Vernieuwing en Herstel
Sedert den dag der bevrijding heeft üet op onzen vaderlandschen bodem niet aan leuzen ontbroken. Hadden die ons de redding kunnen brengen, wij waren al lang uit alle maatschappelijke ellende verlost. Men overdenke slechts hoe na de bezettingstijd ten onzent de lucht weergalmd heeft van leuzen als: vernieuwing, herstel, vooruitstrevend, democratie, personalistisch socialisme, socialisme, nationalisatie en diergelijken.
Och, arme, wat is er van al de beoften, waarmede men deze leuzen vergezeld deed gaan, in vervulling gegaan? Wat heeft 't kabinet Schermerhorn-Drees, dat zich als het kabinet van herstel en vernieuwing bij ons volk had aangediend, nu werkelijk aan erstel en vernieuwing gebracht? Het resultaat was al allerbedroevendst. Zelfs de grootste voorstanders er van' zullen dit 'moeten bekennen. Het heeft zich dan ook maar amper een jaar staande kunnen houden. De-Tweede Kamerverkiezingen spraken over hetzelfde een beslist afkeurend vonnis uit. Noch professor Schermerhorn noch den heer Drees werd dan ook door de Koningin na afloop der verkiezingen de formatie van een ministerie opgedragen. Het kabinet Schermerhom-Drees had afgedaan. Ons volk had getoond daar niet van gediend te zijn.
Dr. Beel werd de komende man. Hem werd de formatie van een nieuw ministerie opgedragen. Dit gelukte hem. Een roomsch-rood kabinet werd door hem samengesteld. Onder de leuze van , , vooruitstrevend" trad het op. Ook dit heeft tot op den dag van heden nog weinig anders dan teleurstelling gebracht. Met moeite houdt het zich staande. Telkens weer komt het helder aan den dag op, welk een wankel fumdaraen het gegrondvest is. Slechts met lijmen en krammen wordt het in stand gehouden.
Dit alles verwondert ons geenszins, Hoe zou het ook anders kunnen? Hoe kan er van vernieuwing iets terecht komen, daar, waar de mensch zelf niet vernieuwd wordt naar Gods evenbeeld? Hoe kan «daar een herstel intreden, waar de menschelijke wijsheid en krachten het zullen brengen? Wordt er bij dit kabinet op aangedrongen dat 't zich naar Gods Woord en Wet in haar Regeeringsbeleid zal gedragen - zooals de afgevaardigden' der S.G.P, dit in de Tweede Kamer deden - dan wordt er daarbij aan doovemansooren geklopt. Wordt er bij hetzelve bepleit, dat het met dé hem ten dienste staander middelen maatregelen zal treffen om het schro meiijk misbruik van den Naam des Allerhoogsten tegen te gaan; wordt er met aandrang voorgesteld, darhet de heiliging van en de rust op den dag des Heeren heeft te dienen, dan luidt het antwoord van de regeeringstafel, dat men van regeeringswege wèl wat anders heeft te doen dan zich daarmede bezig te houden. Moet men zich verwonderen, dat Nederland onder zulk een kabinet, dat Gods Wet voor zijn regeeringsbeleid als wat vreemds acht, straks Indië verliest? Wat de mensch zaait, dat zal hij toch maaien. Dit Woord des Heeren geldt voor een iegelijk mensch, dus ook voor elk magistraatspersoon, voor den geringsten zoowel als voor den hoogst geplaatsten.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 februari 1947
De Banier | 8 Pagina's