Antirevolutionaire Staatkunde - pagina 21

RECHT EN ZEDELIJKHEID. menschelijk recht voortvloeiende

is

13

gekweten, zoo

we gedaan hebben, wat vraag, of we het als

was opgelegd, geheel afgescheiden van de

ons

van eigen

uitvloeisel

ons of

eigen

besef

herberg

aan

boden uren

bewoond

Engeland voldoet de houder van een winkel

In

en wet, zoo

recht

zijn

deur

sloten

op Zondag gedurende de ver-

hij

deur gesloten houdt, ook

tegen

eiland

in

vloekt

al

achter de ge-

hij

Schipbreukelingen op een on-

het vierde gebod.

Zuidzee aan wal gedreven, voldoen niet aan

de

een landswet, maar aan eigen, vrome invalt,

dan wel tegen den zin van

intentie volbrachten,

in.

Wie

rusten van den arbeid.

termijn vervalt, betaalt, voldoet,

ook

zoo

intentie,

als

ze,

de Zondag

zijn belastingbiljetten stipt als

al heeft hij als

tegen de wet, die deze belasting invoerde, en

de

Parlementslid gestemd

al

mort

hij

er

nog op

alle

manier tegen. Het recht kan onder menschen niet anders dan uitwendig de onderscheidene verhoudingen regelen het bepaalt zich dan ook ;

stellen

leerbaar zijn

en het onthoudt zich stelselmatig van alle keur der intentie.

;

Of het recht bedoeld persoon dingen

in

als regelende

is

de onderlinge verhoudingen van

persoon (privaatrecht), dan wel

tot

vroomheid altoos anders

als regelende

de verhou-

de openbare saamleving van het volk onder een Overheid

(publiek-recht), doet hier niets ter zake.

of

tot het vast-

van die verhoudingen, voor zoover ze ü/Zwe/zi/z^ regelbaar en contro-

vraagt,

hierin

principieel

Recht

is

van zedelijkheid en

onderscheiden,

dat

recht

nooit

dan kwijting van den schuldbrief, geheel onverschillig

ge het van harte dan wel onverschillig, of zelfs met weerzin doet,

ter-

wijl

alwat zedelijk of vroom zal kunnen heeten, ten principale altoos juist

aan

de

intentie hangt.

én

een

rechtskarakier

Geheel dezelfde plichtsvervulling kan daarom dragen,

derde jaar de tiend van de

zijn

én

land,

zedelijk zijn. Wie in Israël elk mede voor weduwen en weezen, in

aanbracht, en dit zonder menschelijk medegevoel eeniglijk

poorte

deed, omdat de wet dit alzoo eischte, handelde uitsluitend in rechten.

Wie

het daarentegen deed

en alzoo de daad.

De als

niet,

weduwen

met dank den nood

in

het hart, dat

hielp,

deed

hij

het kon doen,

tegelijk een zedelijke

sferen van het recht en van de zedelijkheid liggen

daarom

twee geheel onderscheiden terreinen dekkend, naast elkander,

maar

schuiven gedurig

recht

alleen

de

uit

intentie

het

in

en over elkander, doch altoos zoo, dat het

uitwendige van de verhouding

regelt,

het zedelijk motief aan de daad toebrengt.

tevens, dat het onder

menschen gegeven

en dat alleen Hieruit volgt

recht slechts op zeer beperkt ter-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen