Dictaten dogmatiek. Locus de Providentia, Peccato, Foedere, Christo - pagina 771
college-dictaat van een der studenten
Caput
Dh Mediatoris Statibus.
IV.
§
69
status Oeneris.
2.
Toelichting. Joh. 17
In
daarin
5 spreekt de Heere van den status gloriae, waaruit Hij nu uit-
:
was weder
gevallen
was geweest, en
Hij verklaart, dat Hij vroeger daarin
;
om
bidt
hersteld te worden. Verder zegt Hij, dat deze status gloriae be-
staan had vóór de Schepping, en tot aan de Schepping, en dat alzoo sinds die
Schepping
om
nu
verandering
al
terugkeer
was, maar zooals
24 teruggegaan
in
dien status gloriae
hij
wie Mij gezien heeft den Vader gezien.
:
Hij bidt
in vers
En dat de bedoeling hiervan
kan, dat Christus' godheid vernietigd was, blijkt
zijn
het heet
komen.
te
was, eer de wereld geschapen wierd. Evenzoo wordt
vóór de ko.txPzX)- kótixsd
tot
was begonnen
dien status gloriae niet gelijk die vóór de kribbe te Bethlehem
in
uit
Ik
Joh. 10
niet
30 en 14 9 waar
:
:
en de Vader
zijn één.
Frank en de Ethischen zoeken de oplossing van het probleem der mensch-
wording door de onveranderlijkheid van God op
De Lutherschen daarentegen op den Zoon
niet
Hem
dus op
De
als
God, maar op den Zoon,
als
dus
moet de
is
slaan
veranderlijk, de laatsten
veranderen en toch
niet
:
alleen
op de menschelijke
natuur,
want
èKévoxTiv
moet dus slaan op het subject en dat was de Zoon van God.
Hier
is
het
2
Phil.
in
:
6 staat
cc
,uop(pf,
waarop de Luth. en
punt,
de voortreffelijkheid der Geref. Kerk
De
'zv
Qioü
it-xy.py^v.
onderworpen
is
;
die het
(het „zijn"
eeuwige „zijn" is
Geref. Kerk uiteengaan en waarbij
in zich zelf heeft
eeuwig; het „worden" valt
in
;
Hij,
de eeuwig
wien geen schaduw
bij
en aan geen wording
oogenblikken uiteen).
De Geref. Kerk dus de transcendentie vasthoudend, sneed alle Pantheïsme De Luthersche Kerk daarentegen door de veranderlijkheid Gods binnen sluipen,
laten
Melanchthon
zelfs bij
moeten
Wij
God als
stelde
en den het
is,
bij
dit
;
blijkt.
zijnde tegenover al het wordende, de Onveranderlijke,
was van omkeering
ïxurhv zKévrjxrev
.
Kerk hield vast aan Jehova, den Verbondsnaam
Geref.
:
alleen.
God kan op den Zoon van God en niet
houdt de Geref. Kerk vast
x.c'yyo-^u-
Middelaar geworden was,
die
de goddelijke natuur
:
de yJvwmc slaat op de menschelijke natuur
Daarentegen
te heffen.
de verandering van status slaat
dat
mensch.
zeggen
eersten
zeggen,
af.
te
de deur voor het Pantheïsme open, waarvan de kiemen vinden
te
punt goed
naam Gods.
zijn.
in
het
Deze beide
oog houden het onderscheid tusschen niet hetzelfde, want even mogelijk
zijn
dat de laatste toeneemt of vermindert, even onmogelijk
is
dit
van
De Heere der Heirscharen zal verhoogd worden 47. Verhoogd zij de God mijns heils; Ps. 118 Ps. 18 16. De rechterhand des Heeren is verhoogd Ezech. 38 23. Alzoo zal Ik Mij groot maken en heiligen Ps. 70 5. God zij groot gemaakt Ps. 34 4. Maak den Heere met mij groot, het eerste.
Zie Jes. 5
16.
:
;
:
:
;
;
:
:
:
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 1028 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 1028 Pagina's