Dictaten dogmatiek. Locus de Providentia, Peccato, Foedere, Christo - pagina 501

§

107

De Foedere Operum.

6.

Moest de koning niet boven majesteitsschennis Wetboek van Strafrecht in het verheven zijn ? Neen, en daarom wordt in ons daarvoor gesteld. Zoo nu ook is het bij eerste hoofdstuk een aparte categorie eer men aan de gewone zedewet wordt, proefgebod proefgebod. Met dat of

men

inbreekt

of

steelt?

het

toekomt,

in

een aparte categorie de vraag behandeld

De schending van

't

:

wie

zal

wetgever

Satan

proefgebod was majesteitsschennis.

zei

:

zijn ?

mensch,

het geven van de wet zal aan u staan. Waaraan kan men nu weten of iemand de majesteit van den wetgever eerAan groote overtredingen, b.v. moord, wanneer de eigen aandrift in biedigt ? ik er niets van begrijp en den mensch zegt dat mag niet ? Neen, maar als willekeurig is, dan juist puur nu in?", als 't bij me zelf zeg: „wat steekt daar daarkomt de prikkel om de autoriteit van den wetgever op zij te zetten, en het karakter van aan juist wordt de ware onderdaan gekend. Dat nu is ook tien dagen te om opgelegd niet wordt Adam proefgebod in het paradijs. :

het

vasten ten

;

neen, van allen

wordt volkomen daarvan

ontzegd;

boom

Slechts

voldaan.

zal

hij

mag

des hofs

't

hij

gebruik van één

Dat was volkomen

afblijven.

Aan

vrijelijk eten.

zijn

behoef-

boom wordt hem overeenstemming

in

gekregen. met den toestand. Over heel de natuur heeft Adam heerschappij quaestie De Mijnentwil. af om boom eenen dien Maar, zegt God, blijf nu van van punt op de als daarmee wordt van het buigen voor Gods souvereiniteit zwaarder te Maar des een naald gezet. Geen simpeler verzoeking was denkbaar. dan ook bij de overtreding de schuld. Juist wanneer het een zwaarder

was

beproeving was geweest,

Nu

echter heeft niets

begeerte

of

God

Satan.

wat ook. wil

zou

't

ook

meegeholpen

De

souverein

val

is

zijn.

begrijpelijker zijn geweest, dat hij viel.

om Adam

te

doen vallen

;

geen honger of

niets anders geweest dan een toegeven aan Neen, zegt Satan tot den mensch, zelf kunt

En op dat punt is de mensch bezweken. Dat proefgebod geheele houding brengt de kwestie dus juist waar ze wezen moet, n.1. om de

ge souverein

van

de

zijn.

zedelijke

orde

tot

Adams

bewustzijn te brengen.

Neem

de zedewet

niets geen buiten den wetgever, en de volbrenging ervan kost den zondelooze ververlokkende in komen De strijd begint eerst, als we opoffering of moeite.

zoekingen, waarbij de gehoorzaamheid geen vanzelfsheid meer is, maar moeilijk der zedewet In de oorspronkelijke gerechtigheid staande was het houden valt.

voor

Adam

een

vanzelfsheid.

doen, zoomin als de dieren.

Hij

't

Was

zijn

natuur.

Hij

bezat er geen aandrift

kon Eva geen kwaad Maar wel was het

toe.

draden van de zedelijke ordinantiën saam te knoopen in dat eene: het souvereine recht van God om te gebieden tot over het zedelijk moest leven van den mensch. Als Adam tot bewustzijn daarvan zou komen, eigen kennen: v/ereldorde zedelijke der moment dit allesbeheerschende hij mogelijk

al

die

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen