Dictaten dogmatiek. Locus de Providentia, Peccato, Foedere, Christo - pagina 185

§ Hetzelfde

Rom. 9

in

voortdurend

geliën dit

De

5.

Providentia in relatione ad peccatuni.

17, Jes.

:

aangehaald, b.v.

nog verscherpt, doordat

fiKiTTfjiiTi

,a/;

Y.y.l

!

^'oot?

besneden

komen

in

zoo

niet

sterk,

verstokking

we we de

ook

't

Hst. 8

de groote teekenen

maar

/ur, (T'jui'Iitiu

:

de Evan-

:

''vx

fiXiTovrtq

Daarmee min

.

hetzelfde in Jer.

of

6

meer 10:

:

ze zondigen, omdat hun oor on-

Hand. 7

in

we

vinden

finaal

in

4:12 wordt

Mare.

in

:

51. in

Wanneer we

Exodus.

met Pharao, dan vinden we 32 het verzwaren van Pharao's hart als gevolg van

:

gebeurde

het

Die verharding vinden

Op

Egypte.

in

Kxt

er

zit

van een verharding van Godswege. al

14;

:

verstokking geteekend

verhaal

het

in

evenals

gedurig,

de

vinden

Matth. 13

in

er bij staat niet causaal,

zoo vinden

is,

Het sterkst daar

van

beginsel

woorden worden

Diezelfde

y.y.o'jovrig ky.oCh)rr>

y-xI

hoewel

correspondeerend,

Het

6:9.

185

al

die plaatsen

we

bij

ongeveer

wordt het herhaaldelijk

gezegd van één persoon, van Pharao. Het

wordt

feit

dus

van

natiën, behalve

de H.

in

(Rom.

Israël

S. geleerd

èn generaal ten opzichte van alle

èn generaal van heel

1)

enkele geloo-

Israël,

vigen uitgezonderd (Jes. 6) èn speciaal van één persoon (Rom. en Exod.).

We

zien

dus,

een

slechts

gewone

waar de

maal

enkele

algemeen

zeer

dat,

voorkomt,

verschijnsel

In

is.

voorstelling

is,

dat de verstokking

dat daar de H. S. ons leert, dat ze een

Jeremia's dagen

ligt

ze zelfs over heel de

wereld, behalve over de weinigen, die geloofden.

Dat

ze evenwel wordt voorgesteld als slechts een enkel maal voorkomend,

daarin

heeft

oorzaak,

zijn

niet

geldt

een

kind

wel

kan

vallen,

Gods na

ontstaat

we

in

de kerk spreken over verharding, is

er sprake

vervallen.

niet

Cf.

de Artt. tegen de Remonstranten,

7.

de

hier

hoe

vraag,

het

te

verklaren

is,

dat

en altoos zich tegen haar kant, het hart kan

straft

Dan

bekeering, waarvan onze vaderen zeiden, dat het

zijn

maar

Hst. V, art. 4, 5, 6,

Nu

als

de absolute, maar de relatieve verstokking.

het

van

zonde

dat,

God

zelf,

die de

komen verstokken

het vet maakt, zoodat bekeering onmogelijk wordt.

Dat vraagstuk

mensch nog

niet

gevonden wordt strompelt,

een

Gereformeerd. keerde

is

;

leer

heelemaal

hoe

zou

onoplosbaar

bij

de gangbare voorstelling

van de overgebleven vonkskens zoo op, dat de gevallen

dan

is,

maar dat

God den man,

er

die

nog

iets

goeds

in

voorstelling

van

de

geheel

predikanten

zonde

is

is,

de gratia communis werd gewezen.

niet

ver-

opgekomen, doordat het leerstuk der

verzuimd werd, zoodat

gepreekt

hem

nog op krukken voort-

duw kunnen geven, dat hij geheel neerviel? Maar dat is De Catech. leert, dat de mensch geheel gevallen is. Die

algemeene genade Gereform.

eenenmale

ten

Vat men de

der zonde.

zonder

dat

Daardoor

is

vijftig

jaren lang

ook door

ook maar met één letter op onze geheele anthropologie,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen