De Classicale Zending.

Wat vliegt de tijd toch spoedig voorbij! Wij staan weer aan het eind van een schoonen zomer en moeten thans ons Maandbericht voor het Octobernummer schrijven. En hierbij worden we er aan herinnerd dat de wintercampagne, ook voor ons Zendingswerk, op handen is. Gelukkig, die zijn tijd, welke hem hier in het heden der genade toegemeten wordt, door 's Heeren genade mag Jeeren zien en besteden als een rechte voorbereidingstijd voor de eeuwigheid.

Zulk een zal, om kort te gaan, o.a. ook begeeren dat des Heeren Koninkrijk worde uitgebreid, wijd en zijd, en tot de einden der aarde. Zulk een zal ook zoeken de gaven en talenten, die de Heere hem of haar geschonken heeft, mede daartoe aan te wenden en dienstbaar te stellen.

Aan dit laatste moeten we op deze plaats denken en daarop wijzen. Een woord van opwekking daartoe vinde gereeden ingang. Wij komen weer aankloppen bij allen, die eenigzins mede kunnen werken aan onzen Zendingsarbeid. Ons verzoek gaat weer uit tot alle Kerkeraden in de Classis om ook dezen winter weer spreekbeurten te houden op door de weeksche avonden of middagen. Op sommige plaatsen ontbreekt in de Kerkgebouwen de verlichting. Welnu, laat men het dan 's middags doen. Nog beter zou het zijn als alle Kerkeraden konden besluiten om vaste, bijv. driemaandelijksche collecten voor ons zendingswerk te houden, zooals al in een paar gemeenten regel is. Straks zal een circulaire naar de Kerkeraden verzonden worden, waarbij een en ander nader zal worden gevraagd. Wij hopen, dat geen enkele kerkeraad in onze Classis zal achter blijven.

Op de classicale Vergadering van dezen zomer kregen wij den indruk, dat er algemeen voor ons werk sympathie wordt gevoeld. Dit moge in den wintertijd met de daad blijken.

Verder verwachten we medewerking van ieder, die maar op eenige wijze medewerken kan door het aanbrengen van nieuwe leden en het verzamelen van gelden. Wij denken daarbij aan Jongelings-en Knapenvereenigingen. Niet het minst ook aan Meisjesvereenigingen. Waar deze nog niet bestaan, zou daar nu niet eens een Zendingskrans kunnen opgericht worden? Er bestaan er reeds in een paar gemeenten. Het meeste weten wij van de Zendingskrans „Priscilla" in onze eigen gemeente. Deze heeft al mooi werk verricht.

Een woord van hulde en welgemeenden dank op deze plaats zijn wij haar daarvoor verschuldigd. Dezer dagen werden wij er nog op gewezen, dat wij dit hadden beloofd. Wij zijn dit niet vergeten, maar wenschten dit nu te doen, om tegelijk ook gelegenheid te hebben dit werk aan anderen ten voorbeeld te stellen. Al reeds eerder had deze krans een belangrijk bedrag aan onzen Penningmeester kunnen zenden. Wie het zich nog herinneren kan — anders zie men nog maar eens in het Julinummer van Alle den Volcke— weet, dat deze krans dezen zomer opzond een bedrag van f 400, zijnde de opbrengst van de verkochte handwerken, aangevuld met wat zich nog in de kas bevond. Is dat niet prachtig ? Wij zeggen er nog hartelijk dank voor en hopen dat deze krans met dezelfde ijver en toewijding ook dezen winter moge arbeiden. Als men in andere gemeenten zulk een krans zou willen oprichten, is ondergeteekende gaarne bereid alle gewenschte inlichtingen te verstrekken. Hierbij zouden we ook willen vragen: wie volgt? Moge het dan daarbij ook gaan, als met de vraag van de zendingsvriendin, waarover we in het vorige nummer schreven. Deze vroeg ook „wie volgt" bij haar gift voor het eventueele Doop-en Avondmaalstel. En tot onze blijdschap vond dit navolging. De verant-

woording van den Penningmeester in dit nummer bewijst dit.

Nog willen wij er even op attent maken, dat onze a.s. zendeling, de heer Heusdens, tot half December in Putten vertoeft. Gaarne is ook hij bereid spreekbeurten waar te nemen in het belang van onze Classicale Zending en over zijn a.s. Zendingsarbeid te spreken. Vooral ook stelt hij zich beschikbaar om over dit werk voor schoolkinderen een middagje te komen vertellen en zoo zendingsliefde en - ijver bij het jonge volkje te wekken.

Moge de Heere al onzen arbeid met zijn zegen kronen.

Met hartelijke aanbeveling,

Ds. J. VAN AMSTEL, Secretaris.

PUTTEN, o/d Veluwe, September 1929.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen