Dicaten dogmatiek. Locus de Deo - pagina 445
college-dictaat van een der studenten
Hoofdstuk is
Het Dogma de Sancta Trinitate.
1.
naar den beelde Gods, zoo
dan de mensch
er
al,
is
het dier geschapen ad
11
Was
imaginem hominis.
toen het dier geschapen werd ?
Neen, maar dat hindert
niet,
want
hij
kan
men
dezelfde formule toepassen op dier en plant, op plant en anorgani-
sche
wereld.
de
onderling
bestond toch wel
Zoo wordt ons
hangt het dier
in
al
zijne soort af
hangt
En voorts
die rijken noodzakelijkerwijs
geene gelijkheid bestaat.
van het wezen Gods
en zoo ook van het wezen van den mensch, enz. Dat gaat
in zijne soort
door voor
alleen
lichaam.
hoe
duidelijk,
sterkste analogie vertoonen en er toch
Immers, de mensch
niet
de scheppingsgedachte van God.
in
af
;
Het dier is meer dan een rondloopend hoog ontwikkelde dieren, bijvoorbeeld som-
lichaam.
het
Integendeel, er zijn juist
mige honden en paarden, die sterk naderen
tot
aan de grens van het persoon-
En toch zegt men nooit, dat een dier een kind wordt van den mensch. wordt Wel de mensch een kind van God daar is de analogie veel sterker in Christus is zelfs de eenheid volkomen, ook al bestrijden wij met hand ja, en tand de Pantheïsten, Ethischen en Eutychianen, die van den „Godmensch" spreken. Bij absoluut verschil hebben wij hier de sterkste analogie. En hierin lijke.
;
hebben
wij
den
cendenztheorie
hoe wij als belijders der Schrift den
sleutel,
hebben
Eene zoo sterke analogie tusschen mensch en
andere.
mensch
in
strijd,
tegen de Des-
voeren, zóo, dat ons standpunt superieur
te
den Christus, kan nimmermeer door
dier, als
fossiliën
aan het
is
tusschen
aan het
licht
God
en
worden
gebracht.
Een ander gevolg van de Darwinistische voorstelling
is
dit
absurde, dat,
naardien eene causa altijd hooger staat dan de effectus, het dier hooger moet staan dan de mensch en dus het menschelijke leven moet neergetrokken wor-
den
naar
het
dierlijke.
Bij
de verklaring der Schrift daarentegen loopt
goed, want het origineel staat altijd hooger dan /ieMöö//(/, dus
God
is
alles
meerder
dan de mensch, de mensch
staat hooger dan het dier, enz. Een en ander toont ons, dat wij in de dierenwereld een ander soort wezens hebben dan wijzelven zijn, die ons ook bij de hoogste ontwikkeling van hun wonderbaar leven het wezensonderscheid doen gevoelen. Daarin hebben wij ook weer een middel, om te komen tot de voorstelling, dat er in God een
wezen
is
van nog veel hoogere orde, maar dat geene gelijkheid heeft men ons trinitarisch van karakter is.
wezen, doch
De volgende
B.
observatie brengt er ons toe,
wat er onder „persoon"
te
verstaan
om
rekenschap
te
geven van
zij.
Zulke woorden toch als „persoon" enz. drukken slechts op hoogst onvolledige wijze het
uit
wat men
er
gebezigde woord.
door uitdrukken
Het woord
is
wil.
niet
De gedachte
is
altijd
voller
dan
meer dan een soort teeken voor de
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 948 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 948 Pagina's