locus de Providentia, Peccato, Foedere, Christo - pagina 538
college-dictaat van een der studenten
:
LOCUS DE FOEDERE.
144
het verkeerd, dat ze alle heil in Christus zoeken
;
die Gereformeerden, die Christus laten glippen en
Ook
kan nooit buiten Christus.
De
IV.
perioden
van
Sinai,
Sinai
oordeelsdag tot
de
gesteld
Christus nooit op
rijk
Daarvoor niet
genoegzaam
altijd
tot
Abraham, van Abraham
in
tot
heil
onder
al
Op
den voorgrond moet
was
niet,
dat
hij
veel verschuldigd, tot zijn recht
hierbij
de verschillende perioden.
Hierin
anderen, ook
alle
met nadruk wees op het verbond. want de Voetianen lieten dit punt
Maar
komen.
fout ging
hij
daarin, dat
de verschillende perioden geen louter formeele maar essentieele opklim-
in
ming
we hem
zijn
gezet.
van een ander karakter dan
zijn
Adam
der heerlijkheid.
van het
Coccejus' fout
Coccejus.
zij
Christus, van Christus tot den oordeelsdag, en van den
het
identiteit
mag
de groote tegenstelling tusschen de Gereformeerden en
ligt
hij
Ze loopen van
tot in
de prediking
Genadeverbond
het
in
commune.
foedus
het
in
maar evenzeer doen verkeerd alles met God afdoen. Men
de genade zag.
in
De klem van
dit
vraagstuk gevoelen
het met de geloovigen
we
het best,
wanneer we vragen hoe
onder het oude verbond na den dood ging.
En dan
precies als met ons. Coccejus echter zei antwoorden de Gereformeerden neen, de geloovigen onder het oude verbond verkeerden tot aan de opstanding :
van
Christus
gaan.
ïy^ti^cv
:
25
in
een
beperkten
:
zich daarvoor
TrpoiB-crc ó €iesg
'iv
^iy,X'.zTiiVT,c
T~f,q '^^'^
ó.vsX'i
wil
beriep
Hij
Rom. 3
slechts
van zaligheid.
toestand
Eerst door
opstanding en hemelvaart zouden ze dan tot de zaligheid
Christus
^^'^-
zeggen
:
olItz'j,
Omdat
hier
Six t),u 7rxpi<Tiv
nu
zijn
inge-
op twee uitspraken der Heilige Schrift. Op iXxa-rriptsv ^ik rr,q Tria-TV-^g kv rw ixiroü oC'fx.XTi, de
niet staat
hoewel aan de schuld nog
twj ^psyeysvcTCxtv
xipio-cc
niet
maar
xju,:^pTy}juxT(^y, iv rr,
-Tcxpimc zei
voldaan was, heeft
Coccejus
God
:
dat
ze toch
40: sin En voorts beriep hij zich op Hebr. 11 mp\ r,u'j)U Kp^rróy re 7rpofi?^zbxu.hi-j, 'hx /xr, yuiplc Dus, zei Coccejus, zijn de mannen van het Oude Testament rifxüiv Ts.Xzi'ji^r^(n. nog in een halven toestand blijven hangen. Ten deele vind men deze voorVolgens hen is Christus in de hel nedergedaald stelling ook bij de Ethischen. getriomfeerd. En hetzelfde leert de Roomsche Scheöl de Hij over heeft en
maar over het hoofd
gezien.
:
kKOfiia-xvro t)v iTTxyyi/J.xv, rzü Ö£3v
kerk met haar limbus patrum.
Dus
bijna
identiteit
bij
heel
de Christelijke kerk vindt
men een miskenning van de
tusschen het oude en het nieuwe verbond.
de ethische en nieuw-methodistische richting het
heil
Vandaar ook, dat volgens pas met Christus geko-
Hiermee hangt saam de aparte uitgave van het Nieuwe Testament, en het feit, dat de Christenen in Duitschland meest geen heelen Bijbel meer
men
is.
in huis
hebben.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 1028 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 1028 Pagina's