Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kerkorde

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kerkorde

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

1. Artikel 4

De synode besloot art. 4 sub 4 A 2 in zijn geheel te handhaven en daaraan toe te voegen:

Betreft het een predikant uit een kerkgemeenschap, waarmee naar art. 51 K.O. correspondentie in volledige zin wordt onderhouden en die namens onze kerken ambtelijke arbeid in het buitenland zal verrichten, dan kan volstaan worden met een schriftelijk onderzoek inzake leer en leven, zulks mede ter beoordeling van de deputaten naar art. 49 K.O.

2. Artikel 6

De generale synode besloot art. 6 K.O. als volgt te wijzigen:

Een dienaar des Woords zal geen benoeming tot bijzondere arbeid als: geven van godsdienstonderwijs verbunden met pastorale arbeid aan protestants-christelijke scholen, geestelijke verzorging van militairen, in stichtingen van barmhartigheid en dergelijke, mogen aannemen, tenzij hij verbunden blijft aan een gemeente. De verhouding, waarin deze dienaar tot de betrokken gemeente Staat, dient geregeld te worden onder goedkeuring van de classis.

Tevens besloot de synode te bepalen dat (voorlopig) in geval van beroeping tot de bijzondere arbeid van het geven van godsdienstonderwijs verbunden met pastorale arbeid aan protestants-christelijke scholen, vooraf overleg zal plaats vinden met deputaten voor kerk en onderwijs.

3. Artikel 8

De synode besloot de bepalingen bij art. 8 K.O. als volgt te formuleren:

1. Niemand mag volgens art. 8 K.O. geexamineerd worden, die reeds aan een theologische (hoge) school of faculteit heeft gestudeerd.

2. Bij het onderzoek volgens art. 8 K.O. dient door alle kerkelijke vergaderingen bij het beoordelen van singuliere gaven gelet te worden op:

a. de gave van het inzicht in de Heilige Schrift;

b. bekwaamheid om anderen te leren;

c. bekwaamheid om een gemeente te leiden.

3. De volgende regelen zijn ten opzichte van het examen naar art. 8 K.O. in acht te nemen:

a. De adspirant wendt zich tot zijn kerkeraad ter verkrijging van de attesten met betrekking tot de in art. 8 K.O. geëiste gaven.

b. De kerkeraad zal daartoe beginnen met een onderzoek in te stellen naar zijn verhouding tot de Here, roeping, singuliere gaven en levenswandel, waarna hij de adspirant aan de classis zal voordragen onder overlegging van een zo volledig mogelijk schriftelijk rapport.

c. De classis zal, gezien het rapport van de kerkeraad, daarna voorlopig onderzoek doen naar de singuliere gaven, zijn verhouding tot de Here, roeping tot het ambt, kennis van en zuiverheid in de belijdenis en algemene ontwikkeling. Tevens zal de classis de adspirant een preekvoorstel taten houden over een door haar een uur van tevoren opgegeven tekst.

d. Bij genoegzame overeenstemming ten aanzien van de aanwezigheid van de vereiste singuliere gaven en bekwaamheden, draagt de classis de adspirant voor aan de particuliere synode onder overlegging van een zo volledig mogelijk schriftelijk rapport alsmede van dat van de kerkeraad sub 3 b genoemd.

e. Na het onderzoek van de rapporten van kerkeraad en classis stelt de particuliere synode bij de adspirant ook zelf een onderzoek in, op soortgelijke wijze als sub 3 c voor de classis is aangewezen. Nadat ook de particuliere synode de vereiste singuliere gaven en bekwaamheden heeft geconstateerd, verleent zij de desbetreffende classis toestemming tot het afnemen van het praeparatoir examen.

f. Om zich voor dit examen te bekwamen zal door de classis voor de adspirant een studieprogramma worden opgesteld, waarbij het inwinnen van advies van de hoogleraren van de Theologische Hogeschool wenselijk is.

g. De classis zal hem in haar ressort gemeenten aanwijzen om onder toezicht van de predikant van de gemeente een preekvoorstel te houden, telkens over een andere tekst. Deze kerkeraden rapporteren hierover aan de classis. Na gunstige beoordeling kan de classis tot examinatie besluiten.

h. Ten overstaan van de gedeputeerden naar art. 49 K.O. zal praeparatoir worden geëxamineerd in de volgende vakken:

1. Bijbelse geschiedenis;

2. Schriftverklaring, waartoe hem vier weken tevoren hoofdstukken uit het Oude Testament en uit het Nieuwe Testament worden opgegeven;

3. Kerkgeschiedenis;

4. Symboliek;

5. Dogmatiek;

6. Ethiek;

7. Homiletiek;

8. Liturgiek;

9. Catechctiek;

10. Poimeniek;

11. Kerkrecht.

Ook zal hij moeten improviseren over een tekst die hem een uur tevoren is opgegeven, terwijl hij een geschreven preekvoorstel dient in te leveren over een tekst hem veertien dagen tevoren opgegeven.

i. De examinandus moet minstens twee jaar belijdend lid van een Christelijke Gereformeerde Kerk zijn geweest, voor hij zich tot de kerkeraad wendt en moet dan de leeftijd van dertig jaar hebben bereikt.

j. Heeft de examinandus aan de gestelde eisen beantwoord en is hij door de classis beroepbaar gesteld, dan zal hij als hij beroepen is, het gewone peremptoir of beslissend examen moeten afleggen in de classis waaronder de gemeente ressorteert die hem beriep.

k. Wanneer een jaar na de beroepbaarstelling geen beroep op hem is uitgebracht, zal de kandidaat zich opnieuw met de classis in verbinding stellen. (1909. 1931, 1947, 1965/6. 1974).

4. Artikel 13

De synode besloot uit te spreken, dat predikanten van onze kerken gerechtigd zijn op 65-jarige leeftijd emeritaat te verkrijgen.

Tevens besloot de synode uit te spreken dat de emeritipredikanten en de predikantsweduwen voortaan een procentuele vakantietoelage zullen ontvangen uit de emeritikas en dat het percentage van die toelage gelijk zal zijn aan het percentage dat jaarlijks door deputaten voor financiële zaken geadviseerd wordt voor de vakantietoelage voor de in actieve dienst zijnde predikanten.

5. Artikel 44

De synode besloot in het Reglement voor de kerkvisitatie de volgende vraag op te nemen, geplaatst na vraag 44 in het kader van de roeping der kerk:

”Onderhoudt u contacten met andere kerken van gereformeerd belijden ter plaatse en zo ja, van welke aard zijn deze contacten?”

Dit artikel werd u aangeboden door: Christelijk Gereformeerde Kerken

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

Ambtelijk Contact | 24 Pagina's

Kerkorde

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

Ambtelijk Contact | 24 Pagina's