Wie, Wie is een God als Gij?

Beste vrienden,

Het jaar 1951 is het jaar van het gouden jubileum van de Gereformeerde Zendingsbond in de Nederlandse Herv. kerk. Vanuit de verte hebben wij hier op het zendingsterrein meegeleefd met de blijde gedenkdagen in het vaderland. Maar nu willen we iets vertellen aan u, dat ook wel met gouden letters mag geschreven worden in de historie van de zending.

Op Zaterdag 14 Juli had een grote schare zich opgemaakt naar de kampong Bori, een twaalftal kilometers verwijderd van Rantepao. Wat daar plaats vond, heeft een onuitwisbare indruk op me gemaakt. De regen stroomde van de hemel en maakte de heuvel, waarop de school en het onderwijzershuis gebouwd zijn, tot een ware modderpoel. Waarom moest daar juist die heel bijzondere plechtigheid plaats vinden, terwijl toch gewoonlijk de godsdienstoefeningen gehouden worden elders in de kampong? Waarom verdrongen zich honderden onder en om het dak van bladeren, waar de grote druppels regenwater door heen-

drongen? De eerste de beste Toradja, die je het zou gevraagd hebben, zou je een afdoend antwoord hebben kunnen geven.frmmers daar op diezelfde heuvel is in het jaar 1917 iets vreselijks gebeurd. Daar is toen de eerste Zendeling van de Gereformeerde Zendingsbond vermoord. Een speerstoot heeft een einde gemaakt aan een periode van bijna 4 jaar werken in de Evengelieverkondiging onder de heidenen. En nu 34 jaar later? Hoe is het beeld veranderd! Paulus Pongmassangka beklimt weer diezelfde heuvel. Maar niet zo vlug en behendig als 34 jaar geleden! Hij is nu een oud man geworden. Hy is ook een ander man geworden. Geen moordplannen worden nu gekoesterd in het hart van Paulus. Hij zal nu geen bloed laten vloeien op die heuvel zoals in Juli 1917. Neen, nu is alles veranderd. We zien hem neerknielen op het kussen. We horen ds Tuiing woorden spreken van onbegrijpelijke genade. We zien hoe een ouderling een pajong houdt boven het hoofd van Paulus en de dominee, om hen te beschermen tegen de stromende regen. En terwijl de dienaar des Woords driemaal het doopwater sprenkelt op het gerimpelde voorhoofd, klinkt het in de Toradjataal: „Paulus Pongmassangka, ik doop u in de Naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes." De vroegere moordenaar van Van de Loosdrecht is gedoopt/ Daarna ontvangen nog 70 anderen het teken en zegel van de afwassing der zonden. Het zijn volwassenen en kinderen. Waar 34 jaar geleden het bloed vloeide van de eerste Zendeling onder de Toradja's, daar stond nu het bloed van Jezus Christus, dat reinigt van alle zonden in het middelpunt. Op de plaats, waar Paulus eenmaal een moordenaar was geweest, daar wilde hij nu het teken van het Verbond ontvangen. Waar hij eenmaal de smartekreet van Van Loosdrecht had gehoord, daar beluisterde hij nu, met 70 anderen, de zegenbede van Psalm 134: „Dat 's Heeren zegen op u daal,

Zijn gunst uit Sion u bestraal,

Hij schiep 't heelal, Zijn Naam ter eer,

Looft, looft dan aller heren Heer!"

Op treffende wijze ging hier in vervulling, wat ds Lebang zei in een toespraak: Het bloed der martelaren is het zaad der kerk". Namens de Zending sprak ik aan de hand van Efeze 2 : 13 tot 15: Maar nu in Christus Jezus zijt gij, die eertijds verre waart, nabij geworden door het bloed van Christus. Want Hij is onze vrede, Die deze beide één gemaakt heeft, en de middelmuur des afscheidsels gebroken hebbende, heeft Hij de vijandschap in Zijn vlees teniet gemaakt".

Toen we tegen de avond huiswaarts keerden langs de kronkelende weg met de ongenaakbare rotsen aan de rechterhand en de natte sawah's aan de linkerhand, verwonderden we ons er over, - hoe de Heere het rotsharde innerlijk van de mens weet te herscheppen in een akker, die vruchten draagt tot roem van Zijn Naam.

De doopdienst te Bori op 17 Juli is een treffende tekening van de geweldige beweging, die op het ogenblik plaats vindt in de Toradjalanden. Met vele tientallen tegelijk worden de mensen gedoopt. Het heidendom schijnt ineen te storten. Een reden tot vreugde? Ja, ongetwijfeld. En toch slaan verschillende Toradjadominees de toestand met bezorgheid gade. Zal met de grote toevloed van nieuwe leden de zuiverheid van de kerk gehandhaafd kunnen blijven? Moet er niet met nog grotere nauwkeurigheid te werk gegaan worden bij het aannemen van nieuwe leden? Deze vragen kunnen niet onbeantwoord blijven. Het is niet al goud, wat er blinkt. Er zijn ook uitwendige beweegredenen aanwezig b\j de tegenwoordige snelle uitbreiding van de Toradjakerk. Moge de Heere echter krachtig werken met Zijn Heilige Geest in degenen, die innerlijk al los zijn van het heidendom. „De twee wegen" moeten ook hen, die al lidmaat werden, worden voorgesteld.

Met hartelijke heilbede, uw dw.

Rantepao, 18 Juli 1951.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen