Staatkundig Gereformeerd

1

De partij, welke wij voorstaan, draagt de naam „Staatkundig Gereformeerd".

Het spreekt wel vanzelf, dat deze naam niet willekeurig gekozen is en dat hij niet zonder zin of beteekenis is. Integendeel. Hij drukt het wezen dier partij uit en bepaalt heel haar gedragswijze.

De naam staatkundig duidt heel klaar aan, dat de partij zich cp staatkundig terrein beweegt en staatkundige doeleinden nastreeft Tevens ligt in dien naam verklaart, dat zij geen kerkelijke partij is. Gelijk zij öok in de practijk hare deuren wijd openzet voor een ieder, die instemming met hare beginselen en doelstellingen betuigt, onverschillig van welke kerkelijke formatie hij ook jiid moge zijn.

Meer nog. De naam staatkundig wijst evenzeer uit, dat de partij van oordeel is, dat staatkunde voor haar geen contrabande is en de beoefening daarvan voor haar geen verboden zaak is. Hierin onderscheidt zij zich kenmerkelijk van de opvatting, welke in vele doopersche kringen . eertijds heerschte, welke de zienswijze huldigden, dat elke bemoeienis met staatkundige aangelegenheden uit den booze en daarom voor eiken christen verboden was.

Geheel in tegenstelling met die doopersche stelling bejijdt de S. C.P. krachtens haar naam, dat de beoefening van staatkunde niet alleen geoorloofd, maar ons zelfs door God in Zijn Woord geboden is. Dienovereenkomstig komt zij er ook met onze gereformeerde voorvaderen openlijk en onomwonden vooruit, dat een ieder en ook ' geheel het volk van Godswege ten duurste verplicht is om er naar te staan, dat God, de Heere, in het bestuur en, in de wetgeving des lande alzoo geëerd en gediend wordt, gelijk Hij dat in Zijn Woord gebiedt

Daarom moet zij zich ook met alle beslistheid keeren tegen diegenen, die het ook in onze dagen i> og menigwerf zoo voorstellen, dat alle politiek minwaardig of zelfs vuil is en dat men zich er deswege niet mede inlaten moet. En dit doet zij niet op eigen gezag of naar eigen willekeurige ineeningen, maar op gezag en op grond van Gods geopenbaard Woord.

De Heilige Schrift leert ons toch, dat Israels profeten zich op 's Heeren nadrukkelijken last met de politiek hunner vorsten hebben moeten bemoeien. Men bedenke slechts, dat de profeet Elia door den Heere expresselijk geboden werd om tegen de goddelooze staatkunde van Koning Achab te getuigen. Men hale zich voor den geest, hoe de Koning van Judft Asa het volk deed aanzeggen, dat zij den Heere den God hunner vaderen, moesten zoeken en zich overeenkomstig zijne wetten en geboden hadden te gedragen. Men overwege hierbij het feit, dat de Heere profeet na profeet verwekt heeft, ook al „opdat zij Vorst en onderdaan tiringend zouden aanmanen ook in de inzettingen 4^^r Heeren te wandelen, ten einde bel bestuur en de wetgeving des lands overeenkomstig Gods heilige wet ingesteld zouden worden. Men boude daarbij wel ter dege voor oogen, dat Christus zelf het gedrag der Profeten onvoorwaardelijk heeft goedgekeurd en het openlijk heeft gesanctionneerd. ^^^r Hij gesproken heeft, dat Hij niet gekomen was om de wet en de Profeten te ontbinden, maar om die te vervullen.

Terwijl men hierbij bovendien nog in aanmerking heeft te nemen, dat God de Heer de gedragswijze der godvruchtige koningen overvloediglijk met zijn zegen heeft bekroond, gelijk dat ook met Koning Asa het geval was, dien de Heere de overwinning over Zera, den vorst van het Moorenland, schonk. Daarentegen openbaarde de Heere zijn heilig misnoegen en Zijne geduchte straffen tegenover die Vorsten en tegenover dat volk, die deze politiek met vertreding van zijne geboden beoefenden.

Veel zouden wij nog uit Gods Woord, zoowel uit het Oude als uit het Nieuwe Testament, kun­ nen bijbrengen als bewijs, dat politiek, indien zij naar Gods wet gevoerd wordt, niet alleen geoorloofd, maar zelfs van Godswege als een dure verplichting voor .Overheid en onderdaan geboden is. ^

Wij zullen het er echter in dit artikel bij laten, daar daaruit genoegzaam bewezen is, dat de S.G.P. met onze gereformeerde voorvaderen in het rechte spoor gaat, als zij staatkunde beoefent en staatkundige doeleinden najaagt, opdat Gods inzettingen in bestuur en wetgeving des lands geëerbiedigd zullen worden. Het ligt in ons voornemen, in zooverre de ruimte in ons blad en onze krachten dit toelaten, nu de S.G.P. weder herrezen is, artikelen in ons blad te plaatsen, waarin een principieele uiteenzetting van het standpunt der S.G.P. wordt gegeven.

Wij hebben daarmede in dit artikel een. begin gemaakt. Tot dusverre waren wij gedwongen door den wel wat al te tragen gang, waarmede verschillende kiesvereenigingen weder in het leven werden geroepen in onderscheidene artikelen de noodzakelijkheid van de herrijzing dier afdeelingen te bepleiten.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen