Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Verzoening en gerechtigheid in de zending (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Verzoening en gerechtigheid in de zending (2)

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Naast verzoening vraagt gerechtigheid onze aandacht in het zendingswerk. G rechtigheid is een juridisch begrip. Het houdt in, dat recht gedaan wordt aa degenen die onrecht lijden. Het is de taak van de rechter om degene die onrechtvaardig behandeld is, recht te verschaffen en dat op strikt eerlijke wijz In het Oude Testament, met name in de Psalmen, wordt God de rechtvaardige Rechter genoemd. Zo heeft Israël Hem leren kennen. Hij kwam op voor Zijn v wanneer het door anderen verdrukt werd en onrecht had te lijden. Hij straft onrechtvaardige(n). Maar ook Israël kreeg met Gods straffend ingrijpen te m wanneer het tegen Hem zondigde.

Israël zag vooral Gods rechtvaardigheid daarin, dat Hij Zijn Woord houdt en geeft wat naar Zijn belofte is toegezegd. God waakt over Zijn Woord en zorgt er Zelf voor dat het trouw wordt volbracht. Israël verwacht dan ook van de Heere dat Hij Zijn beloften inlost. Gods gerechtigheid is een actief begrip. Heel Zijn handelen is erop betrokken. Hij doet wat Hij in Zijn Verbond aan Israël heeft beloofd. Zijn gerechtigheid is de garantie van het Verbond. Israël kan op de HEERE aan. Daarop beroept zich het volk en de enkeling voortdurend en daarvan zingt men. Het volk van het Verbond ervaart Gods gerechtigheid in Zijn opkomen voor Zijn eer en recht, voor Zijn openbaring en voor Zijn volk.

Nu ziet Israël Gods gerechtigheid niet alleen in Zijn verlossend ingrijpen, maar tevens in Zijn straffend tussenbeide komen.

God keert Zich tegen hen die Hem niet vrezen, die Zijn Verbond ontheiligen en zich aan de Zijnen vergrijpen. Hij keert Zich tegen alle heidendom in Israël. De ballingschap is openbaring van Zijn gerechtigheid!

Het is opmerkelijk dat ook de vergeving van de zonden beleden en geprezen wordt als een blijk van Gods gerechtigheid. Daardoor wordt namelijk het volk behouden. En het komt aan het licht dat God doet wat Hij beloofd heeft. Hij geeft vergeving en daarmee leven en toekomst. Zijn genade is uiting van Zijn gerechtigheid en daar nooit mee in strijd!

In het Oude Testament leeft het verlangen naar de Messias Die recht zal doen aan verdrukten en rechtvaardigen Gods heil zal geven. Hij heet niet voor niets: de Heere onze gerechtigheid. Hij is de belichaming daarvan. Door Hem zal Gods gerechtigheid over heel de wereld bekend gemaakt worden en venwerkelijkt worden.

In het Nieuwe Testament wordt duidelijk, dat Gods gerechtigheid, de openbaring daarvan in Christus is geconcentreerd. Daarin sluit het Nieuwe Testament aan bij hetOude Verbond. God komt op voor de Zijnen om hen te schenken wat naar Zijn 12

Woord hun is toegezegd en toekomt. God toont Zijn gerechtigheid: ijn reddend ingrijpen door Jezus voorte stellen als Degene in en door Wie de verzoening gegeven is (Rom. 3 : 25). Dit reddend handelen bestaat in de verlossing van zondaren uit het oordeel van God en uit de machten van dood en verderf. De verlossing is gegarandeerd in Hem Die in onze plaats en ten bate van ons Zich gegeven heeft tot in de dood en Die is verhoogd. Wie in Hem gelooft, zal aan de weet komen, dat God rechtvaardig is en verlost.

Dat een zondaar gerechtvaardigd is, is nooit te danken aan eigen prestaties, maar uitsluitend aan Christus. Het is werkelijk een Godswonder. Het betekent behoud voor eeuwig. Want alleen wie in Gods gericht is vrijgesproken, is voor eeuwig van de straf ontheven en heeft dus eeuwig leven. Opnieuw stelt de Schrift, dat het gerechtvaardigd zijn consequenties heeft. Eén en ander wordt toegespitst op het sociale vlak. Want de opdracht van de kerk om het Woord van God te verkondigen, verzoening en gerechtigheid, om zielen te winnen voor het Lam, mag niet betekenen, dat wij problemen die er in de (wereld)samenleving zijn, die wij overzee en hier tegenkomen, ontlopen of terzijde schuiven. De sociale en politieke problemen en noden kunnen christenen niet onberoerd laten in hun zendingstaken.

Ook al weten wij, dat er velen zijn die zich uitsluitend op de maatschappijvernieuwing richten, op verandering en verbetering van structuren en die het heil volledig binnenwerelds interpreteren en alleen willen spreken en weten van sociale, economische en politieke bevrijding en de wereld willen transformeren, al dan niet door geweld en van vergeving en vernieuwing van redding door het bloed van Golgotha niet (meer) willen getuigen, dat ontslaat ons niet van bezinning op deze concrete vragen en noden noch van het rechte handelen in deze. God Die als de rechtvaardige Koning regeert, eist en geeft gerechtigheid. Hij wil dat de dingen in alle relaties tussen Hem en medemensen recht toegaan overeenkomstig Zijn wet.

De Tien geboden als samenvatting daarvan n vormen de nadere uitdrukking van Zijn gerechtigheid. Israël, bevrijd uit Egypte, heeft e. de thora ontvangen. Deze machtige daad van God, een daad van gerechtigheid heeft olk een bijzondere betekenis en een bijzonder e doel. de Het volk wordt geroepen om naar het aken grondpatroon van Gods Verbond zo te handelen, dat het in alle verhoudingen leeft uit Gods barmhartigheid en tot Zijn eer. Daarbij tot welzijn van naasten. Het volk mag dus gestalte geven aan de bewezen barmhartigheid en gerechtigheid. Armen en verdrukten mogen het ondervinden in het midden van het volk van het Verbond de wereld om Israël het onderkennen. Juist omdat ellendigen God ter harte gaan, ver wacht de Heere van Zijn volk hetzelfde Psalm 146. Gods bijzondere zorg komt in heel de wetgeving uit ten aanzien van we duwen, wezen, vreemdelingen, zwakken Er worden wel degelijk structuren aange wezen, die gerechtigheid dienen en bevor deren en tot verantwoord rentmeester schap oproepen. De instelling van het ju beljaar heeft sociale implicaties: schulden worden kwijtgescholen, slaven vrij gelaten, grondbezit teruggeven (Lev. 25). De tegenstelling rijk en arm wordt daardoor veranderd en mensen die onder lagen, krijgen opnieuw de kans om er weer bovenop te komen.

Aan dit alles ligt ten grondslag de gedachte, dat God de Eigenaar van alles is en blijft.

Hij verlangt een rechtvaardige verdeling van Zijn bezit. De profeten hebben dit met nadruk gesteld en herhaald. Steeds hebben zij alle onrecht als zonde gebrandmerkt. Er is een heel duidelijke maatschappijkritiek te horen bij Amos, Hosea, e.a. Maar let wel, niet los van de relatie met God. Sociale misstanden hebben alles te maken met ontrouw jegens de HEERE en de eisen en de beloften van Zijn Verbond, met ongehoorzaamheid en liefdeloosheid. De oproep tot het doen van gerechtigheid staat steeds in het kader van de oproep tot bekering! (Micha).

Als het volk toch niet horen en gehoorzamen wil, moet het voelen in Gods gerichten. In het Oude Testament is er de groeiende venwachting van het Rijk van vrede en gerechtigheid, dat komt naar Gods beloften. Het zal als een geschenk van God door bemiddeling van de Messias zich baan breken. En Gods wet zal nu in de harten geschreven zijn en klein en groot zai de Heere kennen! Vaders wil is wet!

Nieuwe Testament

In het Nieuwe Testament is het Koninkrijk Gods in Christus gekomen, Marcus 1. God gaat Zijn heerschappij in en over de wereld uitoefenen. De grote verlossing is aanstaande. Dat betekent, dat de vrede en de gerechtigheid zullen heersen, dat hongerigen verzadiging ontvangen, armen recht wordt verschaft en ziekten en dood zijn uitgebannen. Het mag ons niet ontgaan, dat de Heere Jezus ernstige kritiek op alle(rlei) misstanden in de samenleving van Zijn dagen heeft gehad evenals de profeten. Hij kiest daadwerkelijk de kant van de uitgestotenen, van de ellendigen. Maar Zijn optreden in deze staat in een breder kader, namelijk in het geheel van de boodschap van het Rijk van God! Hij is niet eenzijdig of eenkennig. Als Hij in de Bergrede het Woord laat klinken, dan richt Hij Zich tot rijken èn armen. Als Hij in Nazareth Jesaja 61 citeert en teruggrijpt op het jubeljaar, hebben Zijn woorden niet louter een sociale en politieke inhoud. Maar evenmin louter een geestelijke.

Het is goed om één en ander toe te lichten met het begrip , , armen". Het is namelijk religieus-ethisch èn sociaal bepaald in de Schrift, De armen zijn degenen die in het nauw gedreven zijn, die zich niet verdedigen kunnen, die werkelijk en letterlijk arm en berooid zijn, uitgebuit. Onder hen zijn er die zich geheel op Gods ingrijpen en helpen aangewezen weten en hun verlossing van Hem verwachten, overeenkomstig de beloften van Zijn Verbond.

De diepste armoede ligt evenwel daarin en daaraan, dat wij onderworpen zijn aan de macht van zonde, duivel en dood; dat Gods oordeel op ons rust. En wijzelf zijn op geen enkele manier in staat ons daarvan te bevrijden. Zelfs niet met vereende krachten. De geschonden relatie met God is onze diepste nood. Daarin kan alleen de van God gezonden Zaligmaker helpen. Hij is gekomen om zondaren te redden (1 Tim. 1). Jezus verkondigt Zijn Rijk, het Rijk van gerechtigheid. Maar dat brengt Hij niet door revoluties, door verandering van politieke en economische structuren te forceren. Hij weerstaat de verzoeking om als politiek Messias te fungeren. Hij verstaat Zijn zending(swerk) vanuit Jesaja 53!

Via het kruis zal Zijn verhoging en het Rijk van gerechtigheid komen. Door het grote gericht heen en als toekomstige gave van God! Jezus heeft het kwaad niet in de sociale en politieke verhoudingen als zodanig gezocht - dat ook! - maar dieper nog in het verdorven hart van de mens, in de vervreemding van God, in de vijandschap tegen God en Zijn Gezalfde. Hij roept daarom mensen terug tot God en maakt duidelijk, dat alleen bij Hem de gerechtigheid van het Koninkrijk te vinden is. De bekering bevat het totale leven. Het gaat Hem om de complete , , heling" van het leven in al zijn facetten en relaties.

Zijn Evangelie heeft intussen wel sociaalpolitieke consequenties. Ook politieke? Ja. Neem alleen al de belijdenis; Jezus is Heere. Met die belijdenis stelden christenen zich tegenover de keizer met zijn aanspraken op verering. De gelovigen beleden in woord en daad de allesomvattende heerschappij van Koning Jezus, Zijn rechten. Zij hielden vol tot in de (martel)dood, dat heel de wereld, de schepping Hem toebehoort! Zijn rechtmatige heerschappij wordt allereerst zichtbaar in Zijn gemeente. De gemeente is de voorlopige gestalte van het Rijk. Zij leeft in de sfeer van het Rijk en wordt aangespoord om de lichtglans van het heil van haar Koning zover en zoveel mogelijk en duidelijk te laten uitkomen in de concrete gestalten van rechtvaardigheid, vrede en blijdschap. De gemeente des Heeren, die nieuwe gemeenschap die de Kurios Jezus (er)kent, zal in onderscheid van de rest van de maatschappij moeten opvallen door haar anders zijn, haar nieuwe levensstijl, bijvoorbeeld in onderlinge liefde en zorg, in diepe maatschappelijke bewogenheid, in het doorbreken van vooroordelen, van barrières ten aanzien van rassen en klassen en culturen. Zij dient bereid te zijn samen te delen vanuit een andere visie op en houding ten opzichte van geld en goed en toekomst, in matigheid en soberheid, kuis en terzake.

In een wereld waarin christenen een minderheid vormen, mogen zij ernst maken met de normen en vormen van het Rijk van God. De gemeente van Christus mag een voorlopig beeld zijn van het uiteindelijke Koninkrijk van volmaakte gerechtigheid. Een model van een rechtvaardige, dienende en liefhebbende samenleving, waarin heiligen toegerust worden tot dienstbetoon. De krachten van het Rijk der gerechtigheid en vrede willen via de gemeente als lichaam van Christus alle terreinen van het bestaan beheersen en de samenleving in het groot en in het klein doorzuren. Alles door de kracht van Christus' liefde en Geest. Het Rijk zoekt namelijk alle dingen, hemel en aarde te omvatten. Wordt de Kerk daarmee tot één van de vele actiegroepen? Nee. Zij heeft een eigen verantwoordelijkheid, een bijzondere in het geheel van de samenleving en haar noden. Zij heeft de reddende, de bevrijdende macht, de zalige heerschappij van Jezus Christus te verkondigen en de hele wereld te laten zien en te laten horen, dat in de onderwerping aan Christus de vrijheid ligt. Daarom doet zij voorbede voor de wereld, voor allen die daarin verantwoordelijkheid dragen.

Als zonden en martelingen aan de orde van de dag zijn, als een economie dusdanig geleid is, dat de armen constant de dupe worden en Gods Wet wordt geschonden, dan mag de kerk niet zwijgen. Ook daarin is zij ontdekkend bezig. Het blijft evenwel noodzaak, dat de kerk haar sociale activiteiten integraal verbindt aan de oproep tot bekering en navolging van Christus. Het doel is, dat mensen in het geheel van de samenleving, in het totaal van de schepping God zullen eren en liefhebben en de naaste als zichzelf.

Er is daarbij geen plaats voor menselijk optimisme. Al wat wij doen is gebrekkig, zondig, voorlopig. De boodschap van het Evangelie botst op machten uit de afgrond, is een ergernis in deze oude wereld en voor onze eigen natuur.

En toch weten we en betuigen wij in de zending, dat de volledige openbaring van verzoening en gerechtigheid, van Gods heerschappij in de nieuwe hemel en op de nieuwe aarde een feit zal zijn. Met het oog daarop leven en werken wij in dienst van de Zender verder, (slot).

Dit artikel werd u aangeboden door: Gereformeerde Zendingsbond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 november 1984

Alle Volken | 16 Pagina's

Verzoening en gerechtigheid in de zending (2)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 november 1984

Alle Volken | 16 Pagina's