Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

ROLWISSELING BINNEN HET GEZIN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

ROLWISSELING BINNEN HET GEZIN

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de titel van deze bijdrage zit een moderne term: rolwisseling. Het is een modern woord voor iets, dat al bestaat zolang er gezinnen zijn, maar dat nu veel vaker voorkomt dan vroeger. Zoals u begrijpen zult, wordt eronder verstaan, dat de vader in het gezin dingen doet, die traditioneel door de moeder gedaan werden, en dat de moeder werkzaamheden doet, waarvan het gewoonte was of is, dat de vader die deed.

Verschuivingen

Rolwisseling is er de eeuwen door geweest; in het gezin viel de vader weg of werd hij blijvend ernstig ziek en de moeder moest „vader en moeder tegelijk” zijn. In een gezin wordt de moeder ziek; er komt wel gezinshulp maar als die weg is, staat vader in de keuken. In de vroegere plattelandsgezinnen moesten zowel vader als moeder op het land werken. In de gezinnen van de vissers waren de mannen langdurig van huis en moeder zwaaide de scepter. In een familiezaak ging vader de klanten langs en regeerde de vrouw in de zaak en in de boekhouding. Verder waren er altijd wel gezinnen, gezien als „normale” gezinnen, maar waar moeder „de broek aan had” en vader „voor een oortje thuis” lag. En dan paste iedereen zich daarbij aan, inclusief mogelijke aanpas-singsmoeilijkheden.

Vandaag is dat in vele gevallen anders: de jongelui blijven na de huwelijkssluiting (voorlopig) allebei werken, ook na de geboorte van een eerste en misschien nog de tweede baby. Een man slaagt minder in het vinden van een juiste baan, terwijl de vrouw een prima baan heeft, waarin ze het ook uitstekend naar haar zin heeft. Zij is bij het onderwijs. Hij ook, maar nu even niet. Hij doet het huishouden. Prettig geregeld!

Iets meer of minder normaal vinden hangt samen met de opvatting, dat er speciale mannelijke of vaderlijke taken zijn en specifieke vrouwelijke of moederlijke bezigheden. Men zal de emancipatiestromingen in de gedachten mee moeten betrekken en misschien het feminisme.

Emancipatie, en hoe gaan we daarmee om?

Ons gezin ontwikkelde zich in de tijd, dat er meer en meer over emancipatie van de vrouw gesproken werd. Emancipatie is vrijwording. Vrijwording waarvan? Van traditionele rolpatronen of van Goddelijke instellingen? Vallen die samen of is het nodig om te onderscheiden? Om te beginnen zeg ik: Laten we er niet al te moeilijk over doen. In de tweede plaats zeg ik: Let toch wel op, in welke tijd en met welke tendenzen we vandaag leven.

Er werd geweldig geklaagd over de ondergeschiktheid van de vrouw en daar zal heus wel dikwijls reden toe geweest zijn. Maar mijn vrouw en ik hebben daar nooit veel last van gehad. Ik had geen hekel aan afwassen of aan het naar bed brengen van de kinderen, als daar tijd voor was. Mijn vrouw mag graag in de tuin werken en met het geld omgaan. Maar dat heeft nog weinig met rolwisseling te maken, misschien met het doorbreken van enkele rolpatronen.

Later kwam het verschijnsel van deeltijdbanen meer en meer in gebruik. Het werk werd schaarser en vele vrouwen wilden graag blijven doorwerken. Als er geen kinderen kwamen was het wat eenvoudiger te regelen, maar ook als er wel kinderen kwamen, werd naar een oplossing gezocht. En we zullen hiermee nog steeds meer te maken krijgen.

Ten dele is hier iets aan de gang, dat eenvoudig met de maatschappelijke ontwikkelingen te maken heeft. In Nederland behoren we, hoorde ik juist onlangs, tot de landen waar arbeid door de gehuwde vrouw nog het minst plaatsvindt. Wel gebeurt het meer en meer. En het hangt ook met de inkomenspolitiek samen, dat velen een inkomen pas toereikend vinden, als er een dubbel inkomen, of bijvoorbeeld anderhalf inkomen genoten kan worden.

Toch moeten we wel even verder nadenken. Want hoe hoog mag je als christenen je eisen stellen van welvaart en vergelijking met wat anderen binnenhalen? Moeten wij niet vooroplopen met de matiging van onze welvaart en onze eisen? Weegt ons inkomen wel op tegen het verlies, dat we in het gezin kunnen lijden doordat we geen tijd meer voor elkaar en voor de kinderen hebben, tijd voor opvoeding en recreatie, tijd vooral om over de Here te vertellen?

Ik weet wel, dat ik hier generaliserend spreek. Ik weet dat er gezinnen zijn, waar het niet slechter gaat dan in de vroegere traditionele verhoudingen. Maar we maken het onszelf wel moeilijker. Onze gezinnen staan in de dienst van Gods Koninkrijk. In de regel loopt de voortgang van Gods verbond en woorden via de gezinnen, via de opvoeding door vader en moeder. Er zal van de Here verteld worden aan het komende geslacht. Dat moet (menselijk gesproken) veilig gesteld worden. Daar moet het ons om gaan. En hóe dat in een gezin concreet moet gaan, dat is punt twee. Er is een wonderlijke schakering van gaven en mogelijkheden. Daarbij sta je soms voor onverwachte teleurstellingen en een andere keer voor ongedachte verrassingen. De ene keer gebeuren gehoopte dingen niet, ondanks een goede opvoeding, de andere keer gebeuren gevreesde dingen niet, ondanks een bedenkelijke opvoeding.

Onderscheiden

Zoals ik al zei, moeten we traditionele rolpatronen niet verwarren met Goddelijke instellingen. Zonder nu de socioloog te willen spelen, moet ik er toch even op wijzen, dat de gezinnen uit het begin van deze eeuw niet normatief waren. Uit de oude verhalen weten de meesten onzer nog, hoe hard en meedogenloos er in de vorige eeuw gewerkt moest worden. Bejaardentehuizen bestonden niet. Op het platteland stonden vader èn moeder soms in dienst van de boer of van de baron. Families leefden met elkaar onder leiding van groot- of overgrootvader. Mannen waren soms jaren- of maandenlang van huis. Er was tegelijk sprake van ondergeschiktheid van de vrouw en van zelfstandigheid van de vrouw. De industrialisatie en de trek naar de steden bracht in het gezinsleven grote veranderingen. De vrouw wist vaak niet meer wat de man voor werk deed. De man komt moe thuis en wil ontzien worden. Gehoorzaamheid aan Goddelijke instellingen? De dingen gingen zoals ze gingen. En toch was er iets, dat herinnerde aan de wil van God. Wat is die wil van God? De man is het hoofd van zijn vrouw, evenals Christus het hoofd is zijner gemeente. Bij de huwelijkssluiting belooft de man, dat hij haar in liefde zal leiden en dienen. De vrouw belooft, dat zij hem in liefde zal volgen en dienen. De ouders moeten de kinderen, als het God belieft hun die te geven, in de kennis en vreze des Heren opvoeden en voorgaan. Beiden zullen zij overeenkomstig Gods gebod trouw en toegewijd hun arbeid verrichten. Zij zullen ook verstaan, dat hun gezin deel is van een grotere gemeenschap, en dat zij een roeping hebben ten opzichte van kerk en samenleving. Wat was er in die vroegere situaties, dat toch herinnerde aan de wil van God? Dit, dat er een besef was, dat aan de vader de leidende functie toekomt, niet omdat hij heersen zal, maar omdat hij dienend leiding geeft. Dit, dat onder de kinderen van God er iets van gezien zal worden, in de onderlinge verhoudingen, dat Christus het hoofd van zijn gemeente is. Het is niet het heersen van de man over de vrouw, want dat was verbonden aan de vloek na de zondeval, maar het dienend leiding geven, verbonden aan het verlossingswerk van Christus. En juist dat dreigen we vandaag te verliezen. Die vroegere gewoonten waren niet Gods instelling, maar ze hadden er nog wel wat mee te maken. En wat er tegenwoordig groeiende is, is op zichzelf niet tegen Gods wil, maar het kàn ons er wel helemaal van wegvoeren.

Zo is het ook met emancipatie: het behoeft ons niet van Gods geboden weg te voeren, het kan zelfs verruimend en in zekere mate bevrijdend werken, maar het kàn dat wel doen. Daarom moeten we onze ogen open houden. Toen er in onze eigen jongere jaren zo veel over vrouwenemancipatie gesproken werd, zei mijn vrouw vaak: Ik heb er nooit last van gehad en dat kwam misschien wel, doordat onze beide moeders zo vroeg weduwe waren geworden en daarom ook al zo vroeg vader en moeder tegelijk moesten zijn.

Feminisme

Het is niet eens zo gemakkelijk om te zeggen, wat feminisme is. Een woordenboek zegt: streven naar uitbreiding van de maatschappelijke rechten van de vrouw, of: de leer, dat de vrouw op dezelfde rechten aanspraak kan maken als de man. Voor velen is het een verdringing van mannen door vrouwen, of (bij benoemingen) een zogenaamde positieve discriminatie. Voor sommige vrouwen is het een poneren van de meerderwaardigheid van de vrouw; voor sommigen een geen genoegen nemen met zelfs de biologische functies van de vrouw als draagster van het leven; voor sommigen een verachten van het mannelijke of een neerhalen van alle mannelijke waardigheid. Als reactie op een doorgedreven mannelijke suprematie is dit allemaal te begrijpen en soms zelfs te respecteren, waarbij ik me als man vaak diep moet schamen voor alles wat mannen op hun geweten hebben. Maar als christenen, mannen èn vrouwen, zien we er een ontkenning en verachting in van Gods werken en geboden, tot in de biologische bouw en functies van mannen en vrouwen toe. De toeneming en bevordering van homoseksualiteit heeft er mee te maken, ook de unisex kleding die in de jaren ’60 opkwam (en voor een groot deel verdwenen is), al kun je je soms nog afvragen of het een man of een vrouw is, een jongen of een meisje die je voor je hebt.

Ja, ik zal heus toegeven, dat hier, evenals bij de sekten, onbetaalde rekeningen van de kerk liggen. Maar het feminisme is een van de gevaren en verleidingen van deze tijd. Het zal ook geen verbetering opleveren en geen medicijn blijken tegen een „mannenmaatschappij”, evenmin als een „feministische theologie” (die hier niet verder ter sprake komt) iets kan bijdragen aan bevordering van evangelie of geloof. Zoals die zgn. theologie in veel gevallen leidt tot afgoderij, zo leidt feminisme veelal tot afbraak en haat. Kijk, en nu kan het gebeuren, dat de emancipatie, waarover we het hierboven hadden, leidt tot een feministische opstelling die het tegendeel bereikt van wat men misschien wil: bevrijding. Dus daar moeten we dan nog wel verder over nadenken.

Ambtelijke taak

Onze taak als ambtsdragers is in de eerste plaats onze ogen open te hebben. Er oog voor te hebben wat er achter kan zitten, als we veranderingen in leefpatronen aantreffen. Altijd is het zo geweest, dat er stromingen zijn, die in stilte werken, maar op een zeker ogenblik uitbarsten. Dat betekent nog niet, dat elke verandering verkeerd is, maar wel, dat we oog moeten hebben voor mogelijkheden èn voor gevaren. U kunt niet met een eenvoudige bijbeltekst rolwisseling in het gezin verdedigen of afkeuren. Ten eerste waren de gezinnen in die tijd anders gestructureerd dan tegenwoordig, met nog weer grote verschillen tussen b.v. het gezin van Jakob of David of Lydia, en ten tweede kwamen er ook in die tijd gelijktijdig grote verschillen voor. In de richterentijd had je b.v. het gezin waarin Simson opgroeide bij zijn vader en moeder, maar had je ook de richteres Debora, die de leiding nam en de richter Barak commandeerde. De vader van Timotheüs was heiden; misschien was hij een flinke man, maar de jongen kreeg zijn godsdienstig onderricht van zijn moeder en zijn grootmoeder. Wat u wèl kunt en moet doen, is de brieven in het Nieuwe Testament nog eens op deze dingen nalezen en er dan op letten, dat de apostelen niet alleen de vrouwen hun plaats aanwijzen, maar ook de mannen op hun nummer zetten. Zij leggen de maatstaven van Christus en het evangelie en Gods wet aan in de maatschappelijke verhoudingen, zoals die in die tijd gegroeid waren en als normaal waren gezien. Ook toen zullen èn de mannen èn de vrouwen ervan opgekeken hebben. En dan moet u verder het huwelijksformulier, zoals onze kerken dat sinds 1971/72 kennen, er maar van tijd tot tijd op nalezen en ermee werken in uw wijk.

Verder denk ik dat het uw taak is om de ogen van anderen te openen voor de gevaren en de uitdagingen en de mogelijkheden van onze tijd. Het ligt niet allemaal zwart-wit in de verhoudingen. Misschien zijn sommige gemeenteleden wel veel te ver gegaan in het accepteren van hedendaagse mogelijkheden, vooral als het geld hen in de macht dreigt te krijgen. Misschien zijn ze ook wel te ver afgedwaald van de bijbelse hoofdlijnen uit het Nieuwe Testament, doordat ze gingen denken, dat ze er weinig meer mee te maken hadden. Misschien moeten we sommiger gedachten voorzichtig terugbuigen naar de bedoeling van de apostelen, als ze de verhouding van man en vrouw vergelijken met die tussen Christus en de gemeente.

Er zijn ook gemeenteleden, die gelukkig zelf na verloop van tijd merken, dat het gezin hen meer opeist en die op tijd daar hun aandacht aan geven. Er zijn gemeenteleden, die noodgedwongen aan rolwisseling moesten doen en ernaar snakken, dat het weer eens „gewoon” kan worden in hun gezin. We zullen ons ook realiseren, dat er vrijwel nooit sprake is van een „normaal” gezin, in die betekenis, dat iedereen er een voorbeeld aan zou kunnen nemen. Overal is iets, en pas in een intensief contact met uw wijk ontdekt u mogelijkheden en noden, waarin u de anderen nabij kunt zijn.

En tenslotte: als we erover nadenken, dat noch ouderwetse noch moderne gewoonten maatgevend zijn, zullen we de nodige nuchterheid betrachten. En we zullen elkaar terugroepen naar de zegenrijke evangelische geboden van de Heilige Schrift. We zullen gebruik mogen maken van de mogelijkheden van de moderne tijd, maar we zullen er zeker geen slaven van mogen worden. En verder geeft de Here een grote scala van mogelijkheden bij de opvoeding en de ontplooiing van onze gezinnen en onze kinderen, van jongeren en van ouderen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Christelijk Gereformeerde Kerken

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1990

Ambtelijk Contact | 16 Pagina's

ROLWISSELING BINNEN HET GEZIN

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1990

Ambtelijk Contact | 16 Pagina's