Waarom Uw stem uitgebracht op no. 1 van lijst 8?
Daar zijn verschillende redenen, waarom wij U met allen aandranq aanraden om uw stem uit te brengen op no. 1 van lijst 8 op Ds. P. Zandt, Ned. Herv. Pred. te Delft. Daar is een reden van geestelijken aard. De S.G.P. toch wil krachtens het onverkorte artikel 36. dat Nederlandsch overheid het land onvoorwaardelij- naar dei nzettingen en rechten Gods zal besturen. Zij heeft dit ai jaren lanp voorgestaan en staat dat in weerwil van alle smaad, hoon, la.ster en verdachtmaking, welke telkens weer over haar wordt uitgestort, nog onverzwakt voor.
Daarom komt zij er ook voor op, dat er wetten ontworpen zullen worden, waarbij het gemaakte misbruik van Gods heiligen naam geweerd zal worden en waarbij de Zondag, als de dag des Heeren gevierd zal worden. De S.G.P. kan volstrekt de meening dergenen niet verdragen, die beweren, dat als er zich publiek aandient, spoor en tram dat publiek op Gods dag maar hebben te voeren. Zij is van oordeel, dat bij zulk een zienswijze het publiek, dat schepsel, gesteld en geëerd wordt boven den Schepper en Diens geopenbaard Woord, hetwelk in de Heilige Schrift a's één der ergste zonden veroordeeld wordt, Meer nog. Men maakt al de inzettingen Gods krachteloos als men voorstaat, dat ter wille van het publiek Gods dag ontheiligd mag worden. De Wet des Heeren eischte dat zelfs de vreemdeling, die in de poorten is, Gods dag moet eerbiedigen, maar... de A.R. zegt, dat, als er zich publiek op Gods dag voor het vervoer aandient, tram en treinen moeten rijden. Zoodoende maakt men Gods geboden krachteloos en staat men schuldig aan de overtreding derzelve. Hetgeen nog ook te erger wordt, als men weet, dat er onder zich christelijk noemende ministeries op den Zondag- extratreinen, zelfs goedkoope treinen voor het bezoek aan de kermis en andere publieke vermakelijkheden hebben gereden. Daar zijn de afgevaardigden der S.G.P. met alle kracht in de Kamer tegen op gekomen. En daarbij hebben zij alleen gestaan. Gelijk zij zoo menigwerf alleen in de Kamer gestaan hebben als zij voor de volstrekte handhaving van Gods inzettingen moch ten opkomen. En toch konden zij niet anders, van oordeel ais zij waren, dat aan Gods zegen alles gelegen 's. Zij deden dit mede uit de vaste overtuiging, dat geen enkel ding de bronnen , yan de volkswelvaart zoo toestopt dan de zonde en geen enkele zaak de welvaart zoo bevordert dan het onderhouden van Gods geboden, waarin groote loon zoowel voor tijd als eeuwigheid is gelegen. .
Er is nog een andere reden, waarom gij uw stem op No. 1 VAN LIJST 8 OP Ds. P. ZANDT TE DELFT hebt uit te brengen. Zij is van stoffelijken aard.
De Partij van den Arbeid belooft wel zeer veel, maar zal hare beloften nimmer kunnen inlossen. Zij dient zich als de partij van de eenheid aan. Zij is dit echter niet. Zij herbergt in zich vooels var gansch diverse pluimage. Hetgeen de eene partijgenoot vurig begeert, bestrijdt de ander al even vurig. Dit is reeds sedert haar kort bestaan al herhaaldelijk gebleken en dat zal in den loop van den tijd nog wel veel meer b'üken. Het huis is er tegen zich zelf verdeeld en hoe kan het dan bestaan. Te meer kan dit huis niet bestaan, terwijl de hechte grondslag van Gods Woord als fundament er ontbreekt. De mensch is er ten troon verheven. Van de krachten en kundigheden van den mensch verwacht de Partij van den Arbeid alles. Alzoo deed men in den Volkerenbond al eveneens. Ook Gods Woord was daar contrabande en werd er niet als het bevelende beginsel aanvaard. Wat is er van geworden? Zij is gevallen, dat groote Babyion. en haar val was groot, want zij heeft niet anders dan de bitterste ellende en de grootste verwording achtergelaten. Zoo zal het ook de Partij van den Arbeid vergaan. Daarmede kan degene, die met Gods Woord en Wet ook nog maar eenige rekening houdt, niet optrekken. Dat mag hij niet. Hij heeft alleen maar op het zoo zeer sprekend feit te letten, dat de Partij van den Arbeid haar vergaderingen houdt zonder ze met gebed te openen, zonder dat men er een hoofdstuk uit Gods Woord leest, zonder dat men er met dankzegging sluit. Men mag zich met dezulken, die zich alzoo gedragen, niet vereenigen en verzwageren. Dat verbiedt ons Gods Woord, hetwelk van ons eischt: Ken mij in al uwe wegen en hetwelk ons belooft alsdan zal Ik, de Heere, al uwe paden recht maken.
Uit de vruchten kent men den boom. Daaruit kent men ook de Partij van den Arbeid. Zij staat socialisatie en nationalisatie van bedrijven voor Dit heeft ten gevolge, dat ons land overstroomd wordt met ambtenaren. Nu reeds hebben wij een ambtenaar op negen burgers. Hoe machtig vele ambtenaren zullen er nog bijkomen, als de Partij van den Arbeid nog al meer macht in de Regeering verkrijgt! Niet, dat wij tegen een ambtenaar als zoodanig iets hebben. Hij is noodig en kan ook zeer nuttig zijn, maar ons land moet toch niet met ambtenaren als met een schare van sprinkhanen overdekt worden. Onze sfaat moet geen ambtenorenstaat worden. Ten lo. wie moet dat betalen; ten 2o. welke ellendige gevolgen brengt zoo iets met zich mede. Nu reeds is het bureau op bureau met al de lasten en plagen, welke daaraan voor de bevolking verbonden zijn. Nu reeds wordt men daar herhaaldelijk van het kastje naar den muur gezonden. Bovendien hoe vaak gaat met al die ambtenarij cmkooperij en geldsmijterij. Men denke slechts aan die dure aankoopen in het buitenland, waarmede millioenen nutteloos zijn weggesmeten. Ook in het eigen land kan men met eigen oogen waarnemen, hoe ; r met geld gesmeten wordt. De ambtenarij werkt daarenboven de vriendjespolitiek in de hand. In den volksmond legt men nu reeds het woord H.A.R.K. als , , Hulp aan rijke kennissen uit." Bovendien welk een fraude, welk schrikkelijke knoeierijen komen heden ten dage bij al die ambtenarij niet aan den dag! Het staat te voorzien, dat dit alles nog in zoo vele ergere mate toe zal nemen als de Partij van den Arbeid het regeeringskasteel gaat bezetten. Daarom mag niemand in het welbegrepen belang des lands zijne stem op de Partij van. den Arbeid uitbrengen. Deze partij toch richt niei naar de ordinantiën Gods en stelt-zich er daarom beslist tegen, want wat niet voor is, is tegen. Daarom kan zi; oók in het stoffelijke geen uitkomst brengen. Al belooft zij veel, zij brengt het tegendeel daarvan dat is bittere ellende en jammerlijke teleurstelling.
Om des beginsels wil kan men evenmin zijn stem aan den communist geven. Ook bij den communist loopt het op bittere ellende en jammerlijke teleurstelling uit. Ook zijn beginsel word'' door de Heilige Schrift veroordeeld. Oók de Partij van de Vrijheid heeft Gods Woord en Wet niet tot haar grondslag. Zij rekent daar al evermin mede als de liberalen het eertijds deden. En wat de rechts-protestantsche partijen met name de A.R. en
(Zie vervolg op pag. 6) Waarom uw stem iiUc/ebracht op no. 1 van lijst 8? j (Vervolg van pag. 2)
'de C.-H. betreft, deze willen van het alvast onveranderde beginsel 'der S.G.P. al evenmin weten. Dat is wel uitgekomen onder meer ten aanzien van'den Volkenbond, waar ^ voorstanders van waren, de Zondagsheiliging en zoo menig an- 'der punt, telkens en telkens toch als de S.G.P.-ers er in de Kamer yoor pleiten, dat de regeering onvoorwaardelijk naar den eisch van Gods Wet zou regeeren, stonden zij alleen.
Gewis, wie het wel meent met 'de waarachtige belangen van ons 'dierbaar vaderland, die moet met 'de S.G.P. optrekken. Zij komt op voor eene regeering, die onvoorwaardelijk naar Gods Woord en Wet zal regeeren en als dat geschiedt dan — gelijk dat eenmaal in ons land gebleken is — zal er ook stoffelijke welvaart zijn onder alle rangen en standen des volks, 'dan zal ook het vrije bedrijf niet zoo geknecht zijn als thans het geval is, dan zullen de ouden van 'dagen, de invaliden en economisch zwakkeren niet zooals thans bij de verzekeringswetgeving het geval is met zuik een sober weekgeldje worden afgescheept. De S.G.P. toch wenscht een behoorlijke verzo'ying van de ouden van dagen, invaliden en" economisch zwakkeren, alsmede eene behoorlijke ondersteuning van degenen, die liun leven voor het vaderland gaven en ook een schadevergoeding voor de door oorlogsschade gedupeerden. Dit alles '— voornamelijk, waar de S.G.P. voor het onverkorte artikel 36 opkomt, geeft mij volle vrijmoedigheid om deze partii bij U ten zeerste aan te bevelen. Ik kan het maar vol-'trekt niet begrijpen, hoe er in den lande zijn. die het onverkorte artikel 36 in hun kerk belijden en ir de politiek verloochenen. Dat is mij een onverklaarbaar raadsel. Een groote tegenstrijdigheid, die ik ten scherpste afkeur. Daarom maakt U met mij op voor het onverkort artikel 36 en brengt op 17 Mei a.s. bii de verkiezing voor de Tweede Kamer uwe stem uit op No. 1 VAN U'ST 8 OP Os. P. ZANDT, NEO. HERVORMD PREDIKANT TE DELFT, die reeds jaren aaneen als lid van de Tweede Kamer de beginselen der S.G.P. in de Kamer heeft mogen bepleiten.
Ir. C. N. VAN DIS. Secretaris van het Hoofdbestuur der S.G.P.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 mei 1946
De Banier | 8 Pagina's