Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een Prinselijke Jelg geloren

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een Prinselijke Jelg geloren

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

18 Februari 1947

DE met spanning verwachte gebeurtenis is een feit geworden. Ons is weder een Prinselijke Telg geboren. De vlaggen, welke ons deze zoo heuglijke gebeurtenis hebben aangekondigd, hebben weder alom in den lande van de transen der torens gewapperd. *^ Er is groote reden tot bli'dschap.

Vergelijken wij den huldigen toestand met dien van voor zes jaren, wat is er dan geen reden tot dankerkentenis.

Toen verkeerde het Prinselijk gezin ver van ons land, heel in Canada. Het leefde daar in zorgelijke omstandighedlen. Het was toen ten tijde toch volstrekt niet zJeker, dat het ooit weder op den vaderlandschen bodem terug zou kunnen keeren, Duitschland had een reeks van klinkende overw nningen behaald. Het had in West-Europa het eene land na het andere onder den voet geloopen. Wel bleef de hoop dn menig Nederlandsch hart leven, dat te eeniger tijd het Duitsche juk verbroken zou worden, maar stellige zekerheid, dat zulks ooit zou gebeuren, was er allerminst.

Voorwaar, het was toen een bange benauwende tijd. De Kon ngin had de wijk moaten nemen naar Engeland en vertoefde, ook al gescheiden van Haar land en volk, op Engelschen grond. En nog al verder was de afstand, welke Hare Majeste.t van de door Haar zoo geliefde Koninklijke Dochter en Haar Pr.nselijk gezin scheidde.

Hitler zwaaide destijds den scepter over ons land, Zi; n Rijkscommissaris Seys Inquart kon ons het eene bevel na het andere opleggen. Wij waren een overwonnen volk, dat jammer genoeg, had moeten capituleeren.

Schrikkelijk woedde toen alreeds de terreur; Velen van onze landgenooten waren in de gevangenis geworpen of moesten onder wreede bejegening in kampen verblijven.

Engeland stond toen geheel alleen. Zonder eenigen bondgenoot had het den strijd voort te zetten tegen het machtige Duitschland, dat in die dagen wel onoverwinnelijk scheen.

Men denke zich den toestand eens goed in, waarin destijds de Koninklijke Famil e en ons volk verkeerden. .'., en is er dan voor hen beidisn niet alle reden om Gode met dankerkentenis tegen te komen?

De Nederlandsche driekleur met den Oranje-wimpel kan weder van de transen der torens wapperen. Het

geliefde Oranje mag weder gedrag'en worden, zonder dat iemand er eenige letsel of hinder van ondervindt. Hoe gansch anders was dit ten tijofe van de Du.tsche bezetting. Toen was elk Oranjestrikje of openbare uiting van eenige gehechtheid aan het Oranje-Huis streng verboden.

De Duitscher was er toch met alle macht op uit om bij het Nederlandsche volk elke heugenis aan het Huis van Oranjie uit te bannen. Alles was er bij hem op gericht om het Huis van Oranje u.t Nederland voor goed te weren. Het Huis van Oranje, waaraan ons volk inzake de zuivere religie en de vrijheid zooveel naast en door den Heere verschuldigd is, moest en zou voor immer van den Nedierlandschen bocfem verdwijnen. Alles, wat daaraan zeLs maar herinnerde, moest onherroepelijk weg.

O, als wij dit alles overdenken, hoe wonderbaarlijk heeft dte Heere clan de toestand gekeerd! Onze Koningin bevindt zich weder onder ons midden. Het Prinselijk gezin is in Zijn Paleis op Soestdijk mogen terugkeeren. De Koningin en het Prinselijk gezm zijn weder vereenigd. Een Prinselijke Telg is, in onderscheiding met Prinses Margriet, die heel in Canada geboren werd, weder op den vaderlandschen bodem geboren mogen worden.

Gewis er is alle reden tot blijdtschap en dankerkentenis.

Doch er is, — zelfs bij de herdenking van deze blijde gebeurtenis kunnen wij het niet verzwijgen, — zooveel, dat ons ten aanz.en van de toekomst met bange vrees vervult, Hoe bitter weinig wordt de hand c'es Heeren in dit alles opgemerkt! Hoe zeer worden Zijne geboden vertrapt! Op welk een onziettende wijze wordt Zijn dag ontheiligd! Zelfs de Koninklijke Fam.lie — en < Jit doet ons zoo ontzaggelijk leed — doet daaraan mede.

Niettemin verblijdt het ons ten zeerste, dat de Hteere het nog weder zoo wèl heeft willen maken, dat er aan den ouden Oranje-boom weder een nieuwe loot ontsproten is.

Ons volk, dat na harde onderdrukking door des Heeren nederbuigende goedheid weder vrij geworden is, mag zich thans met de Koningin en de Prinselijke Familie in het bezit van 4 Prinsessen verblijden.

Moge die Heere Hare Majesteit en het Prinselijk gezin en ook de laatst geboren Prinselijke Telg tot in lengte van dagen sparen en moge Hij hen bovenal met de oprechte vreeze voor Zijn Naam vervullen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 februari 1947

De Banier | 8 Pagina's

Een Prinselijke Jelg geloren

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 februari 1947

De Banier | 8 Pagina's