Dicaten dogmatiek. Locus de Deo - pagina 934
college-dictaat van een der studenten
Locus DE Deo (Pars Tertia).
244 w.
z.,
is.
Wanneer
dit
rr,q
So'A^iw
simus,
d.
komt.
God
Hem
niets bij
en
dan
(xLrsJ,
Hieruit
spreken,
te
er is
we
potentia overblijft, wat niet ook
lezen in Ef.
adu
19 van r: i>7rip(3xAAoy /xiyi^d;
:
herschepping
de
in
Wezen Gods
volgt, dat, terwijl het
belet
openbaring
tot
van adu en potentia
wanneer we de herschepping uitsluiten, iets potentia in adu niet uitkomt. Het Wezen Gods wordt dus zelfs
wij toch,
laten blijven, dat er
aangerand, zoo
men
werk der herschepping buiten
het
van
gevolg
noodzakelijk
de
te
Het
sluit.
pas brengen
is
alzoo een
Wezen Gods,
omtrent het
belijdenis
Geref.
het leerstuk van den adus purissimus
we
1
daarmee zoo kras mogelijk uitgesproken, dat de
is
van Gods mogendheid pas
actus
volle
dat
zoo
dat
de praedestinatie.
bij
men gewoon in de herschepping wel de openbaring van Gods zien en men geeft dan toe, dat die achterwege zou gebleven maar men leert dit niet van Gods almacht. Raakt men zijn zonder zonde nu Gods barmhartigheid alleen, dan schijnt Gods Wezen ongedeerd te blijven, maar is Zijn almacht erbij betrokken, dan wordt Zijn Wezen aangetast. Dat we de zaak in verband met Gods macht moeten beschouwen, blijkt uit Rom. 9 : 22 en 23 ; eerst is hier gesproken over Gods Si>uxtóu, dan pas over Paulus begaat niet de eenzijdigheid om enkel van Gods barmZijn iAisü. Meestal
is
mededoogen
te
;
hartigheid te spreken en
van
God
hij
noemt nog wel
den persoon
van
iemand
komt
het
aan
eerst
:
spreken
de
eerst
en
dan
Gelijk wij eerst
SCuxjUig.
van
zoo ook
hart,
zijn
op de volledige openbaring van
Zijn
Sóvxfx,i<;,
bij
dan
pas op de uitgangen Zijns harten. Heeft
Neen
;
Schepping het
de
alleen
God
het plan van praedestinatie
in
Christus
grond
vasten
geldt
accidenteel,
maar
van
„
De
en
er
maar
bij
is
die alleen
als herstelling?
ook de herschepping
opgenomen worden. Zoo krijgen de mysteriën worden maar niet van terzijde ingebracht, ze
de
Heilige
Schrift.
een essentieel karakter.
vaders van den Aóyog
In
verheerlijken,
te
door God gewild.
Ditzelfde
in
God
wil zich volledig openbaren en daartoe moest
in
zijn
doel.
komt dus de Herschepping
genoeg en
daartoe
TrpccpoptKÓc,
uit
het
De
H.
toch
Schrift
heeft
geen
Onze Vaderen spreken met de KerkEeuwige Wezen naar buiten getreden
:
den Aóyog kva-xpYMfitvog (in Christus) en Acyoq ïyypxtpoc (in de H. Schrift). „ de Openbaring nu hebben volledige
openbaring Gods
we
te
doen met het
wat het
en Zijn herschepping, wat het bewustzijn betreft
We
mogen dus
eigenlijk
moest
zijn en
betreft, is
zijn
in
zonder die gedaan
zijn
maar van God gewild voor het leven van
;
neen, het
in
Christus
de Heilige Schrift.
ten opzichte van de Heilige Schrift
het
met het bewustzijn.
gegeven
ook ze
niet is
gaan zeggen
niet
menschelijk
accidenteel
bewustzijn
in
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 948 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 948 Pagina's