Dictaten dogmatiek. Locus de Sacra Scriptura, Creatione, Creaturis - pagina 466
college-dictaat van een der studenten
LOCUS DE CREATIONE.
50 de
tot
leidt
deelt,
die kracht
Gods
naar doet
het
Schrift
Dus
kracht
uitstralende
Daarom
kracht.
zijn
geschapen.
En wanneer
God
tot
Openb, 4
in
maar ook
Alles
is
influxus van
11, dat de dingen door
:
Al
zijn.
God
in
door Zijn steeds
de zon blijven behooren,
tot
behooren.
alleen
wat
Gods Gods
bestaat, bestaat
van
op
hierbij
een
de Schepping,
voorstelling omtrent
tegenover de creatio e
maar
nihilo,
juist in
een tegenover-
de emanatie-theorie.
n.1.
de emanatie-theorie?
is
ze
zijn
emanant
de dingen
dat
leert,
daarna
Maar de
hem.
enkel en uitsluitend door de uitgaande kracht Gods.
gestelde dwaling vervalt,
Zij
bestaat
alles
de stralen der zon
dan ook
we
stuiten
lijnrecht staat
Wat
maar
geschapen,
zijn
juist buiten
uit
Een toove-
dingen tot stand komen, dan komt er
de
evenals
;
en dat
is,
zijn ïk toj Yly.rpbc.
den wil en de kracht Gods
uit
kracht,
oogenblik
tot
Intusschen die
van
staat er
alleen
niet
oogenblik
De dingen
de Fontein van oneindige krachten.
uit
ook Gods kracht
blijft
wil
maar
uiting Zijner kracht
waren de dingen
als
dingen
krachtsuiting
die
vermindering
geen
zoo
de
nihilo
e
niet
door
nu
voorkomen
de
het
dingen komen.
alle
dat
leert,
dat
conclusie,
uit
Hem
e Deo.
God geweest De geschapen wereld bestaat
Eerst zijn ze in
naar buiten gekomen.
uit deeltjes van God, die zich nu buiten Hem openbaren. Deze voorstelling van de emanatie-theorie vindt men bepaaldelijk
dus
een
die
stof
meer ook een
tot
emanatie
geestelijke
was,
zich
dan
dingen
aller
stellen
en
op
maar ze zeggen, dat
;
van
daarna,
Hem
plaatsen als Ps. 90
uitgegaan, naast :
2
:
Gij
Geboren vatten ze dan op
God."
welp geboren wordt in
God, en slechts
als
28,
:
uit
Ze leeren
Hem
geboren.
dat
voorstelling
waar Paulus
te
iets,
in
de geheele kosmos
Hem
bestaat.
ja
van eeuwigheid
denzelfden
wat
zin,
tot
waren de bergen
eerst
enz.
er
nog
ze,
niet
was, komt, valt het niet
Voorts wijzen de emanatisten op
woord van den heidenschen dichter aanhaalt
zijn
overal
|1
:
de
in
beteekenis
36:
;
„Want
zijn
voort-
Voor dit
elke
begrip
gevonden,
doch nooit anders dan met overdrachtelijke voor de wedergeboorte uit God. Ook wijst men op Rom.
Schrift
b.v,
eeuwigheid
waarin een leeuwen-
Gods geslacht. Dat zou dan aanduiden, dat we uit God gekomen. Maar het begrip yiyoc beteekent dat hier allerminst. heidensche voorstelling staat Paulus niet in. En voorts wordt Wij
in
Ze beroepen
Doch na de bespreking van Nnn
weerleggen.
het
niet
eerst
Zóó, zeggen
een leeuwin.
uitdrukkende,
deze
moeilijk
Hand. 17
uit
toen
zijn
hen,
„Eer de bergen geboren waren, en Gij
de aarde en de wereld voortgebracht hadt, zijt
bij
de Manicheërs, en min of
bij
;
de school van Schelling en Frans von Baader.
bij
God
grond
uit
Hem, en door Hem, en
tot
Hem
zijn alle
dingen."
Dit
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 776 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 776 Pagina's