Bladeren
Dicaten dogmatiek. Locus de Deo - pagina 547
college-dictaat van een der studenten
Hfdst.
Heilige Drieëenheid uit de Openbaring.
Het Bewijs voor de
II.
De arenden weten
heeft verstand van zaaien, ploegen en oogsten.
hij
op de toppen der bergen, maar de mensch komt rotsen en weet ze te verzetten, hij weet het kristal dag
den
brengen (vers
te
nu komt
Maar
uitvloeit.
hij
10),
maakt
sluizen,
uit
te
komen
graaft in die
hij
de rotsspleten voor
zoodat geen druppel water
mensch
vers 12 wat de
in
overal,
de sapientia
niet heeft,
creata, die wijsheid die, terwijl alles in de natuur wisselt, bestendig
non
ook
die alles,
den mensch, inwerkt
in
waar
;
is
zij
113
De mensch weet
?
blijft,
die niet
te vinden.
Nu
wij
zien
getrokken
Met
de waardij van die wijsheid en het kostelijkste op aarde.
tusschen
dat
al
20 eene vergelijking gemaakt, er wordt een parallel
vers
tot
kostelijke
is
is niet
„zij
bij
23
vers
In
dan
wijsheid
Toen de
ure
God
heeft
mij", die
is
„zij
verholen voor de oogen
geslagen
haar volgens vers 27 gezien als
;
en derhalve wordt
wat geheel op zichzelf
iets
was
zij
die
staat,
er eer alle schepsel bestond, ;
zij
zij
afgedacht is
dus
iets
van
alle
dat
God
dus eene Differenzirung tusschen
er is
en die Chokma.
God
20.
Het woord
haar niSD^i. -:T
vertelde
:
„schrijven"
en
beteekent dus
Het
buiten
natuur
elementen
de
in
realiteit
dus
in
vertolkt
is
is
God zag de
'"'7i?n.
oordeel
wat
dus
Hij
dat
gestalte,
al
Spreuken 8
in
inhoud
niet
die
onaardig
de geheele creatie
;
de
in
Chokma
zij
is
een boek, waarin
in
de
Chokma
is
dus
besloten lag.
die
dat
inhoud
ligt,
in
concrete
evenals de
in art. 2,
eerst
God
in
„oprichten",
iets
als iets liggends, d.
wat i.
haren inhoud oprichtte en zien hetzelfde
het geschapene
vinden
en nu staat er
uit,
Hiph.
genomen
doorzocht haar,
Gods over
een bekend woord voor
samen met „tellen". was er uit nam, naar Chokma de
de schepping
in
den
rijke
„staan",
bet.
De Chokma wordt dus 4'^-
al
wijsheid. Hij droeg ze
pD
beteekent
van
die
de
Confessie het uitspreekt
30. n:t?n.
God
dat
is
T,
het begrip „verhalen" valt
openbaarde
en
vertolkte,
vertolking
hier,
;
"iSD -
hebben de Staten-vertalers het
Hier
„tellen".
weergegeven door „vertellen"
In
en de zee betuigt
levenden.
aller
had,
de Heere objectief voor zich zag staan
dit
in mij niet"
„God verstaat haren weg, en Hij weet hare plaats". waarop de schepping in het aanzijn zou treden,
wel kent.
genomen creatuur, want
De
is
komt nu eene wending, een antwoord op de vraag, wie
10.
God
onvindbare wijsheid, die
niet te vergelijken, die
zij
niemand weet, waarvan de afgrond zegt:
wij
:
wat
wij
ligt
nog liet
opzetten.
niet gezien ;
;
en eindelijk
lezen in Genesis als het
„En God zag dat het goed was".
dezelfde
gedachte terugkeeren
als wij lazen
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Printen
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 948 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 948 Pagina's
